Cuneratoren na restauratie weer in volle glorie
De Cuneratoren in Rhenen is na ruim vier jaar uit de steigers. De blikvanger van de Utrechtse stad aan de Rijn is grondig gerestaureerd. „Natuurlijk moet de toren net als elk woonhuis onderhouden worden, maar de komende halve eeuw zal geen grootscheeps herstelwerk meer nodig zijn”, verwacht projectleider Ralph Backer.
De restauratie heeft ruim 5 miljoen euro gekost. Daarvan droeg de provincie Utrecht 800.000 euro bij. De gemeenteraad van Rhenen stelde de rest van het bedrag beschikbaar. De toren, die uit 1531 stamt, is een rijksmonument. De gemeente Rhenen is eigenaar van het bouwwerk.
De steigers werden najaar 2013 om de toren geplaatst nadat losgeraakte stenen naar beneden waren gevallen. Bouwkundig onderzoek wees uit dat uitgebreid herstelwerk gewenst was. „Eind jaren zestig had de laatste restauratie plaats. Daarna is er ruim veertig jaar weinig aan gedaan”, aldus Backer. Hij is verbonden aan adviesbureau Antea Group. „Veel natuurstenen onderdelen verkeerden in een matige tot slechte staat. Voegen waren uitgesleten en ook lood moest worden vervangen.”
Met de restauratie werd in juni 2015 begonnen. Verantwoordelijk wethouder Kleijn is tevreden met het resultaat: „Het bouwteam van de Antea Group, architect Delfgou en bouwbedrijf Hoffman zijn mooi binnen het budget gebleven, mede doordat in de voorbereidende fase een goede prognose is gemaakt van wat de restaurateurs allemaal zouden kunnen tegenkomen.”
Natuursteen
Projectleider Backer: „Doordat de steigers er al stonden, konden we van dichtbij bekijken hoe de toren eraan toe was en wat er vervangen of gerestaureerd moest worden. Uiteraard was niet alles van buitenaf te zien. Wat bijvoorbeeld de staat van een metalen verankering op een van de omlopen was, konden we pas bij de restauratie constateren toen we de natuursteen weghaalden waarin ze was bevestigd.”
De restauratie was complex, aldus Backer. „In de toren zitten namelijk achttien typen natuursteen. Dat gaf nogal wat huiswerk om de juiste keuzes te maken wat en hoe we moesten vervangen. Gaandeweg hebben we veel kennis over de Cuneratoren opgebouwd. Die benutten we ook voor een onderhoudsplan om de toren voor de eerstkomende vijftig jaar in orde te houden.”
Parel van de stad
Wethouder Kleijn neemt dat tussentijdse onderhoud serieus. „We denken er ook over om een spaarpotje aan te leggen voor de volgende restauratie, ook al is die pas over lange tijd. We vragen de raadsleden wat ze daar jaarlijks voor opzij willen leggen. Deze keer was er van tevoren geen geld voor het noodzakelijke herstelwerk gereserveerd en moest de gemeente lenen, waardoor we niet direct aan de slag konden. Dat willen we voor de volgende keer voorkomen. Per slot van rekening is de Cuneratoren de parel van de stad. Iedereen in Rhenen is er trots op.”
Gelijk met de restauratie is de verlichting aangepakt. De lampen die de toren vanaf straatniveau aanlichtten zijn vervangen door ledverlichting die op de toren is gemonteerd. „Daarmee besparen we energie. We hebben nu ook de mogelijkheid het bouwwerk in diverse kleuren te belichten”, aldus Kleijn. „De toren moet echter geen kerstboom worden, vonden de christelijke partijen. Dat ben ik met hen eens. De afspraak is nu dat die speciale kleurverlichting maximaal twintig dagen per jaar wordt gebruikt, vooral bij evenementen en andere bijzondere gelegenheden.”
Vrijwilligers van het Cuneragilde in Rhenen gaan torenbeklimmingen verzorgen. Zij geven daarbij uitleg over de bouw, de beelden, de klokken en bijzondere gebeurtenissen. Boven aan de 298 treden tellende wenteltrap kunnen de deelnemers genieten van het uitzicht over Rhenen en de Betuwe. Bij helder weer kunnen ze Den Bosch, Nijmegen en Utrecht zien liggen.