Wetenschap | 30 november 1999 |
Expeditiesysteem dirigeert stapels RD's naar juiste bestemmingDe krant aan de kettingDoor S. M. de Bruijn Als het moet, drukt onze pers 1000 kranten per minuut, maar zo snel kunnen we ze niet verwerken, zegt J. van Haaften, hoofd van de productgroep rotatie van de Koninklijke BDU in Barneveld. Krap een meter boven zijn hoofd raast een transportketting; een slang van kranten gevat in gele klemmen glijdt van de drukpers naar een andere hal van de drukkerij waar een grote machine dikke pakketten leesvoer naar de bestelbus van een expediteur brengt. Van Haaften kan zich nauwelijks verstaanbaar maken, het is een oorverdovende herrie. Het verwerken van die krantenstroom richting abonnee is eigenlijk heel eenvoudig: maak een nette stapel, leg er een notitie op voor wie deze bestemd is, doe er een bundelsnoer omheen en breng het pakket in de auto. Geef drie werknemers 24 uur de tijd en ze kunnen makkelijk de 59.000 exemplaren van het RD verwerken. Het wordt pas ingewikkeld als die klus in anderhalf uur klaar moet zijn. Een extra complicatie is dat alle pakketten verschillen van grootte. Daarvoor heeft de BDU een speciaal expeditiesysteem. De transportketting levert de kranten af bij een van de zes manshoge 'stapelaars'. De gele klemmen laten de kranten los boven stapelaar 1 en via een geleider vallen ze netjes omlaag. De computer weet dat deze stapel bestemd is voor een bezorger in Ermelo die tachtig kranten nodig heeft. De stapelaar mag niet zomaar tachtig kranten aftellen, want dan wordt de stapel scheef: een krant is altijd dikker bij de vouw. Stapelaar 1 telt dus eerst tot twintig en draait daarna de stapel om zodat de vouw aan de andere kant ligt. Intussen gaat de stroom met kranten gewoon door: de transportketting laat ze nu los boven stapelaar 2. Zodra die genoeg heeft, krijgt stapelaar 1 z'n volgende twintig kranten. Nog twee keer omdraaien en de stapel voor Ermelo is compleet. Blindelings De volgende machine legt een blauw vel onder de stapel Om te voorkomen dat de onderste krant vies wordt als de stapel straks op straat terechtkomt en snoert twee plastic bandjes om het hele pakket. Een lopende band brengt de stapels naar een van de drie laadstations voor de bestelbussen; de streepjescode op het dekvel zorgt dat de stapel de goede afslag neemt. De computer houdt meteen rekening met de volgorde waarin de expediteur zijn pakketten moet afleveren. Van Haaften: Als een expediteur in de nacht van vrijdag op zaterdag op zijn route dertig pakken kranten brengt, kan dat bij wijze van spreken blindelings, zonder het licht aan te doen. Iedere dag is de verdeling van de stapels anders, zegt A. van 't Zelfde, hoofd van de abonnee- en bezorgservice van het RD. Dat hangt af van de dikte van de krant. Een stapel zaterdagkranten bevat maximaal 45 kranten, op andere dagen tellen de stapels tot honderd stuks. Het aantal pakketten varieert van 1550 op doordeweekse dagen tot 2100 op zaterdag. Elke dag verwerken we nieuwe abonnementen en verhuizingen van abonnees, dat zijn soms tientallen mutaties per dag. De volgende morgen berekent een computer hoe de 59.000 kranten over de pakketten verdeeld moeten worden. Daar doet-ie twee uur over. Het computerbestand gaat elektronisch naar de BDU en stuurt daar het Ferag-expeditiesysteem aan. Uniek Terwijl Van Haaften de werking uitlegt, raakt in een van de stapelaars een krant tussen wal en schip; hij haalt 'm uit het apparaat. Maar komt een van de bezorgers nu vanavond een krant tekort? Van Haaften: Onze jongens lopen hier constant op te letten of er iets misgaat. Gebeurt dat, dan vullen we met de hand de stapel aan. In twijfelgevallen leggen we liever een extra krant erbij dan dat we er een tekortkomen. Desondanks komt het regelmatig voor dat bezorgers hun rayonhoofd bellen omdat ze een krant missen. Als alles goed draait, missen we hooguit een krant of tien per dag, zegt Van 't Zelfde, die er meteen aan toevoegt dat ook bezorgers fouten kunnen maken. Het wordt pas echt vervelend als er een heel pakket kranten zoekraakt of wanneer er een forse storing optreedt zoals vorige week woensdag: de printer van het Ferag-systeem wilde geen dekvellen maken en de bindmachine weigerde dienst. De volgende morgen bleek dat er 200 kranten niet bezorgd waren. Zoiets komt niet omdat bezorgers per ongeluk twee kranten in de bus hebben geduwd. Zo'n grote storing is in het afgelopen jaar helaas regelmatig voorgekomen, zegt Van 't Zelfde, het Ferag-systeem blijkt een zwakke schakel in het geheel te zijn. Onze manier van bezorgen is uniek, er is geen enkel krantenbedrijf dat zo'n fijnmazig expeditiesysteem heeft. De grote landelijke dagbladen brengen gewoon 10.000 kranten in pakken van 100 naar een distributiepunt, waar ze worden uitgeteld voor de bezorgers. Wij leveren maatwerk van 21, 73 of 38 stuks, precies zoals we willen. Dat is heel mooi, maar tegelijk heel kwetsbaar. We hebben echter geen keuze; we moeten wel omdat we een kleine krant zijn. Een klein deel van de abonnees in Oost-Brabant, Noord-Nederland of op het platteland ontvangt de krant via de post, de volgende dag. Het gaat om 1100 abonnees. Dit voorjaar hebben we veel klachten gehad, omdat de PTT de krant soms twee, drie of zelfs vier dagen te laat bezorgde. Inmiddels is dat verbeterd, maar de PTT haalt nog steeds de norm niet. Verder heeft het RD een contract gesloten met uitgeversgroep PCM, die onder meer De Volkskrant, het Algemeen Dagblad en NRC Handelsblad uitgeeft. Een deel van de abonnees in het noorden van Nederland krijgt het RD van de bezorgers van NRC Handelsblad. Het nadeel is dat we daarbij geen zeggenschap hebben over de bezorgers; het voordeel dat we toch dezelfde dag kunnen bezorgen in plaatsen met weinig abonnees. In Edam hebben we maar één abonnee, je kunt daarvoor geen bezorger aanstellen, maar nu krijgt hij toch op tijd zijn krant. |
Zie ook: Vorige afleveringen: Drukte op de pers |