Partijen Zuid-Holland willen duidelijkheid over PFAS-vervuiling
Een aantal politieke partijen in Zuid-Holland heeft de provincie vragen gesteld over de vervuiling van bodem en water met PFAS en andere chemische stoffen die amper afbreekbaar zijn. Directe aanleiding voor de vragen is een publicatie eind vorige week van Pointer. Dit onderzoeksprogramma meldde dat in 2021 bij een meting in een sloot in de wijk Leidschenveen in Den Haag een gehalte van 180 nanogram PFOS per liter was geconstateerd. Dat is ruim 25.000 keer de grenswaarde die het RIVM veilig acht voor het oppervlaktewater.
De meting was verricht door het hoogheemraadschap Delfland. Volgens Pointer zweeg het schap over het resultaat van de meting. PFOS is een PFAS-soort. PFAS staat voor per- en polyfluoralkylstoffen.
In een brief aan de provincie Zuid-Holland vragen SP, ChristenUnie, D66, PvdA, GroenLinks, CDA, SGP, BBB, Volt, PVV, PvdD en VVD onder meer of de provincie en betrokken gemeenten worden geïnformeerd over het „type verontrustende metingen”, zoals is gedaan in Leidschenveen. Ook vragen de partijen of Gedeputeerde Staten met het hoogheemraadschap afspraken willen maken over het delen van dit soort informatie en directe openbaarmaking daarvan.
Verder willen de Zuid-Hollandse partijen weten welke effecten de PFOS-verontreiniging kan hebben op de kwaliteit van grondwater en drinkwater. Ook vragen ze zich af op welke wijze de overheden proberen te achterhalen wie verantwoordelijk is voor de vervuiling in Leidschenveen.
Na de publicatie van Pointer heeft hoogheemraadschap Delfland bevestigd dat in 2021 in Leidschenveen PFOS-waarden zijn gemeten die ver boven de RIVM-richtlijn voor de waterbodem lagen. In die reactie liet het schap ook weten dat nog onduidelijk is wie verantwoordelijk is voor de PFOS-vervuiling. Bij het onderzoek naar een mogelijke vervuiler waren per ongeluk cijfers verwisseld. Daarom voert Delfland dit onderzoek opnieuw uit.