„Zingen is een genademiddel om aan blijdschap uiting te geven, maar ook om tot blijdschap op te wekken.” Dat zei ds. J.C. den Ouden tijdens de laatste lezing op de tweede dag van de Haamstedeconferentie in Elspeet.
De hersteld hervormde predikant uit Sint-Maartensdijk sprak dinsdag, net als maandagavond, over geestelijke blijdschap. „Blijdschap is een vrucht van het geloof en inherent aan het geloof”, zo stelde de predikant. Ook de kleingelovige heeft reden en recht tot deze blijdschap, citeerde de predikant Wilhelmus à Brakel.
Hoe kunnen we die blijdschap ontvangen? „We hoeven het niet zelf te maken, het is een geschenk, een vrucht van de Geest”, zei ds. Den Ouden. „God heeft echter hulpmiddelen –genademiddelen–, waardoor Hij die blijdschap in ons werkt.”
Muziek
De Schrift roept ons op tot blijdschap. Paulus zegt in Filippenzen: „Verblijdt u in de Heere”. De Heere wil die blijdschap schenken, in de weg van het gebruik van de middelen. Voor het ontvangen van de blijdschap noemt à Brakel vijf zaken. „Verlaat u op Jezus en steun op Hem, houd het lezen vol, bid veel en leg al biddende uw gebrek en verlangen neer. Daarbij: begeef je veel tot peinzen en overdenken wie je zelf bent en wie Christus is. Overpeins de weg die God met je gegaan is. Tot slot: wacht je voor de zonden. Het toegeven aan het wegzwerven van God neemt de blijdschap weg.”
Als aanvulling noemde Ds. Den Ouden het gebruik van de sacramenten. „De blijdschap en sacramenten hebben alles met elkaar te maken. In de sacramenten verzekert God ons van Zijn hartelijke liefde en trouw. Zingen is ook een genademiddel om aan de blijdschap uiting te geven, maar ook tot blijdschap op te wekken. Muziek hoort bij God. Hij heeft de tempelkoren laten instellen. Het laatste genademiddel is de onderlinge ontmoeting. Over Paulus wordt gezegd: „De broeders gezien hebbende, greep hij moed”.”
De blijdschap van een christen is er niet altijd. Er zijn belemmeringen voor de blijdschap. Ds. Den Ouden: „Zonde in je leven neemt je blijdschap weg. Een andere bedreiging is een verkeerd vertrouwen. Je moet de grond van de blijdschap niet in jezelf zoeken. Genoeg stille tijd om God gunstig te stemmen hoeft niet. Niet wat wij doen is de grond van de blijdschap, maar dat onze naam geschreven staat in het boek des levens.”
De vierde belemmering van de blijdschap zijn de omstandigheden die je leven neerdrukken. Denk aan verdriet, rouw, onvervuld verlangen of omstandigheden op je werk.
De blijdschap op aarde is nooit volmaakt. „Het is hier een hartelijke vreugde in God, maar er is ook een hartelijk leedwezen over de zonden waarmee we God vertoornden.”
Het overdenken van het toekomende leven helpt een kind van God om het leven hier iets te relativeren. „Laten we niet te veel hechten aan het hier en nu zodat de eeuwigheid uit zicht verdwijnt. Zoek de dingen die boven zijn, we zijn geschapen voor de eeuwigheid. Wat een vreugde zal het zijn om straks de Koning groot te maken, met alle volken, talen en natiën. Het beste moet nog komen.”
