Voorpagina 27 november 2000

Dossier Klimaatbescherming

VN-top vergadert verder in 2001

Klimaatconferentie
net niet geslaagd

Van onze wetenschapsredactie
DEN HAAG – Na dagen en nachten moeizaam onderhandelen zijn delegaties uit ruim 180 landen er zaterdag op de VN-klimaatconferentie in Den Haag net niet in geslaagd tot een akkoord te komen. „Ik ben teleurgesteld, diep teleurgesteld”, zei conferentievoorzitter Pronk. „We hebben niet voldaan aan de verwachtingen van de buitenwereld.”

Het lijkt erop, maar niemand wil dat bevestigen, dat verdeeldheid binnen de Europese Unie ertoe heeft geleid dat een laatste Amerikaans voorstel op de klimaattop het uiteindelijk toch niet heeft gehaald. De Amerikanen hebben zelfs in de loop van de zaterdag nog een uiterste tweede poging gedaan –Pronk vertelde toen al in een plenaire vergadering dat de top was mislukt–, maar die redde de conferentie evenmin, omdat de Europese delegatie toen moest reageren met de mededeling geen mandaat te hebben van de verschillende lidstaten.

Een zichtbaar vermoeide minister Pronk
Twee weken van onderhandelen over maatregelen om klimaatverandering op aarde te kunnen tegengaan, liepen zaterdagmorgen op niets uit, terwijl ”Den Haag” een succes moest worden, zo heeft Pronk vaak gezegd in het afgelopen jaar. In Den Haag waren de lidstaten van de Verenigde Naties bijeen om de besluiten van het klimaatakkoord van Kyoto (1997) verder in te vullen. Daar is toen afgesproken dat industrielanden de uitstoot van broeikasgassen in de periode 1990-2010 met 5,2 procent zullen beperken om klimaatverandering tegen te gaan.

Welke maatregelen landen daar allemaal voor mogen gebruiken, had in Den Haag afgesproken moeten worden. Nu dat niet is gelukt, gaan industrielanden het verdrag van Kyoto nog niet ratificeren en dat heeft weer tot gevolg dat het steeds moeilijker wordt om straks binnen de nog resterende jaren tot 2010 de doelstelling van Kyoto te halen.

Net niet
Op officiële persconferenties van verschillende delegaties werd zaterdag steeds gezegd dat het op een aantal punten net niet mogelijk was om tot overeenstemming te komen. Aan het eind van de korte wandelgang in het Congresgebouw tussen de kantoren van de EU en de VS circuleerde echter slechts één punt: de mogelijkheid om bossen en landbouwgrond te mogen opvoeren als CO2-opnemers.

De VS willen daar in beperkte mate gebruik van maken. Dat is ook conform het akkoord van Kyoto. Dat vermeldt echter geen tonnen of percentages. De VS wilden vrijdag nog 3 procent van hun verplichte beperking van CO22-uitstoot hiermee binnenhalen. De CO2-uitstoot zal in 2010 in de VS zonder gewijzigde economische groei en energieconsumptie ongeveer 35 procent hoger liggen dan in 1990.

De EU vond dat percentage vorige week steeds te hoog. De VS hebben daarop ingeleverd –niemand wilde kwijt hoeveel– maar dat was voor een aantal ministers binnen de EU niet voldoende. Dat er zaterdagmorgen nog druk onderhandeld werd, was aan het eind van het VS-EU-gangetje in het Congresgebouw wel duidelijk. Rond tien uur stormde de duidelijk geagiteerde Britse milieuminister John Prescott de EU-cabine uit, cameraploegen bijna omverlopend. „Ik ben geschokt dat we het niet gered hebben”, zei hij. „We waren zo dicht bij elkaar, maar we konden net niet tot overeenstemming komen.”

Dwars
Vooral Duitsland zou daarbij dwars hebben gelegen, maar de Duitse milieuminister Trittin wilde dat zaterdagmiddag niet bevestigen. Die bleef, omstuwd door cameramensen en journalisten, uiterst rustig, stond ze met z'n handen in z'n zakken een minuut of vijf te woord en liet zich niet meer ontfutselen dan: „Het verschil was heel klein.”

Een groot aantal delegaties drong er zaterdagmiddag bij Pronk op aan deze klimaattop niet officieel af te sluiten, maar ruim voor de volgende jaarlijkse VN-klimaatconferentie voort te zetten. Dat voorstel is zaterdagmiddag aanvaard. De top wordt waarschijnlijk in mei 2001 in Bonn –daar is het VN-klimaatbureau gevestigd– voortgezet.

Zie ook:
Teleurstelling in Tweede Kamer

„Jan, een man als jou hebben we nodig”

„Klimaattop blamage voor internationale politiek”