Eens per maand strijkt in de Nijkerkse bibliotheek op een zaterdagmorgen de Repairclub neer.
Met onze kapotte airfryer onder de arm stap ik binnen. Zo onhandig als ik ben, zo handig is Patrick. Maar na een uur is de diagnose even helder als onverbiddelijk: niet te repareren. Even bekruipt me de gedachte dat het toch jammer is van die investering van een uur, en dat voor een apparaat waarop nog garantie zit. Hadden we de airfryer niet beter meteen kunnen terugsturen, zodat we waarschijnlijk in mum van tijd een nieuw exemplaar thuisbezorgd hadden gekregen?
In De Ongelooflijke Podcast (een productie van de EO over „de relevantie van het geloof”) werd twee weken geleden econoom en schrijver Paul Schenderling geïnterviewd. Hij pleitte, zoals hij al eerder deed in zijn boek ”Er is leven na de groei”, op een inspirerende manier voor postgroei, een tijdperk zonder economische groei.
Nederland is namelijk verslaafd aan groei, is zijn diagnose. Die bracht ons veel goeds, maar ook veel kwaads. Schenderling becijferde dat 10 miljoen mensen in het zuidelijk halfrond fulltime werken voor Nederlandse consumptie. Ze krijgen vaak onderbetaald en werken onder slechte omstandigheden, om over kinderarbeid maar te zwijgen. De opbrengst van al dat werk wordt verscheept naar Nederland, om onze welvaart nog verder op te krikken.
Mijn beschuldigende vinger wijst, als ik deze cijfers hoor, snel naar het neoliberale, kapitalistische systeem waarin wordt gezworen bij aandeelhouderswaarde en het behalen van steeds hogere financiële doelen. De schuld ligt bij het systeem, bij het kapitalisme, bij de politiek, bij het bedrijfsleven. En dat klopt ten dele ook wel. Schenderling pleit dan ook voor veranderingen van het systeem, voor minder belasting op arbeid en meer op consumptie.
Maar, een betere wereld begint onder eigen dak. Schenderling zelf besloot vijf jaar geleden met zijn vrouw zuiniger en soberder te gaan leven en minder te werken. „We merken dat een soberder leven nieuwe levensvreugde oplevert. Ik heb meer tijd voor vrienden en vrijwilligerswerk. En ook van heel kleine dingen geniet ik. Zo hebben we in huis de regel van mijn ouders en grootouders weer ingevoerd: alleen op zondag eten we koek”, aldus Schenderling in een eerder interview in het Reformatorisch Dagblad.
Scherper gezegd, een betere wereld begint in eigen hart. Volgens Schenderling is er namelijk een spirituele crisis gaande. Jezus zegt in het Evangelie niet voor niets scherp: „U kunt niet God dienen en de Mammon.” Wie zijn burgerschap niet in de hemel heeft, heeft op nummer 1 in zijn leven onmiskenbaar iets of iemand anders dan God Zelf. Menig westerling stelt zijn vertrouwen op zijn nummer 1, de geldgod. Wie God liefheeft, leeft als een vreemdeling.
Dat pelgrimschap heeft voor het leven van alle dag heel praktische consequenties: geen impulsaankopen, niet bestellen via AliExpress, geen dozen kleding kopen via webwinkels en die zonder blikken of blozen weer terugsturen. Maar wel: leven van genoeg, goede doelen een prominente plaats geven in de begroting, vaker met kapotte producten naar de repairclub gaan in plaats van nieuwe aanschaffen en misschien helemaal geen airfryer meer willen hebben. En vooral: tevreden zijn. En dat blijft oefenen.
De auteur is adjunct-hoofdredacteur van het Reformatorisch Dagblad.