Keer op keer was het raak de afgelopen tijd: demonstranten zwaaiden met een brandende Koran in de lucht, of scheurden bladzijden uit het boek. Hoe kijken moslims hiernaar? Muhsin Köktas, voorzitter van het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO): „Waar blijven waarden als respect en fatsoen?”
Wat doet het zien van een verbranding of verscheuring van de Koran met u als moslim?
„Het raakt mij heel erg diep. Ik voel me erdoor gekwetst, beledigd, vernederd. Alsof iemand je dierbaren zonder respect behandelt.
Sommige mensen vragen me: het is toch maar een boek? Maar voor mij is het een heilig boek, waarin mijn levensprincipes staan.
Ik heb er absoluut geen bezwaar tegen als islamcritici negatieve dingen zeggen over mijn geloof, al vind ik dat niet leuk. Maar iets zeggen is nog iets heel anders dan iets dóén, zoals een Koran verbranden of verscheuren.”
Het verbranden van Korans is in Nederland verboden. Zou u ook zo’n verbod willen voor Koranverscheuring?
„Ja. Iedere keer dat Pegida of een andere groep zo’n actie aankondigt, delen we met de burgemeester van die stad hoe diep een Koranverscheuring ons raakt. Ook vorige week, voorafgaand aan de actie van Pegida-voorman Edwin Wagensveld, hebben islamitische organisaties brieven gestuurd naar Jan van Zanen, de burgemeester van Den Haag. Tot nu toe zeggen burgemeesters echter vaak dat ze er niets aan kunnen doen.
Maar volgens ons kan Koranverscheuring wel verboden worden, op basis van artikel 137c van het Wetboek van Strafrecht, waar het gaat over het doelbewust kwetsen van een groep.”
Hoe verhoudt zo’n verbod zich tot de vrijheid van meningsuiting?
„De vrijheid van meningsuiting is een groot goed dat wij koesteren. Tegelijkertijd vraag ik me af wat het nut is voor de maatschappij om op deze manier islamitische burgers van Nederland te kwetsen en te provoceren. Waar blijven dan waarden als respect, fatsoen en goed omgaan met de medemens?”
U bent voorzitter van het CMO, waarbij zo’n 80 procent van de Nederlandse moskeeën zijn aangesloten. Hoe reageert uw achterban op de recente Koranverbrandingen en -verscheuringen?
„Mensen zijn gekwetst en teleurgesteld. Men snapt de reden achter de acties niet, omdat die geen ander doel lijken te hebben dan het kwetsen van een groep. Dat de overheid niets doet, geeft Nederlandse moslims een gevoel van machteloosheid en verlatenheid.”
U vindt dat burgemeesters de bezwaren van moslims te gemakkelijk opzijschuiven?
„Ja. Als het om de islam en moslims gaat lijkt alles te mogen. Dat gevoel hebben wij eigenlijk.”
Vindt u dan ook dat moslims anders worden behandeld dan bijvoorbeeld joden of christenen?
„Dat durf ik zo niet te zeggen. Maar in ieder geval voelen veel Nederlandse moslims zich verlaten en lijkt de vrijheid van meningsuiting onbegrensd als het om de islam gaat. Dat gevoel hebben wij, maar dat wil ik niet vergelijken met de andere religies.”
In Pakistan laaide geweld door moslims tegen christenen vorige week op. Een Pakistaanse christen vertelde dat de christelijke minderheid in zijn land, door de recente Koranverbrandingen in Europa, kwetsbaarder is dan ooit. Hoe reageert u daarop?
„Wij keuren alle geweld absoluut af. Wat in Pakistan is gebeurd, vind ik niet goed.
Tegelijkertijd beseffen Europese regeringen soms niet wat voor gevolgen zo’n Koranverbranding kan hebben. Westerlingen zeggen: „Het is toch maar een boek? Waarom zijn jullie zo boos?” Maar voor moslims is het alsof je een moskee aanvalt. Dat kan gevolgen hebben, uit de hand lopen.”
Impliceert u daarmee dat u zo’n geweldsuitbarsting deels begrijpt?
„Nee, ik heb absoluut geen begrip voor geweld. Maar wat ik wel zeg: in het Westen kunnen wij niet inschatten wat voor gevolgen een Koranverbranding elders in de wereld heeft. In Pakistan kan zo’n Koranverscheuring voelen als een aanval op alle moslims vanuit de christelijke wereld. Ook al kan ik hier gewoon mijn geloof uitoefenen, en zijn er één of twee mensen die bedenken dat ze een Koran gaan verbranden.”