Historisch jaar op de gasmarkt noopt tot besparen en verduurzamen
Het was een historisch jaar op de gasmarkt. Dreigende tekorten, ongekende prijzen, historische besparingen.
Doordat de aanvoer van Russische gas stokte, dreigde een tekort aan energie in Nederland en de rest van Europa. De prijs van gas bereikte een ongekende piek. Dankzij besparingen door huishoudens en bedrijven daalde het gasverbruik naar het laagste niveau in vijftig jaar.
„Veel mensen maakten zich al zorgen over het klimaatvraagstuk, maar nu werd het concreet”, zegt gedragswetenschapper Reint Jan Renes. Hij is specialist op het gebied van klimaat en duurzaam gedrag en werkt op de Hogeschool van Amsterdam.
Hoe reageerde de gemiddelde burger op de hoge gasprijzen?
„Ik zag de zorgen bij mensen groter worden. De hoge gasprijzen en de oorlog in Oekraïne waren heel tastbaar. Mensen vroegen zich af: wat kan ik doen? En ze gingen daarover ook met anderen in gesprek. Nederlanders werden massaal zuiniger met energie. Wetenschap en overheid vragen dat eigenlijk al jaren van hen. Burgers zochten naar alternatieve warmtebronnen. De temperatuur in huis ging omlaag en we douchten korter.”
Vindt u dat verrassend?
„Eigenlijk niet. In coronatijd zagen we al wat een concrete dreiging kan doen. Mensen hielden opeens massaal afstand. In de gascrisis ging het om een financiële dreiging. We vonden het spannend om te constateren dat we afhankelijk zijn van Rusland. Energie was tot dan toe iets vanzelfsprekends, maar nu ontstond het besef dat gas niet zomaar bij ons komt. Zo’n concrete bedreiging kun je niet zo makkelijk van je afduwen.”
Speelde daarbij alleen de prijs van gas een rol?
„Die was wel belangrijk. Maar we moeten niet vergeten dat er aan het begin van de oorlog ook een soort solidariteit met Oekraïne ontstond. En later kwam er nog een derde factor bij, namelijk solidariteit met medeburgers die het financieel minder hebben. Het voelt ongemakkelijk om de temperatuur op 22 graden te laten, terwijl je weet dat de rest van de samenleving er alles aan doet om minder energie te gebruiken.”
De hoge gasprijs was een zegen voor de versnelling naar een duurzame samenleving.
„Ik zou het geen zegen willen noemen. Omdat ik vaak zie dat de kwetsbare groepen het hardst werden getroffen door de hoge gasprijzen. Aan de andere kant is een crisis vaak onvermijdelijk om iets op de agenda te krijgen. Op basis van iets abstracts als de opwarming van de aarde komen mensen niet voldoende in actie. Het gaat niet vanzelf. Blijkbaar is een crisis soms nodig. Dat is een cynische en nare constatering.”
Waarom kwamen burgers voor de gascrisis maar mondjesmaat in actie?
„Het verduurzamen van een woning is een forse investering. En het kost best wel wat tijd en energie. Als we dan ook nog eens niet direct het voordeel zien, dan houdt dat ons tegen. Dat probleem speelt eigenlijk bij het hele klimaatvraagstuk een rol. Als het mij niet direct iets oplevert, dan schuif ik het voor me uit. Ik moet het op korte termijn in de portemonnee voelen.
Voor gedragsverandering is altijd een concrete prikkel nodig. In het geval van de gascrisis was dat een financiële prikkel, maar het kan ook om wetgeving gaan. Of om gezondheidsvoordelen, zoals bij corona. Bij veel andere milieuvraagstukken zoals voeding en reizen is die prikkel er nog onvoldoende. Bij het verduurzamen van huizen zie ik wel echt een kantelpunt. Dat staat in vrijwel elk huishouden op de agenda.”
Is deze gedragsverandering dan wel blijvend?
„Ik denk dat veel mensen op bepaalde punten weer gaan terugvallen in hun oude patronen. Denk aan de temperatuur in huis of het korter douchen. Aan de andere kant staat dit vraagstuk al heel lang op de agenda. Het coronavirus kan grotendeels verdwijnen, maar het klimaatprobleem wordt steeds urgenter.
De overheid en het bedrijfsleven moeten voortborduren op de beweging die is ontstaan. Zij moeten de drempels wegnemen, en bijvoorbeeld zorgen dat er meer warmtepompen beschikbaar komen. Het verduurzamen van huizen moet voor iedereen toegankelijker worden. Dat bepaalt hoe blijvend de verandering is.”