Maandag: Ik ken de Mens niet

Mattheüs 26:74

Toen begon hij zich te vervloeken, en te zweren: Ik ken den Mens niet.

Uitleg

 

Misschien durf je er voor je vrienden of vriendinnen ook niet voor uit te komen dat je zondags naar de kerk gaat. Misschien is het nog wel erger met je. Je hebt wel eens heel stoer tegen je vrienden gezegd: ‘Nou, voor mij hoeft het allemaal niet. Ik ga nog wel naar de kerk, maar ik doe dat eigenlijk alleen maar om mijn ouders een plezier te doen. Als het aan mij zou liggen ging ik niet meer naar de kerk en naar de catechisatie. En als ik het straks zelf voor het zeggen heb…’ Maar wees eens eerlijk. Meen je dat nu werkelijk? Of is er diep in je hart een stem die zegt, dat wat je tegen je vrienden hebt gezegd, toch niet klopt met wat je denkt. Want je voelt dat het niet goed is zo te praten. En misschien heb je er wel last van dat je zo gesproken hebt en klopt je geweten. Dat hoop ik tenminste. Ik hoop ook dat je daarvoor vergeving vraagt bij de Heere. Dat kan en dat mag! Petrus was bang, dat hij net als de Heere Jezus gevangen genomen zou worden als ze hem zouden herkennen als een discipel van Jezus. Hij had zichzelf er niet voor over. Nee, dat de Heere Jezus Zich in de zaal van Kajafas op datzelfde ogenblik in Zijn gezicht laat spuwen en Zich laat slaan door Zijn beschuldigers uit liefde tot Zijn kinderen, doet Petrus niet anders spreken. Totdat… de Heere Jezus Zich omkeert en Petrus in de ogen ziet. Als Hij jou nu in de ogen zou zien, wat zou je dan doen? Ook bitter wenen over je zonden of je gezicht afkeren? En Hij ziet je in de ogen! Nu!

 

 

 


Terug naar Bijbel & leesplannen
Deze Bijbelstudie maakt deel uit van een groter Bijbelrooster.
Download het Leesplan als PDF

Alle Leesplan dagen

-Dinsdag: Dinsdag: Een nieuwe naam

 

Je hebt een naam. Misschien vind je hem helemaal niet mooi. Soms denk je: hadden mijn ouders mij maar een andere naam gegeven. Simon kreeg een andere naam. De Heere Jezus gaf hem de naam: Petrus. Dat betekent: rots. De Heere Jezus noemde hem zo, omdat Petrus later zo’n schone en indrukwekkende geloofsbelijdenis tegenover ...

-Woensdag: Woensdag: Wie volg jij?

 

Ze waren aan het vissen. Simon Petrus en Andreas, zijn broer. En dan komt er opeens een Vreemdeling langs, die hen roept en zegt: Volg Mij. En ze gehoorzamen die Vreemdeling ook nog. Want ze laten alles in de steek, hun schepen, hun netten, zelfs hun ouderlijk huis. Ze volgen zonder tegen te spreken. ...

-Donderdag: Donderdag: Een zondig mens

De hele nacht waren de vissers bezig geweest. Niets hadden ze gevangen. Ze waren er moe en ook moedeloos van. Zoveel inspanningen zich getroost en geen enkel resultaat. En dan komt Jezus in het schip van Petrus en zegt: Steek af naar de diepte, en werp uw netten uit om te vangen. Het is geen wonder dat ...

-Vrijdag: Vrijdag: De Christus Gods

In verkorte vorm wordt hier weergegeven wat in Johannes 6:68-69 uitgebreider wordt verteld. Het is de belijdenis die Petrus uitsprak op de vraag van de Heere Jezus. Wie zegt gij, dat Ik ben? Petrus geeft antwoord: De Christus Gods. En nu weet je van de catechisatie wel wat Christus betekent. Dat betekent ‘Gezalfde’. ...

-Zaterdag: Zaterdag: Ga weg achter Mij

Petrus is het er helemaal niet mee eens dat zijn geliefde Meester de discipelen verkondigt wat er gaat gebeuren. De Heere Jezus heeft ervan gesproken dat Hij naar Jeruzalem moet gaan om daar te lijden en te sterven. Dat de Heere Jezus erbij zegt in vers 21 dat Hij ook op de derde dag zal worden opgewekt, heeft Petrus misschien ...

-Zondag: Zondag: Het is goed dat wij hier zijn

 

Nog maar zes dagen geleden heeft Petrus zich verzet tegen het lijden en sterven van de Heere Jezus. Nu spreekt hij heel anders. Als de Heere Jezus hem met Jakobus en Johannes heeft meegenomen op een hoge berg, waarschijnlijk de berg Thabor, gebeurt er iets wonderlijks. De Heere Jezus wordt veranderd van gedaante. Zijn gezicht gaat ...

-Maandag: Maandag: Ik ken de Mens niet

 

Misschien durf je er voor je vrienden of vriendinnen ook niet voor uit te komen dat je zondags naar de kerk gaat. Misschien is het nog wel erger met je. Je hebt wel eens heel stoer tegen je vrienden gezegd: ‘Nou, voor mij hoeft het allemaal niet. Ik ga nog wel naar de kerk, maar ...