Galaten 6:11-18

Ziet, hoe groten brief ik u geschreven heb met mijn hand. Al degenen, die een schoon gelaat willen tonen naar het vlees, die noodzaken u besneden te worden, alleenlijk opdat zij vanwege het kruis van Christus niet zouden vervolgd worden. Want ook zij zelven, die besneden worden, houden de wet niet; maar zij willen, dat gij besneden wordt, opdat zij in uw vlees roemen zouden. Maar het zij verre van mij, dat ik zou roemen, anders dan in het kruis van onzen Heere Jezus Christus; door Welken de wereld mij gekruisigd is, en ik der wereld. Want in Christus Jezus heeft noch besnijdenis enige kracht, noch voorhuid, maar een nieuw schepsel. En zovelen als er naar dezen regel zullen wandelen, over dezelve zal zijn vrede en barmhartigheid, en over het Israel Gods. Voorts, niemand doe mij moeite aan; want ik draag de littekenen van den Heere Jezus in mijn lichaam. De genade van onzen Heere Jezus Christus zij met uw geest, broeders! Amen.

Uitleg

Als je werkelijk gelooft en belijdt dat in het kruis van Christus onze enige redding ligt, sluit je daarmee alle andere dingen uit. Dat je elke dag zo trouw stille tijd houdt, leest in de bijbel en bidt is niet iets om je op te beroemen. Je belijdenis, kerkgang, goede werken, keurige leven: het is niets. Dat is nog wel eens lastig. Want wij verbeelden ons snel dat we wel iets zijn, en de Heere iets te bieden hebben. God zal wel blij zijn met zo’n nette jongere. Pas op voor eigengerechtigheid. Dat is een grote valkuil. Paulus had ook veel waar hij zich op zou kunnen beroemen. Hij werkte hard voor God. Hij had grote kennis. Hij was moedig en vol liefde, verloochende zichzelf. Maar nooit doet hij alsof een van die dingen hem zou kunnen redden. Paulus zegt: het zij verre van mij dat ik ergens anders in zou roemen dan in het kruis van Christus. Het is alleen genade, en die heeft Christus verdient door daar te sterven. Door daar de vloek van God te dragen voor alle mensen. Dat leert ons ootmoedig te zijn. Doe die heimelijke trots op je eigen goedheid weg. Als je genade ontvangen hebt, wees daar dan dankbaar voor. Je mag al je krachten inzetten om te werken voor God, maar laat geen seconde de gedachte toe dat je kunt vertrouwen op een van je goede werken. Als je sterk en gezond bent, kun je heel wat presteren. Maar als je ziek bent of wordt, je zwak bent in je lichaam of je geest, blijken die goede werken een zandgrond te zijn waar je niets op kunt bouwen. Ze hebben geen waarde als je God ontmoet. Zorg daarom dat je met Paulus kunt zeggen: Ik zal mij volstrekt niet beroemen op iets anders dan op het kruis van onze Heere Jezus Christus.