Het is weer eens zo ver. Nog niet eens halverwege de maand en je bent blut. Al je zakgeld uitgegeven aan die nieuwe zuiger voor je scooter of dat ene jurkje dat je echt niet kon laten hangen.

Als je geen cent te makken hebt, heb je helemaal geen geld. De uitdrukking ”geen cent te makken” is volgens het Groot Uitdrukkingenwoordenboek van Van Dale waarschijnlijk een verbastering van de Bargoense uitdrukking ”’n cent ’n makke”.

Nu wordt het interessant, want Bargoens was de geheimtaal van dieven, landlopers en rondtrekkende handelaren. Deze taal stamt af van het Jiddisch en het Hebreeuws. Woonwagenbewoners waren de eersten die sommige woorden of uitdrukkingen uit het Jiddisch overnamen en verbasterden tot Bargoens. Hun doel was burgers voor de gek te houden als ze bijvoorbeeld iets aan hen verkochten. Het Bargoens was ook handig om te gebruiken wanneer het niet de bedoeling was dat anderen de gesprekken van de woonwagenbewoners zouden volgen. Via de rondreizende gezinnen werd het Bargoens steeds verder verspreid en werd het de tweede taal van veel daklozen, handelaren en landlopers.

Het Bargoens ontstond in de zeventiende eeuw. In 1860 werd het woord ”gappen”, dieventaal voor ”stelen”, voor de eerste keer opgeschreven in de Bargoense woordenlijst. Vanaf dat moment werd de voormalige geheimtaal steeds toegankelijker en drong het door tot de elite van ons land. Zo schreef de Haagse schrijver Marcellus Emants in 1912 een brief aan een vriend. Het gaat over een artikel dat Emants voor zijn vriend naar een uitgever had gestuurd: „Wel bestond het gevaar, dat ze er eenvoudig uit zouden gappen; maar ik heb hun geschreven dat ik dit van een fatsoenlike firma niet verwachtte.”

Terug naar je lege portemonnee. Het woord makke stamt af van het Hebreeuwse woord makka. Dat betekent klap of slag, maar ook gebrek of kwaal. ”’n Cent ’n makke” werd door rondreizende koopmannen bedoeld als zelfspot. Daarmee zeiden ze eigenlijk: „Bij elke cent die ik er minder voor krijg, mag ik een pak slaag ontvangen.” Dat pak slaag kregen ze natuurlijk niet echt, maar ze waren er wel op gebrand genoeg geld te verdienen.

Gabber, bajes, jatten, gozer, lef hebben en bisnis (ja, dat schrijf je zo) zijn ook woorden die oorspronkelijk uit het Jiddisch komen en via het Bargoens in onze Nederlandse woordenschat zijn beland.

Dus gozer, zorg ervoor dat je volgende maand wel wat te makken hebt. Dan hoef je in ieder geval niets te jatten en kom je ook niet in de bajes terecht.

Ben jij ook benieuwd naar de herkomst van een bepaalde uitdrukking of een gezegde? Mail naar info@puntuit.nl.