Wall Street sluit zwakke beursmaand februari flink hoger af
De aandelenbeurzen in New York zijn vrijdag op de laatste handelsdag van februari met flinke koerswinsten gesloten. Februari was een tegenvallende maand voor Wall Street met verliezen voor de drie hoofdgraadmeters, mede door onrust over de importheffingen die de Amerikaanse president Donald Trump wil opleggen op buitenlandse goederen.
Beleggers in New York hadden ook oog voor het bezoek van de Oekraïense president Volodymyr Zelensky aan Trump in het Witte Huis. Die ontmoeting liep uit op een ruzie over het beëindigen van de oorlog tussen Oekraïne en Rusland en Zelensky is vervroegd vertrokken. De gezamenlijke persconferentie werd afgelast en een deal over grondstoffenwinning werd niet getekend. Die ruzie zorgde even voor wat onrust op Wall Street door zorgen over toenemende geopolitieke spanningen.
De Dow-Jonesindex eindigde 1,4 procent hoger op 43.840,91 punten en de brede S&P 500 klom 1,6 procent tot 5954,50 punten. De technologiebeurs Nasdaq steeg 1,6 procent tot 18.847,28 punten, na de koersval van 2,8 procent een dag eerder. De Dow en de S&P leden maandverliezen van rond de 1,5 procent. De Nasdaq zette over heel februari een min van bijna 4 procent neer.
De aandacht ging verder uit naar een cijfer over de inflatie dat de Federal Reserve als belangrijkste maatstaf hanteert. Dat cijfer kwam overeen met de verwachtingen. De inflatie speelt een belangrijke rol in het rentebeleid van de Fed. De centrale bank hield de rente vorige maand onveranderd en Fed-voorzitter Jerome Powell heeft herhaaldelijk gezegd geen haast te hebben met het verder verlagen van de rente.
Bij de bedrijven stonden de computermakers Dell en HP bij de verliezers door tegenvallende verwachtingen over de winst. Dell zakte 4,7 procent en HP verloor bijna 7 procent aan beurswaarde. HP meldde ook nog eens tot 2000 banen extra te gaan schrappen om kosten te besparen.
AI-chipproducent Nvidia ging juist bijna 4 procent omhoog. Op donderdag duikelde het aandeel nog meer dan 8 procent omlaag in navolging van kwartaalcijfers en zorgen bij investeerders over de dalende winstmarge bij Nvidia.
De euro noteerde 1,0374 dollar, tegen 1,0407 dollar in Europa. De prijs van een vat Amerikaanse olie werd 0,8 procent goedkoper op 69,76 dollar en Brentolie zakte 1,2 procent in prijs tot 73,18 dollar per vat.