Wandelen rond Stokkum
In het Montferland voel je je al half in Duitsland. Het Staickheimerpad voert langs de mooiste plekjes, met als bakens de Elterberg, Düffels Möll en de Hulzenberg.
Opnieuw stallen we de auto in het hart van Stokkum. De vorige keer liepen we het deel van het Staickheimerpad dat richting het Duitse grensplaatsje Elten voert. Door laaggelegen grasland via de Stokkumse zandbulten naar het Bergherbos, met als topper de 21 meter hoge uitkijktoren op de Hulzenberg. Het bestijgen kost wat energie, maar dan krijg je ook wat. Een vergezicht tot ver in Nederland en Duitsland.
Nu staat het deel van de klompenwandeling richting ’s-Heerenberg op het programma. De routeverkorter, dwars door het dorp, brengt ons bij het in 1994 geplaatste hagelkruis. In vroeger eeuwen werden zulke kruisen her en der bij akkerland geplaatst om boze geesten te weren. Met name geesten die eropuit waren het gewas door hagel te vernietigen. Het herinnert ons eraan dat we het nooit verder zullen brengen dan bekeerde heidenen.
Over een onverharde weg door glooiend land, met aan weerskanten weiden en verderop bos, wandelen we naar de Oude Eltenseweg. Eens een belangrijke verkeersader, nu een fietspad. Net voor een stuk bos met een mooie mix van loofbomen en naaldbomen slaan we rechtsaf, richting ’s-Heerenberg. Het pad laat het Montferland op z’n mooist zien: lieflijk heuvelland, omzoomd door bos.
Net voor ’s-Heerenberg passeren we de plek waar slager Johan Burgers naam maakte met zijn vogelverzameling. In 1913 bouwde hij de vogelweide uit tot een klein dierenpark. Toen hij er een echte dierentuin van wilde maken, trapte de toenmalige gemeente Bergh op de rem, waarna Johan naar Arnhem uitweek.
Langs de flank van het dorp lopen we over een onverhard pad, een stuk grasland en een bosperceel naar Huis Bergh, het culturele hoogtepunt van de wandeling. Het huis wordt tot de mooiste kastelen van Nederland gerekend. Ten westen ervan ligt parkbos De Plantage, aangelegd in de staart van de 18e eeuw. Liefhebbers van bomen kijken hier hun ogen uit. De grote middenlaan is zo gesitueerd dat de wandelaar door een tunnel van stammen uitkijkt op de Sint-Vituskerk in Hoch-Elten.
Over de Emmerikseweg verlaten we het dorp, om net voor de grens het smalle grenskanaal, voor het oog een beek, te gaan volgen. In Stokkum worden we nog getrakteerd op een lus. Die brengt bij korenmolen Düffels Möll, een rijksmonument, gelegen op een natuurlijke hoogte in het landschap. Bij eetcafé ’t Klaphek zit de tocht erop. Nu we de wandeling in z’n geheel hebben gelopen, kunnen we die een cijfer geven. Het wordt een 9, met stip. Als we gezond blijven, komen we hier absoluut nog eens terug.