VN-resolutie zet Israël weer in beklaagdenbankje
Israël maakt zich zorgen over een resolutie van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Daarin wordt het Internationaal Gerechtshof verzocht een adviserende opinie te formuleren over de „Israëlische bezetting van Palestijnse gebieden”. Dat zou vervelende gevolgen voor de Joodse staat kunnen hebben.
Israël is er wel aan gewend dat het onder vuur ligt in de VN. In de achterliggende decennia nam de volkerenorganisatie tientallen verklaringen aan waarin Israël werd veroordeeld.
Het was dan ook geen verrassing dat de Algemene Vergadering afgelopen vrijdag akkoord ging met een verzoek aan het Internationaal Gerechtshof in Den Haag om de juridische consequenties van het Israëlische optreden in de Palestijnse gebieden onder de loep te nemen. Concreet gaat het om beschuldigingen van „voortdurende bezetting, illegale nederzettingen op en annexatie van Palestijns gebied”. Van de lidstaten stemden 87 voor, 26 waren tegen en 53 onthielden zich van stemming –waaronder Nederland– of kwamen niet opdagen.
Opmerkelijk genoeg viel een voorlopige stemming in november negatiever voor Israël uit. Toen stemden 98 landen voor, 17 tegen en 52 onthielden zich. Tussen alle werkzaamheden rond de vorming van een nieuwe regering, hebben Israëlische diplomaten en politici zich de afgelopen weken beijverd om het VN-initiatief aan de kaak te stellen. Met het argument dat de volkerenorganisatie bevooroordeeld is ten aanzien van Israël en dat deze manoeuvre de kansen op vrede met de Palestijnen alleen maar verkleint. „De Palestijnen willen onderhandelingen vervangen door eenzijdige stappen”, waarschuwde de toenmalige premier Yair Lapid.
Het officiële verzoek ligt inmiddels bij het Internationaal Gerechtshof. Dat wil niet zeggen dat er op korte termijn een uitspraak van het hof komt. VN-lidstaten en ngo’s zullen de komende tijd eerst worden uitgenodigd om hun zienswijze in de kwestie kenbaar te maken. Het zal nog zeker een jaar duren voor de rechters hun advies zullen hebben geformuleerd.
Extra gevoelig
Dat neemt niet weg dat Israël zich nu al zorgen maakt over deze ontwikkeling. De kersverse Israëlische premier Benjamin Netanyahu reageerde dan ook fel op de stemming in de Algemene Vergadering. „Het Joodse volk is niet de bezetter van zijn eigen land, noch van onze eeuwige hoofdstad Jeruzalem. Geen VN-resolutie kan die historische waarheid verdraaien”, aldus Netanyahu. Hij voegde eraan toe dat Israël zich niet gebonden acht aan dit „verachtelijke besluit”.
De kwestie ligt extra gevoelig omdat Netanyahu’s uiterst rechtse coalitiepartners zich juist sterk maken voor uitbreiding van de nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever, of zelfs voor annexatie. Als dat in de nabije toekomst daadwerkelijk gebeurt, bestaat de vrees dat het de gedachtevorming binnen het Internationaal Gerechtshof negatief zal beïnvloeden.
Maar zelfs als dat niet het geval is, staan de contouren van de uitspraak van de rechters in Den Haag al vast, waarschuwde Pnina Sharvit Baruch maandag in een interview met de Times of Israel. Volgens de jurist en veiligheidsdeskundige, verbonden aan het Institute of National Security Studies in Tel Aviv, zal de opinie van het hof „niet gunstig voor Israël” zijn.
In het beste geval zullen enkele rechters wellicht een minderheidsstandpunt bij de uitspraak publiceren dat iets voordeliger voor Israël is. In het slechtste scenario krijgt de Joodse staat het stempel ”apartheid” opgedrukt, wat Israëls aanzien in de wereld verder zal schaden en nieuwe boycotacties zal uitlokken.