Je hebt toetjesmensen en mensen die niet bijzonder op een nagerecht gesteld zijn. Ik reken mezelf tot de eerste categorie. In een restaurant kijk ik altijd eerst even op de menukaart naar de desserts, in de hoop dat er interessante puddinkjes of creaties die ik nog niet eerder at tussen te vinden zijn.
Maar die voorliefde voor toetjes betekent niet dat er in het dagelijks leven elke dag vruchtencrumble, griesmeel of omgekeerde appeltaart op tafel verschijnt. Simpelweg omdat veel nagerechten nogal calorierijk zijn. Daarom zijn ze natuurlijk ook juist zo lekker – zo nu en dan. Tiramisu, van origine een Italiaans gerecht, is vanwege de grote hoeveelheid mascarpone die erin verwerkt wordt echt iets voor een hoogtijdag.
Tiramisu is een fijn nagerecht om een dag van tevoren klaar te maken, bijvoorbeeld voor een verjaardag of als toetjesbijdrage aan een gezamenlijke maaltijd bij vrienden of familie. Het zakt niet in, het droogt niet uit, het is gemakkelijk in grote en kleine porties te verdelen en –volgens mijn waarneming– het valt bij jong en oud in de smaak. Zelfs mensen die nooit koffiedrinken lijken soms een bordje tiramisu te waarderen. Om er een kindvriendelijk dessert van te maken, zit er in deze variant geen amaretto maar een scheutje amandelextract.
