Maandag: Nu dienen, straks heersen

Markus 10:35

En tot Hem kwamen Jakobus en Johannes, de zonen van Zebedeus, zeggende: Meester! wij wilden wel, dat Gij ons deedt, zo wat wij begeren zullen.

Uitleg

We vinden het maar een brutale vraag: mogen wij misschien vooraan staan? Maar Jezus is mild. Hij spreekt over de beker en de doop, als tekenen van het lijden. De beker vol toorn van God over de zonde en de doop als ondergang in die toorn. Kunnen de discipelen dat mét Jezus meemaken? Zij menen van wel. En in zekere zin hebben ze gelijk. De bewuste beker en doop komen ook over hen. Ook zij zullen het lijden meemaken om Jezus’ wil. Maar ze vergissen zich als ze denken dat ze daarmee hun plaats in het Koninkrijk hebben vastgesteld. Dat is werk van alleen de Vader. God in de hemel geeft de heerlijkheid aan wie Hij wil. In ruime zin. Zo’n ereplaats ontvangen we uit genade. Daar kun je niet voor werken. Het is een zonde om daarin de eerste te willen zijn, ten koste van medebroeders en –zusters. Jezus zegt: zó werkt het niet. Wie groot wil worden, zal uw dienaar zijn. Wie de eerste wil zijn, zal aller slaaf zijn. Dat gaat dwars tegen onze natuur in. Maar we zullen het moeten leren. Van Jezus. Zijn leven was immers één en al dienst. Hij werd aller slaaf, Hij gaf Zijn leven om ons vrij te kopen uit de macht van zonde en schuld. Wil jij je door Hem laten dienen en zelf ook leren om te dienen?


Terug naar Bijbel & leesplannen
Deze Bijbelstudie maakt deel uit van een groter Bijbelrooster.
Download het Leesplan als PDF

Alle Leesplan dagen

-Dinsdag: Woensdag: De Heere Jezus als Voorbeeld

De Heere Jezus stelt soms indringende vragen. Na de voetwassing zegt Hij: ‘Verstaat u wat Ik u gedaan heb?’ Hij kroop aan hun voeten. Zij weigerden in hoogmoed deze broederdienst elkaar te bewijzen. Beschamende vraag: ‘Verstaat u wat Ik u gedaan heb?’ Jezus vraagt het aan hen, die Hem hun Heere en Meester noemen. En ...

-Woensdag: Donderdag: doet recht en gerechtigheid

Het was de roeping en de eer van Davids koningshuis een afspiegeling te zijn van Gods koningschap over Zijn volk. Juda’s vorsten behoorden te zijn: rechtvaardig, wijs en zacht. Ze moesten ellendige beheren, hun recht doen op hun klacht. Maar daar was in Jeremia’s dagen niets meer van te merken. Het recht struikelde op de ...

-Donderdag: Vrijdag: de vruchten van je gerechtigheid

Die uitdrukking kan bij het eerste lezen en horen misschien wel vragen oproepen. Vruchten van jouw gerechtigheid of wat je terug krijgt als je recht/goed doet? Hebben wij gerechtigheid? Paulus schrijft over de collecte voor de Jeruzalemse gemeente. Het is genade om voor dit doel te mogen geven! Dat is niet jouw prestatie, maar het is de Heere ...

-Vrijdag: Zaterdag: het spoor van de liefde

Je komt nog wel eens mensen tegen die zeggen: ‘De wet heeft afgedaan’. Daar hebben we sinds de komst van Christus niets meer mee te maken. Vrijheid, blijheid! Maar wat is dat een tragisch misverstand. Het geloof in Christus maakt een zondaar vrij ván de vloek van de wet. Maar datzelfde geloof maakt ook vrij ...

-Zaterdag: Zondag: Uitdelen

In de gelezen verzen maakt Petrus duidelijk wat leven in het licht van de komst van Jezus betekent. En dat is samen te vatten in het woord ‘uitdelen’. Het beeld dat de apostel gebruikt is duidelijk: op de wachtpost van het leven krijgt ieder zijn taak. De Heere schenkt in de gemeente een grote verscheidenheid aan gaven. ...

-Zondag: Maandag: Nu dienen, straks heersen

We vinden het maar een brutale vraag: mogen wij misschien vooraan staan? Maar Jezus is mild. Hij spreekt over de beker en de doop, als tekenen van het lijden. De beker vol toorn van God over de zonde en de doop als ondergang in die toorn. Kunnen de discipelen dat mét Jezus meemaken? Zij menen van wel. ...

-Maandag: