Sentiment boerenopstand leeft nog steeds in dorp boer Koekoek
Onrust en boosheid over besluiten van autoriteiten die niet naar burgers lijken te luisteren. Dat sentiment leeft 60 jaar na de boerenopstand nog steeds in Hollandscheveld.
Echte boeren zijn er nauwelijks nog in de plek waar in 1963 de gemoederen hoog opliepen. Het Drentse dorp, aangeplakt tegen Hoogeveen, telt –naast wat hobbyisten– nog slechts twee boeren. „Erg, hè”, zegt Jans Guichelaar (42), een van deze melkveehouders. Het familiebedrijf dat Guichelaar vorig jaar overnam, begon al in 1850. Ook bij zijn overbuurman, Johan Bakker (39), gaat het boeren al generaties terug.
Of deze laatste twee boeren van Hollandscheveld bij de piekbelasters horen, weten ze niet. Ze hebben het niet laten uitrekenen op de website die vorige week in de lucht ging. „Ik ga toch niet weg”, zegt Guichelaar strijdvaardig. Bovendien, vraagt hij zich af, is het wel veilig is om daar je gegevens in te vullen? Minister Van der Wal belooft anonimiteit, maar dat stelt hem niet gerust. „De overheid weet al zoveel. Waar gaan ze die informatie voor gebruiken? Straks heb je een foutje gemaakt en krijg je weer extra controles.”
Volgens Bakker klopt er niets van de berekeningen en modellen die overheid gebruikt. „Ze hebben die zo gemaakt dat Schiphol en grote uitstoters als Tata Steel erbuiten vallen. Omdat ze naar de grond kijken. Dus als elke boerderij een schoorsteen van zo’n 90 meter neerzet, is het stikstofprobleem opgelost. Op papier dan.” Pure onkunde en onwil, stelt hij
In het geboortedorp van de beroemde boer Koekoek, de latere voorman van de Boerenpartij, lijkt iedereen de twee veehouders wel te omarmen. ”Albert Heijn is trots op deze melkveehouder van duurzame zuivel”, staat op een bord bij hun boerderijen. ”Trots op de boer”, verkondigen stickers die op verkeersborden van de rotonde zijn geplakt. En een bord langs de A28, vlak bij de afslag Hoogeveen, maakt duidelijk wie de tegenstander is: ”Den Haag dicteert, Nederland gedupeerd”.
„Iedereen vindt het mooi wat we hier doen”, ziet Bakker. „Verzet komt puur van hogerhand, uit Brussel en Den Haag.” In zijn dorp stemde bij de laatste verkiezingen bijna de helft op BBB.
Autoriteiten die harde beslissingen nemen in het leven van burgers, daartegen kwamen de boeren zestig jaar geleden ook in opstand. De boosheid richtte zich toen op het Landbouwschap, dat drie boerderijen ontruimde omdat de bewoners weigerden de verplichte heffingen te betalen. Uit protest tegen de bemoeizucht van het Landbouwschap, uit frustratie omdat hun stem niet werd gehoord. De weigeraars noemden zich „vrije boeren” en organiseerden zich onder leiding van Hendrik Koekoek.
De uithuiszetting bracht een menigte boze boeren op de been. Van heinde en verre kwamen ze met duizenden naar de boerderij van Klaas Hartman. Met vrouw, kinderen, vee en huisraad werd hij voor het oog van de camera’s verdreven. Bertus ten Caat (nu 71) liep als 11-jarige tussen de opstandelingen. Toen op die ijskoude middag in maart de schoolbel ging, haastte hij zich met schoolvriendjes naar het slagveld. „Het meest sensationele wat ik tot dan toe in het dorp had meegemaakt was de jaarlijkse optocht met Koninginnedag”, lacht hij. Nooit zal hij het vergeten. De reporters met hun grote camera’s – „in een tijd dat maar één bewoner van het dorp televisie had”. De donkere jassen van de karabijnen, voorloper van de ME, die met hun grote geweren de menigte achteruit duwden. Terwijl hij vluchtte voor het traangas van de politie, gleed Bertus uit op z’n klompjes.
De jeugd gooide sneeuwballen naar de politie – ongekend voor die tijd. „In Hollandscheveld is de opstand tegen het gezag begonnen”, zegt Ten Caat terugblikkend. De dorpshistoricus schreef een boek over het protest, volgens hem „de grootste rel na de Tweede Wereldoorlog”. Titel: ”De opstand der Braven”. Braven, ja, want deze mensen dachten normaal gesproken niet aan revolutie. Tot ze hun vrijheid dreigden te verliezen. Als er in de jaren zestig sociale media waren geweest, was het protest uitgemond in een landelijke opstand, denkt de dorpshistoricus.
Het verzet was voorpaginanieuws en zo verwierf Koekoek bekendheid in het land. Bij de verkiezingen twee maanden later kreeg hij in één klap drie zetels in de Tweede Kamer. De Caroline van der Plas van de jaren zestig.
