De Noord-Eifel grenst direct aan het Zuid-Limburgse Heuvelland. In de regio Aken, oostelijk van Vaals, ligt de Duitse stad Stolberg – niet te verwarren met de gelijknamige plaats in de Harz die verbonden is met de geschiedenis van de Oranjes.
Met Juliana van Stolberg heeft de stad in het Rijnland niets te maken. Wel torent een flinke burcht uit boven de binnenstad met zijn kronkelige straatjes. Spanjaarden plunderden het kasteel in de Tachtigjarige Oorlog. In de twee eeuwen daarna verviel de burcht tot een ruïne. Een krachtige aardbeving die in 1756 het Rijnland trof, deed de zaak ook geen goed.
Stolberg heeft een geschiedenis als industriestad. Eeuwenlang werd er koper, ijzer, messing, lood en zink bewerkt. De middelgrote plaats, die 56.000 inwoners telt, promoot zichzelf als Koperstad. De burcht geldt als symbool en voornaamste bezienswaardigheid. Het was een plaatselijke staalfabrikant, Moritz Kraus, die begin twintigste eeuw het kasteel herbouwde.
De enige zoon van Kraus emigreerde naar Zuid-Amerika en de staalfabrikant liet de burcht na aan de stad. Oorlogsgeweld bleef het gebouw nadien nagenoeg bespaard, terwijl in 1944 in de omgeving zware gevechten plaatsvonden: de Slag om het Hürtgenwald. Deze vergeten slag staat in de schaduw van de veel bekendere Slag om Arnhem en het Ardennenoffensief.
Bij de overstromingen van juli 2021 werd ook Stolberg getroffen. De „Flutkatastrophe” zorgde voor een verwoesting zoals de stad die zelden had gezien. Nu, twee jaar later, valt zacht zonlicht op het verstilde stadshart.
Dat onderhoud altijd nodig blijft, blijkt deze zomer. De burcht is wegens bouwwerkzaamheden voor publiek gesloten, alleen het restaurant is geopend. Op het menu mag de Burgschnitzel niet ontbreken.
Over de grens
Dit is het vierde deel in een serie over plaatsen in het grensgebied. Volgende week zaterdag: Brugge.