Dr. M. Klaassen heeft „met pijn en verdriet” afscheid genomen van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) en is recent lid geworden van de Hersteld Hervormde Kerk (HHK). „Ja, daar heb ik nu ook preekbevoegdheid.”
Zijn kerkelijke overstap maakte dr. Klaassen –die zondagmorgen voorgaat in zijn nieuwe thuisgemeente, in de Pniëlkerk in Barneveld– vrijdag wereldkundig op zijn website. Daar maakte hij, onder de titel ”Waarom ik de PKN heb verlaten”, duidelijk dat zijn ingrijpende stap alles te maken heeft met het gravamen dat hij vorig jaar indiende bij de classis Delta. Daarin verwoordde hij zijn bezwaren tegen ordinantie 5.4 van de kerkorde, dat het zegenen van niet-huwelijkse levensverbintenissen in de kerk mogelijk maakt. Dit gravamen is in maart dit jaar door de classis niet ontvankelijk verklaard.
Waarom hebt u nu de stap gezet de PKN te verlaten en niet al eerder dit jaar?
„Ik wilde niet met stille trom vertrekken, maar de hele kerkelijke weg bewandelen. Na maart heeft een groep van ruim zeventig collega-predikanten een brief naar classis en synode gestuurd om het gravamen toch te behandelen. Op de laatste classisvergadering, eind september, is dit verzoek echter niet gehonoreerd.
Wel werd mij nog een gesprek toegezegd met de voorzitter en de scriba van de generale synode. Die ontmoeting heb ik in oktober gehad. Daarin heb ik de verschillende bezwaarpunten nogmaals onder de aandacht gebracht. Ik heb hen gevraagd of zij publiekelijk terug wilden nemen wat het moderamen in 2018 naar aanleiding van ordinantie 5.4 zei, namelijk dat de PKN geen waardeoordeel uitspreekt over welke seksuele verbintenis dan ook. Dat kon en wilde men niet.”
Het grote punt voor u is hoe de PKN spreekt over huwelijk en relaties?
„Ja. Ik heb in dat gesprek met het moderamen, op 3 oktober in Utrecht, gevraagd: Hoe kunt u uw visie en stellingname Bijbels onderbouwen? Jezus leert ons toch in Mattheüs 19 dat het huwelijk van man en vrouw er vanaf het begin geweest is en universeel geldig is? Het enige antwoord dat ik kreeg: Niet iedere christen die de Bijbel leest komt bij dezelfde conclusies uit als u. Dat is voor mij de spreekwoordelijke druppel geweest.
Het huwelijk heeft nu in de PKN geen specifieke status meer. En zodra je aan het huwelijk komt, kom je aan het Evangelie. Het huwelijk van man en vrouw is in de Schrift immers ook het beeld van Christus en de gemeente. In datzelfde gesprek heb ik daarom gezegd dat ik mijn lidmaatschap van de PKN ging opzeggen.”
Ordinantie 5.4 bestaat al sinds 2004. Toch bent u in deze kerk, waarin u sinds 2003 mag preken, in 2006 predikant geworden.
„Zeker. Met veel strijd heb ik toen eerst voor de Nederlandse Hervormde Kerk en later voor de PKN gekozen. Wel ben ik steeds meer gaan inzien dat een kerk die het belijden niet handhaaft, zichzelf verlamt. En dat de ontwikkelingen dóórgaan. Na de uitspraak van 2018 kwam in 2019 de genderliturgie. En in 2021 de uitspraak van de Protestantse Theologische Universiteit dat ordinantie 5.4 niet ver genoeg ging en discriminerend was.
Een zwaar punt is voor mij ook geworden dat dingen die tegen Schrift en belijdenis ingaan, in de PKN niet toetsbaar bleken te zijn. Neem die genderliturgie: een zegening voor transgenders, die in 2019 werd ingevoerd. Die is in de kerk niet besproken, zelfs niet op de synode, terwijl het zó’n gevoelig thema is. Dat is zeer onzorgvuldig.”
Was het voor u nog een vraag of u zich bij de HHK of bij een andere kerk zou aansluiten?
„Ik ben van voor 2004 en heb de scheuring van toen als een heel pijnlijke ervaren. Ook ben ik altijd verbondenheid blijven voelen met hen die destijds een andere keuze maakten. Heel lang heb ik nog aan beide kanten gepreekt; dat deed ik ook de laatste jaren nog. In de hersteld hervormde gemeente in Abbenbroek, in Spijk en in Soest. Ja, er zijn gelukkig ondergronds altijd wel lijntjes blijven lopen.”
Uw vertrek zal Schriftgetrouwe predikanten en kerkleden in de PKN verdriet doen.
„Ja, deze stap ís verdrietig en pijnlijk. Voor mijzelf en mijn gezin, en voor anderen. Ik vertrek beslist niet met trompetgeschal. In de tijd dat mijn gravamen speelde, kreeg ik veel steun van het grondvlak in de PKN, van gewone gemeenteleden. Ook daarom doet mijn vertrek nu aan alle kanten pijn. Erg blij ben ik daarom dat ik van het moderamen van de HHK gewoon in mijn oude gemeenten mag blijven preken. Ik heb namelijk geen geschil met gemeenten of met mensen, maar met de leiding van de PKN.”
Sinds 1 september hebt u geen eigen gemeente meer, maar bent u fulltime in dienst bij Bijbels Beraad M/V. Voor dat werk heeft uw kerkelijke overstap geen consequenties?
„Nee, ik heb daar een contract voor twee jaar. Eigenlijk hebben ze voor mijn situatie in de HHK geen aparte status. De formule luidt nu zo dat ik officieel beroepbaar predikant ben, en dus beroepen kán worden; maar ik hoef geen beroep in overweging te nemen.”