Mens & samenleving
Melany Wilbrink (24) biedt als vrijwilliger een luisterend oor

Tijd is kostbaar. Waar zetten we ons vrijwillig voor in en waarom?

24 February 2023 15:31Gewijzigd op 24 February 2023 15:37
Melany Wilbrink is inloopbegeleider in één van de inloophuizen van stichting JIJ. beeld Melany Wilbrink
Melany Wilbrink is inloopbegeleider in één van de inloophuizen van stichting JIJ. beeld Melany Wilbrink

„Sinds een jaar ben ik vrijwilliger bij stichting JIJ. Dat is een vrijwilligersorganisatie voor mensen die zelf of in hun omgeving ervaring hebben met eetstoornissen. JIJ geeft onder meer voorlichting, groepsbegeleiding en individuele begeleiding. Daarnaast heeft de stichting een inloophuis in Rotterdam, waar mensen een luisterend oor kunnen vinden.

Sinds april ben ik inloopbegeleider. Toen ik mijn opleiding tot apothekersassistente had afgerond en in een apotheek aan het werk ging, wilde ik daarnaast graag vrijwilligerswerk doen. In dit inloophuis wil ik vooral de persoon achter de stoornis zien.

Alle inloopbegeleiders zijn ervaringsdeskundigen; ze hebben zelf een eetstoornis gehad. Ik ook. In de periode waarin ik er zelf mee te maken had, 
heb ik herkenning bij de omgeving gemist.

Begrip vind ik heel belangrijk. Als je zelf geen problemen hebt (gehad) met eten, begrijp je iemand met een eetstoornis nooit helemaal. Wij proberen mensen het gevoel te geven dat ze er niet alleen voor staan.

19077968.JPG
Zithoek in het inloophuis in Rotterdam. beeld Melany Wilbrink

Ik ben eens per maand op zaterdag aanwezig. Het aantal mensen dat komt wisselt. Soms één, soms zes op een dag. Doordeweeks worden er activiteiten georganiseerd, op zaterdag is het programma vrij. We pakken een kopje koffie of thee en doen een gezelschapsspel of iets creatiefs. Niks moet. Soms wil iemand praten, soms juist niet. Wil hij een dutje op de bank doen, ook prima. Ik sluit aan bij wat de ander wil.

We organiseren ook kookactiviteiten. We willen leren dat eten iets normaals is en dat het samenbindend is. Als iemand niet wil mee-eten, is dat oké. Maar dan vragen we diegene om niet aan de eettafel te gaan zitten. Dat doen we om andere aanwezigen niet te triggeren in hun eetgedrag. Mensen met een eetstoornis vergelijken zichzelf namelijk sterk met de ander. Bijvoorbeeld: die eet zoveel, dan mag ik niet méér eten.

Bij de inloop proberen we het gesprek luchtig te houden, al stellen we wel vragen zoals: Hoe gaat het en waar loop je tegenaan? Hoe komt het dat je je zo voelt? Het draait bij een eetstoornis namelijk om het gevoel dat er achter het eetgedrag zit. Vaak speelt er meer, zoals autisme of trauma’s.”


RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
De Week

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer