Majoor Mark van de Beek, woordvoerder van de Koninklijke Landmacht, bevestigt desgevraagd een bericht hierover in het magazine Onze Luchtmacht. Volgens Van de Beek betreft het een normale procedure „omdat er daar meerdere wapensystemen staan.”

Sinds april bewaakt een Duits-Nederlandse eenheid vanaf een voormalige Oostblokbasis het NAVO-bondgenootschap tegen Russische dreiging. De eenheid van honderd mannen en vrouwen van het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigingscommando is gestationeerd op de vliegbasis bij Sliač in het midden van Slowakije.

Het Patriot-systeem bestaat uit een radar, een vuurleidingscentrale en meerdere raketlanceersystemen. Het systeem kan volledig automatisch opereren. De geavanceerde radar van de zogenaamde Fire Unit houdt het luchtruim in de gaten. Wordt een inkomend object gedetecteerd dan kan het systeem een Patriot-raket afvuren. Met zo’n raket kunnen ballistische raketten, helikopters en vliegtuigen uit de lucht worden geschoten. Dat kan tot op 20 kilometer hoogte en op een afstand van 60 kilometer.

Opmerkelijk is dat het detachement vertrok voor 24/7 (24 uur per dag, 7 dagen per week) actieve luchtverdediging, maar er nu staat voor 12/7 passieve luchtverdediging. Zeg maar: de helft van de tijd.

Bijzonder

„De radar straalt niet continu, maar als er iets gebeurt, kunnen we wel meteen actie ondernemen” zegt de commandant van de Fire Unit, kapitein Tommie tegen Onze Luchtmacht. „Het is supervreemd dat je maar de helft van een dag paraat staat, maar de NAVO heeft dit opgelegd naar aanleiding van hun inlichtingen. Ik vertrouw daarop, maar vind het wel bijzonder.”

Eerder dit jaar was het nieuws dat de Nederlandse militairen zouden zijn gedwongen hun radarinstallatie op de verkeerde plek neer te zetten. Eind oktober keert het Patriot-wapensysteem terug naar Nederland. Een deel van het personeel blijft achter en sluit aan bij de Duitse Patriot-eenheid.