Kerk & religie
Grote Kerk Goes herbergt refo’s en raveparty’s: „Zeg het maar, wie ik ben”

Smijtegelt en popmuziek komen samen in een theatervoorstelling in de Grote Kerk van Goes, komende week. Cantor Rutger Mauritz wil bewust confronteren. „Ik ruik op zondag het bier dat vrijdag op de grafzerken is geknoeid.”

Cantor Rutger Mauritz in 'zijn' Maria Magdalenakerk in Goes. Van 4 tot 7 juli vindt hier onder Mauritz' leiding verschillende keren een muziektheatervoorstelling plaats over 600 jaar geschiedenis van de kerk. beeld Dirk-Jan Gjeltema
Cantor Rutger Mauritz in 'zijn' Maria Magdalenakerk in Goes. Van 4 tot 7 juli vindt hier onder Mauritz' leiding verschillende keren een muziektheatervoorstelling plaats over 600 jaar geschiedenis van de kerk. beeld Dirk-Jan Gjeltema

Op 8 juni was het zeshonderd jaar geleden dat de Grote of Maria Magdalenakerk in Goes werd ingewijd. Een van de jubileumactiviteiten is een theatrale voorstelling met als titel ”600 jaar kerk(ont)wijding”. De voorstelling, waarin de kerk als oude dame aan het woord komt, is bedacht door Rutger Mauritz, artistiek leider van de Maria Magdalenacantorij. Behalve acteurs en figuranten werken koor, orkest, dansers en een dj mee.

Komende dinsdag tot vrijdag wordt de voorstelling acht keer opgevoerd. „Per keer kunnen er 125 mensen komen”, zegt Mauritz. „Het publiek zit niet stil, maar loopt van het schip naar het koor en terug, als een fysieke reis door de tijd.”

”600 jaar kerk(ont)wijding”, vanwaar die naam?

„De voorstelling is een timelapse, een overzicht van hoe het kerkgebouw in zeshonderd jaar steeds verder ontwijd is geraakt. We proberen parallelle werelden bij elkaar te brengen. Zowel de psalmen van 1773 als het technofeest onlangs op Roze Zaterdag, waarna de vloer nog dagen plakte van het bier.

Ontwijding gaat over de raveparty’s in de kerk, waar veel christenen met pijn in het hart naar kijken. Tegelijk zijn er in de zomer nog steeds kerkdiensten op zondagochtend. Dat zou niet kunnen in een rooms-katholieke kerk onder een bisdom, dan zouden we de kerk elke week weer moeten inwijden.

Maar ontwijding is van oudere datum. In de voorstelling probeer ik het ongemak van nu weg te strepen tegen dat van toen. Het begon met de beeldenstorm: voor katholieken een vorm van ontheiliging. Ik ben opgevoed met de psalmen van Datheen en 1773; in de Reformatie is veel verloren gegaan aan gewijde muziek en liturgie.

Later was het dwarsschip een openbare weg. Paarden en wagens reden over de heiligste plekken.

In de librije, boven de consistorie, heeft een vrouwengevangenis gezeten; de kerk kreeg er geld voor. Daar zaten de pechvogels van de samenleving. Ik stel me dan voor dat aan de andere kant van de muur werd gezongen: „Ai, hoor naar hen die in gevang’nis kwijnen”. Of dat in de consistorie onder de gevangenis de diaconie vergaderde.

Als ik nu als musicus op zondagmorgen in de kerk kom, ruik ik het bier nog van vrijdag. Wat zegt het over het respect in onze samenleving dat we lallend bier knoeien op de grafzerken van mensen?

Het contrast raakt me persoonlijk. Een islamitische pizzeria-uitbater zei tegen me: „Wij moslims vinden het verwerpelijk dat jullie dit doen binnen één kerkgebouw”. Dit is waar we naartoe gegroeid zijn. Waar zijn we over zeshonderd jaar, als dit het voorland is?”

19459036.JPG
Het Marcussenorgel uit 1970 in de Maria Magdalenakerk in Goes. beeld Dirk-Jan Gjeltema

Bent u kritisch gestemd?