Fortuyn
De politicus –zelf kinderloos– was een oudoom van Peter Koekoek (35). Deze Koekoek zat van 2010 tot 2021 voor het CDA in de gemeenteraad van Hoogeveen, waar Hollandscheveld onder valt. Nee, het was niet de beroemde broer van zijn opa die het politieke bewustzijn van Koekoek jr. aanwakkerde. Dat was Pim Fortuyn. „Net als boer Koekoek iemand die de boel opschudde.”
Ergens lijkt Koekoek jr. wel op zijn oudoom. „Dat tegen de stroom in roeien zit ook in mij”, vertelt hij in zijn zonnige achtertuin. „Er zijn politici die niet aan een plan beginnen als ze weten dat er geen draagvlak is. Natuurlijk probeerde ik als raadslid mensen achter me te krijgen, maar Het maakte voor mijn standpunt niet uit of er een meerderheid was.” Zo hield hij bij stemmingen over de koopzondag vast aan de principiële lijn, terwijl een deel van de fractie voorstemde.
Koekoek jr., tegenwoordig gemeentesecretaris in het Drentse Tynaarlo, maakt zich grote zorgen om de onrust in de samenleving. Een onrust die breder leeft dan bij de boeren. En ook niet per se gaat over de kloof tussen Randstad en platteland. „Slachtoffers van de toeslagenaffaire in Rotterdam hebben hetzelfde gevoel als de boeren hier. Het gevoel dat de overheid over hun hoofden heen besluiten neemt waar zij op vastlopen.”
In de gemeenteraad merkte hij het ook. „Een lokale overheid die armoede wil bestrijden, loopt stuk op Rijksbeleid”, verzucht hij. „Als raadslid sta je dan met lege handen.”
Kruitvat
Het sentiment van de jaren zestig leeft volop in Hollandscheveld. Boer Jans Guichelaar verwacht bijvoorbeeld vrijwel niets van het landbouwakkoord waarover nu onderhandeld wordt. „Ik hoop dat het zo snel mogelijk klapt en dat regering opzout. Dan kunnen we opnieuw beginnen.” Of BBB wel iets voor elkaar gaat krijgen? „Als het huidige kabinet op deze voet doorgaat, dan wel”, zegt Johan Bakker. „Wacht maar tot de verkiezingen, dan gaat er wat gebeuren.”
Dorpshistoricus Ten Caat stemde zelf geen BBB, maar begrijpt wel dat het volk het allemaal niet meer begrijpt. „Als een burger een dakkapel wil plaatsen, moeten hemel en aarde bewogen worden. Want dat past niet in het landschap. Maar de overheid zet wel zo een fabriek van 40 meter hoog neer.” Hij schudt z’n hoofd. „Het systeem is zo star, bijna onmenselijk.”
Koekoek heeft steeds het gevoel dat een opstand ook nu dichtbij is. „Het is wachten op de lont in het kruitvat.” Een „gevaarlijk moment” vond hij de kogel die de politie afvuurde op een jonge demonstrant bij het boerenprotest in Friesland. „Als die kogel een paar centimeter naar rechts terechtgekomen was, hadden we in een andere situatie gezeten.” Even dacht hij dat de inflatie de druppel zou worden. „Maar er is net op tijd bijgestuurd om de gemoederen te bedaren.” Ook de verkiezingswinst van BBB heeft mensen hoop gegeven, merkt hij.
Bij diezelfde stembusgang verloor Koekoeks eigen CDA zwaar. Toch was hij op de uitslagenavond blij. „Omdat BBB won met een verhaal waarvan ik geloof dat dát het CDA-verhaal is. Ons verhaal wordt alleen niet goed uitgedragen. We zijn te veel een compromispartij geworden.”
Zijn oudoom werd zestig jaar geleden weggezet als „gekke boer”. Doe dat nou niet weer met de BBB, benadrukt Koekoek. „De Boerenpartij had in de jaren zestig ook veel aanhang in de stad, net als BBB nu. Je kunt mensen wel in een hoek zetten, zodat je niet naar ze hoeft te luisteren. Maar de kiezer zegt: Zo kan het niet langer.” De overheid kan in de ogen van Koekoek pas weer functioneren als die problemen echt oplost, in plaats van continu tegen haar eigen regels aanloopt. Of, zoals Bakker zegt: „Wíj moeten het probleem van de overheid oplossen.”
Spandoek
Van het boerenprotest weten maar weinig bewoners meer. Op de plek van protest herinnert slechts een kei met een bordje nog aan de slag van 1963. Sprekender dan die simpele steen is het spandoek aan de overkant van de weg: ”Wie zijn boeren niet waardeert, heeft van de geschiedenis niets geleerd”. Het hangt pal tegenover de plek waar Hartman ooit uit zijn boerderij werd verdreven.