Italië lanceert ambitieus anti-immigratieplan
„Aiutarli a casa loro”: We moeten ze bij hen thuis helpen. Het wegnemen van de oorzaken is de kern van het nieuwe Italiaanse migratiebeleid, dat Giorgia Meloni de afgelopen week heeft gepresenteerd.
De Italiaanse premier, die vorig jaar in de verkiezingscampagne nog sprak van sluiting van de Italiaanse havens en een scheepsblokkade voor de Afrikaanse kust, maakt zich nu sterk voor het „recht om niet te hoeven vertrekken”, een citaat van paus Franciscus. Daarvoor is een grote financiële en organisatorische inspanning in de landen van herkomst vereist, die de kern vormt van het ”Plan Mattei”, waarmee Meloni momenteel de boer op gaat. Het draagt de naam van Enrico Mattei, de in 1962 overleden directeur van het Italiaanse staatsenergiebedrijf ENI. Hij was een voorloper in de samenwerking –op voet van gelijkheid– met voormalige Europese koloniën in Afrika en het Midden-Oosten.
Meloni is druk bezig om Italië terug te brengen op de diplomatieke wereldkaart, na de imagoschade die volgde op het gedwongen vertrek van haar voorganger Mario Draghi. Haar extreemrechtse propagandataal heeft –vooral in het buitenland– plaatsgemaakt voor een gematigde en tot compromis bereide opstelling. Zo staat de Italiaanse steun aan NAVO, EU en Oekraïne buiten kijf.
Meloni zelf heeft goede relaties opgebouwd met de andere Europese leiders, onder wie Mark Rutte. Daarbij wordt ze geholpen door een uitstekende, en voor een Italiaanse politicus uitzonderlijke kennis van het Engels, Frans en Spaans. Weliswaar bleek haar openlijke steun aan zusterpartij Vox in de Spaanse verkiezingscampagne een misrekening, maar die kan in een wereld van Realpolitik snel worden vergeten.
Zoekend naar een oplossing voor de toenemende immigratiedruk, legde Meloni bilaterale bezoeken af aan Egypte, Algerije, Libië en Tunesië. Dat leidde onder meer tot een migratieakkoord tussen de EU en Tunesië, terwijl Egypte een gevangen Egyptisch-Italiaanse dissident vrijliet en Algerije nu het gas levert dat Italië voorheen van Rusland afnam.
Ongenoegen
Als eerste stap op weg naar het Plan Mattei kwamen op 23 juli twintig regeringsleiders (naast EU-voorzitter Ursula von der Leyen) bijeen in Rome: uit Afrikaanse emigratielanden, de Zuid-Europese aankomstlanden Spanje, Italië, Griekenland en Cyprus, en Qatar, Bahrein en Saudi-Arabië. Frankrijk was, omdat het geen aankomstland is, niet uitgenodigd, tot ongenoegen van president Macron. Daarmee werd een nieuw hoofdstukje toegevoegd aan de al anderhalve eeuw oude Frans-Italiaanse strijd om invloed in Afrika.
De bedoeling was om de basis te leggen voor een ontwikkelingsfonds voor de Afrikaanse vertrekstaten – vandaar ook de aanwezigheid van delegaties uit de Golfstaten als mogelijke financiers. Een „strategisch partnerschap” om het welzijn in de herkomstlanden te versterken en daarmee de migratie in goede banen te leiden, aldus Meloni. De dag daarop herhaalde zij dit concept in haar openingstoespraak op de driedaagse conferentie over honger in de wereld van de Wereldvoedselorganisatie FAO. Doel van het plan Mattei is niet de uitbuiting van Afrika, maar een loyale samenwerking op gelijkwaardige basis, hield zij de in het Romeinse FAO-hoofdkwartier verzamelde delegaties voor.
Wereldbank
Meloni’s drukke diplomatieke week werd op 27 juli afgesloten met haar eerste officiële bezoek aan de Amerikaanse president Joe Biden in Washington. Tijdens die ontmoeting kwamen natuurlijk Oekraïne, de NAVO en Afrika aan bod, maar daarnaast zien de VS graag dat Italië het vier jaar geleden gesloten strategische Zijderoute-akkoord met China komend jaar niet verlengt. Meloni heeft daar niets op tegen, maar naar verluidt zou zij de Amerikaanse president willen verzoeken om als tegenprestatie zijn invloed aan te wenden bij de Wereldbank om een geblokkeerde lening van 1,9 miljard dollar aan Tunesië vrij te geven. De Wereldbank heeft de lening opgeschort vanwege president Kais Saieds weigering om te hervormen, maar miljarden voor Tunesië zouden goed passen in het Plan Mattei.