Recyclebare fiets kan tegen weer en wind; ideale schoolfiets voor pubers
Igus? Het vrij onbekende Keulse concern maakt al zestig jaar kabelgeleiders en draaiende delen van kunststof. Voor het eerst gaat Igus ook plastic fietsen maken, de RCYL. Grotendeels vervaardigd uit gerecyclede visnetten.
„Onze fiets roest niet, je hoeft hem niet te smeren en hij kan dag en nacht in weer en wind staan. Doe dat maar eens met je gewone fiets, dan is het na een jaar al een drama om erop te rijden”, vertelt Sven Terhardt, afdelingshoofd bij de fietsafdeling, in een vergaderzaal van de fabriek in Keulen. Het zou de RCYL tot de ideale fiets voor pubers maken.
Het idee voor de fiets ontstaat wanneer Frank Blase, directeur van Igus, in 2015 op vakantie is in Florida in de Verenigde Staten. Hij wil er een fiets huren, maar komt er algauw achter dat de huurfietsen snel roesten en moeilijk vooruit te trappen zijn. De oorzaak is de voortdurende blootstelling aan zand, wind en zout water. Dat moet toch anders kunnen, meent Blase. Na jaren ontwikkelen is er nu de RCYL-fiets van Igus:bike, die komend jaar ook in Nederland op de markt komt. Terhardt: „We zijn op dit moment op zoek naar servicepartners in Nederland.”
Igus heeft al jaren ervaring met het maken van bewegende delen van kunststof die functioneren zonder smeermiddelen en kunststof geleiders voor elektrische kabels. Ze worden onder meer toegepast in de robot- en voedingsmiddelenindustrie, vervolgt Terhardt. „Bij de voedselbereiding zijn bewegende metalen delen en smeermiddelen niet toegestaan, maar onze kunststof lagers wel.”
Hij pakt in de vergaderruimte van Igus in Keulen een gelagerde ring van het schap. De kogellagers hierin zijn van gehard glas, wijst hij. De binnen- en buitenring draaien soepel om elkaar, zonder smeermiddel. „Deze passen we ook toe in onze fietsen”, verklaart de Duitser.
„De binnen- en buitenring draaien met glazen kogellagers zonder smeermiddelen soepel om elkaar” - Sven Terhardt, afdelingshoofd Igus:bike
Lichter
Hij start een powerpointpresentatie op. Dan blijkt dat Igus al heel lang toeleverancier is van de fietsindustrie. „We maken al dertig jaar kunststof onderdelen voor de gevestigde fietsfabrikanten. Zij kunnen daarmee stalen componenten vervangen door onderdelen die lichter zijn, niet roesten en geen smeermiddel nodig hebben.”
Voortdurend zijn de ontwikkelaars van Igus bezig om vervangende onderdelen van hogedichtheidspolyethyleen (HDPE)-kunststof uit te denken en die te testen op duurzaamheid en betrouwbaarheid. „Van alle plastic afval is 80 procent HDPE.” Terhardt loopt naar de immense fabriekshallen van de vestiging Keulen, vlak bij het vliegveld Keulen-Bonn.
In een van de fabriekshallen zetten medewerker de –soms heel forse– kunststof kabelgeleiders in elkaar. In de hal ernaast worden ze geautomatiseerd gemaakt via een giet-spuitprocedé. Enkele tientallen meters verder bevindt zich de hal waar alle onderdelen worden onderworpen aan kwaliteitstesten. Continu simuleren machines buigbewegingen op de kabelgeleiders; in een andere testopstelling onderwerpen machines kunststof fietsvelgen aan belastingsproeven. „Wanneer onze klanten vragen hebben over de duurzaamheid en slijtvastheid van onze producten, kunnen we aan hen laten zien: kijk, het werkt en de levensduur is gegarandeerd”, verklaart de Duitser.
„Momenteel rijden we met de RCYL-fiets een 6000-kilometertour door Europa. We laten zo aan iedereen zien: onze fietsen moeten 20.000 kilometer zonder onderhoud meegaan. Daarna kunnen ze met vervangende onderdelen nog veel langer mee.”
