Zes jaar cel voor doodsteken oma
De rechtbank Amsterdam heeft vrijdag de 22-jarige Berfin Ç. veroordeeld tot zes jaar cel voor het doden van haar 80-jarige oma. Ç. had eerder al bekend dat zij de bejaarde vrouw in de vroege ochtend van 22 maart vorig jaar in haar woning aan de James Cookstraat in Amsterdam-West met messteken om het leven heeft gebracht. Er was acht jaar cel geëist.
Ç. was de fatale dag in paniek geraakt nadat ze door haar oma met een vriendje in haar woning was betrapt. De verdachte zorgde destijds voor haar oma, die net was teruggekeerd uit het ziekenhuis na een operatie. Zij zou haar kleindochter hebben gezegd dat zij haar moeder zou inlichten over de stiekeme relatie van Ç. De verdachte vreesde de reactie van haar familie en vooral die van haar broer, die strenge controle over haar hield.
„Ik heb nooit gedacht haar iets aan te doen”, zei Ç. op de zitting twee weken geleden, in tranen. Ze verklaarde dat ze zichzelf wilde doden. In het vonnis zegt de rechtbank dat zij uit het dossier opmaakt dat „verdachte op zoek was naar manieren om het slachtoffer te laten vergeten wat zij die nacht had waargenomen” en dat zij zozeer in paniek was dat zij zelfmoord wilde plegen. „Op enig moment heeft verdachte echter een andere keuze gemaakt en heeft zij - in plaats van zichzelf van het leven te beroven - het slachtoffer twaalf keer met een mes in haar bovenlichaam gestoken.”
Dat zij de dood van haar oma nooit heeft gewild, leidt de rechtbank ook zelf af uit de verklaringen van Ç. bij de politie en op de zitting. Maar de rechtbank kan „er niet omheen dat de dood van het slachtoffer een oplossing was voor het probleem van verdachte en dat verdachte daarom op een (heel) kort moment toch de opzet heeft gehad op de dood van het slachtoffer”, aldus het vonnis.
Onderzoekers hebben gerapporteerd dat Ç. bang was dat haar broer haar of haar vriend iets zou aandoen of laten aandoen. Haar broer heeft de vrouw „ook naar zijn eigen zeggen” jarenlang gecontroleerd en gevolgd, vooral als het over contact met jongens ging.
De rechtbank heeft bij het bepalen van de straf rekening gehouden met de door de deskundigen omschreven „familiedynamiek”. Het kan niet anders, zegt zij, dan dat Ç. „heel erg bang” is geweest voor de gevolgen als het samenzijn met haar vriend bekend zou worden. „De rechtbank vindt het goed voorstelbaar dat verdachte in paniek was.”