Opgroeiend met heidense rituelen, werd Yolaina als christen bewaard
Yolaina was 17 toen ze tot geloof in de Heere Jezus Christus kwam en als dochter van een praktiserende santeriapriesteres lag dat ab-so-luut niet voor de hand. Hoe het er toch van kwam? Bijbelstudies van SEZ speelden een cruciale rol.
Eerst iets over dat occulte geloof dat santeria heet. Een duistere religie is het, met wortels in het Cubaanse rooms-katholicisme en een Afrikaanse natuurgodsdienst. Met de Spaanse aanvoer van slaven kwam die laatste mee naar Cuba, waar hij zich ontwikkelde tot een geestelijk nog dodelijker mix. Twee ingrediënten: het bezeten raken door natuurgeesten en bloederige offerrituelen waarbij hanen en kippen worden ‘onthoofd’. Wie in Cuba om zich heen kijkt ziet stille getuigen ervan op straat: kippenschedels, besmeurde veren en bloedspatten. Nog altijd is santeria springlevend en juist in deze tijd van economische nood is het een „toevlucht” voor Cubanen die houvast zoeken in de wereld van geesten.
Welnu, in deze bezeten wereld werd Yolaina christen. Sterker: ze kreeg de rituelen met de paplepel ingegoten. Yolaina vertelt erover vanuit de kerk annex pastorie van ds. Diosmany, een kleine baptistengemeente in Camagüey. Als predikantsechtpaar mogen ze er leidinggeven aan zo’n vijftig gemeenteleden. Vanzelfsprekend was dat niet. Zo vertelt Yolaina hoe ze door haar moeder werd gedwongen over een in brand gestoken kruis te springen. Het kruis, dat haar als 17-jarige kostbaar was geworden. Achteraf ziet ze het ritueel als een duivelse daad, bedoeld om van haar een afvallige te maken. En als Yolaina het waagde naar de kerk te gaan –zo kreeg ze te verstaan– kon ze haar biezen pakken. Uiteindelijk zou het daarvan komen. Dat was toen Yolaina openlijk kerkdiensten ging bezoeken.
Hoe ze het tot die tijd geestelijk uithield? Yolaina wijst op haar Heere. Hij gaf haar kracht. Hoe Hij dat deed? De Bijbelstudies komen ter sprake, die Spaanse Evangelische Zending (SEZ) onder gemeenteleden in Cuba verspreidde en die zij via derden kreeg aangereikt. Terwijl haar moeder bezig was met santeriarituelen, haalde Yolaina die Bijbelstudies tevoorschijn.
„Dankbaar voor de huidige tussenstand, want we zijn goed op weg naar ons streefbedrag. U moet weten: ik gun het onze zwaar beproefde broeders en zusters in Cuba van harte” - Ab Jansen, coördinator RD-acties
Nu we met de RD-actie projecten van SEZ steunen (Bijbelverspreiding en theologische toerusting) mag Yolaina’s getuigenis hier niet ontbreken. Het laat zien waarin menselijkerwijs gesproken de kracht van het SEZ-werk schuilt, ook vandaag nog. Het is dat laagdrempelige. Bijbelverspreiding wordt er niet aan de grote klok gehangen, maar als het ware stilletjes onder de deurpost geschoven. En wel zó dat zelfs ín het hol van de leeuw een kwetsbaar schaap van Jezus’ kudde kon worden gevoed en bewaard.