Splinternieuw
Terhardt vervolgt zijn tour over het fabrieksterrein via een tunnel onder een regionale hoofdweg. Naar de splinternieuwe hal, waar Igus de RCYL-fietsen in elkaar zet. In de assemblagehal staat een rijtje fietsen dat de ontwikkeling van de kunststof fiets inzichtelijk maakt. „Hier heb je een Zweedse plastic fiets uit de jaren zeventig.” De tweewieler ziet er vrij gammel uit in vergelijking met de stevige Igusfiets van vandaag de dag.
Het frame van de RCYL oogt dik en robuust, alsof het wel tegen een stootje kan. „De fiets bestaat voor 96 procent uit HDPE-kunststof”, laat Terhardt weten. „Ruim 50 procent van de gebruikte HDPE-kunststof in frame, voorvork en wiel is van gerecycled plastic afval, afkomstig van afgedankte visnetten en huishoudelijk afval. De remmen, schroeven en de trapunit zijn nu nog van metaal. Ook daarvoor ontwikkelen we een kunststof variant. Inmiddels zijn ook de remhendels van plastic. De draaiende delen zijn van speciaal samengesteld Igusplastic met een hoge levensduur.”
Intussen werken de ingenieurs van Igus er hard aan om het aandeel van gerecycled plastic in de fiets te vergroten. „We willen het recyclingpercentage op korte termijn verhogen naar 75 procent en straks zo mogelijk naar 100 procent. Afgedankte kunststof is voor ons een waardevolle grondstof. Als de RCYL-fiets aan het einde van zijn levensduur is, kan hij volledig worden gerecycled. We gebruiken gerecycled plastic en we kunnen het ook weer volledig hergebruiken. Wat dat betreft kun je ons wel de pionier in circulaire fietsen noemen.”
In de hal sleutelen medewerkers de fietsen met de kunststof onderdelen in elkaar en testen ze de stevigheid van nieuw ontworpen onderdelen. „We maken zowat alle onderdelen zelf. Onze kracht is dat we lokaal produceren en niet met onderdelen over de hele wereld slepen”, legt Terhardt uit.
Willen mensen wel op zo’n opvallende fiets rijden?
Terhardt glimlacht. „Zo’n 80 procent van de mensen reageert tamelijk positief op ons ontwerp. Het is een beetje gekke fiets, maar hij is ook leuk. En ja, je moet er wel van houden dat de mensen naar je kijken, want opvallen doe je zeker.”
„Je moet er wel van houden dat de mensen naar je kijken, want opvallen doe je zeker”
Igus is dit jaar begonnen met de productie. Hoe loopt het inmiddels?
„We zitten nog steeds in de omschakeling van de prototypefase naar de verkoopfase. Onze partner, mtrl uit Nijkerk in Nederland, is het frame aan het doorontwikkelen voor het echte werk. En we schalen op; onze productielijn in Keulen zijn we aan het uitbouwen. We hebben ongeveer 1800 preorders ontvangen, en sinds deze maand al zo’n vijftig fietsen afgeleverd tegen een prijs van 1200 euro per stuk.”
Wit exemplaar
Terhardt pakt een wit exemplaar uit de rij klaarstaande fietsen. „Wil je hem zelf proberen?” Dat is niet tegen dovemansoren gezegd. De Duitser rijdt de fiets met de dikke banden naar buiten. Daar is ruimschoots plaats om hem nader aan de tand te voelen.
De riemaandrijving functioneert soepel. De 17 kilo zware fiets heeft een sterke neiging om rechtuit te rijden, heel stabiel. De bocht om voelt de tweewieler wat log aan. De schijfremmen happen desgewenst gretig toe en vertragen de fiets vertrouwenswekkend. Wat nog ontbreekt zijn versnellingen en een elektrische aandrijving. Maar aan beide wordt gewerkt, verzekert Terhardt.
De eenvoudige uitvoering vormt voor de werknemers van Igus geen enkele belemmering om de fiets te gebruiken om van de ene naar de andere locatie te peddelen. Ze parkeren de fietsen gewoon buiten, op de dubbele standaard. In weer en wind. Het plastic ros moet er probleemloos tegen kunnen.