Armenië: meer dan 100 doden na gevechten met Azerbeidzjan
Er zijn dinsdag en woensdag in totaal 105 Armeense militairen omgekomen in gevechten met buurland Azerbeidzjan, zei de Armeense premier Nikol Pashinyan woensdag in een toespraak voor het Armeense parlement. Volgens Pashinyan heeft Azerbeidzjan inmiddels „de controle” gekregen over sommige delen van Armeens grondgebied, meldt het Russische staatspersbureau Tass. Het zou gaan om in totaal 10 vierkante kilometer.
Pashinyan verzette zich in zijn toespraak tegen oproepen van de oppositie om de staat van beleg in te voeren in Armenië. Dat deed het land wel twee jaar geleden, tijdens een bloedige confrontatie met Azerbeidzjan over de betwiste regio Nagorno-Karabach die meer dan 6500 mensen het leven kostte. De premier acht het nu echter niet nodig.
De gevechten die dinsdag uitbraken zijn de ergste tussen de ex-Sovjetrepublieken sinds 2020. Beide landen beschuldigen elkaar ervan te zijn begonnen met de nieuwe vijandelijkheden.
Tussen Armenië en Azerbeidzjan brak tweemaal eerder oorlog uit rond de betwiste enclave Nagorno-Karabach, in de jaren 90 en in 2020. Azerbeidzjan kreeg na die laatste clash de controle over een groot deel van Nagorno-Karabach terug. Sinds de jaren 90 stond het gebied onder controle van etnisch-Armeense bewoners, met steun van Armenië.
Onder andere de Verenigde Staten, Frankrijk en Rusland riepen de strijdende landen dinsdag op tot kalmte. Volgens het Kremlin spant president Vladimir Poetin zich in om de spanningen bij de grens te verminderen. Rusland geldt als bondgenoot van Armenië en heeft in het verleden vaak bemiddeld bij het conflict.