„Ja, maar ik ben kritisch richting allen. Ik spaar de eigenaar niet en ik geef de mensen die ongemak ervaren bij de party’s een stem. Maar ik heb zelf ook de oplossing niet.

Soms veroordelen mensen ons vanwege het multifunctionele gebruik van de kerk, maar men is niet van zins om de kerk voor zichzelf te adopteren. Voor de zondagse diensten gaat men toch naar de eigen kerk. Dat is paradoxaal.”

U heeft dus een boodschap aan de reformatorische kerken in Goes?

„Ja! De voorstelling wil zeggen: Jullie zijn als Goese stadsbewoner mede-eigenaar van dit gebouw. Sommigen huren de kerk niet meer vanwege de party’s in het gebouw. Maar dan werk je het probleem in de hand. We zijn tot in lengte van dagen veroordeeld tot deze situatie, als er geen alternatief komt. De voorstelling is een wake-upcall.”

Is de toekomst van het kerkgebouw onzeker?

„In 2027 loopt het erfpachtcontract af tussen de PKN-gemeente en Stichting Grote of Maria Magdalenakerk, die de kerk exploiteert. Het is de vraag of het contract wordt verlengd. Als dat niet zo is, krijgt de kerkelijke gemeente het gebouw terug in beheer, wat de kerk waarschijnlijk niet kan dragen. Dit probleem speelt in veel plaatsen.”

Wat doet dominee Bernardus Smijtegelt in uw voorstelling?

„Hij was hier twee jaar predikant in de zeventiende eeuw. Er klinkt een citaat uit een preek waarin hij kritisch is op slavernij. Rijke mensen namen hem dat toen niet in dank af. We citeren hem respectvol, zonder een karikatuur van hem te maken. Ik richt eigenlijk een monument voor hem op.”

Smijtegelt en een diskjockey in één voorstelling, botst dat niet?

„Dat is voor iedereen spannend, maar het moet wel. De dj beeldt af wat er gebeurt. De ene avond is het Calvijn College hier met woorden als van Smijtegelt, een dag later staan er mensen op geestverruimende middelen te dansen op liedjes van Lady Gaga. De beste klant van de exploitatiestichting organiseert de houseparty’s.

Mij wordt vaak om uitleg gevraagd, maar ik verhuur de kerk niet. Ik wil de schrille contrasten op een artistieke manier aan de kaak stellen. Kunst moet schuren, confrontatie oproepen. Ik hoop dat mensen met vraagtekens naar buiten gaan. En verder mag iedereen zijn eigen oordeel vellen.”

19459040.JPG
Rutger Mauritz als dirigent bij een muzikale repetitie in de Grote Kerk in Goes. beeld Dirk-Jan Gjeltema

Was een tentoonstelling niet geschikter om reformatorische mensen binnen te krijgen?

„Nee. Door muziektheater kun je toneel, zang en gesproken woorden afwisselen. We zitten als mensen eigenlijk altijd in rollenspellen. Als je bij de koning komt, houd je ook een theater in stand. Ik daag mensen uit de gereformeerde gezindte uit om de voorstelling te komen bekijken. Op meerdere manieren zal deze confronteren.

Ik heb ook reacties gekregen van kerken: „Dit is zout in de wond, wordt het nu niet erger?” Maar ik geef een inkijkje in de realiteit.”

In de trailer van de voorstelling klinkt de zin: „Zeg het maar, wie ik ben”. Waarom?

„Dit is ten eerste een vraag van het kerkgebouw: „Wie ben ik?” We horen gewijde muziek én raveparty’s.

Maar de vraag slaat ook op Maria Magdalena, naar wie de kerk is genoemd. Ze zegt: „Hier ben ik dan. De kerk is zeshonderd jaar speelbal van wijding en ontwijding, maar ik heb al 2000 jaar te maken met mensen die van alles over mij roepen.” De essentie van haar boodschap –„ik heb de Heere gezien en Hij is verrezen”– raakt vaak ondergesneeuwd.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
Beste van RD

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer