Onder de tienduizenden demonstranten bij het boerenprotest woensdag in Stroe liepen ook heel wat mensen van reformatorische huize. Komen refo’s steeds meer in opstand tegen de overheid?
Met tractors de snelweg oprijden. Of een poging doen de Ketelbrug, nabij Urk, te blokkeren. Ook orthodoxe christenen deden deze week mee aan dit soort onwettige en riskante acties, bedoeld om op te komen voor de boerenbelangen. Illustreren dit soort activiteiten dat refo’s zich steeds feller tegen de Nederlandse overheid keren?
„De reformatorische kring werd de laatste jaren assertiever en soms militanter. Meer dan voorheen heerst er het sentiment van: Wij laten ons niet kisten door de overheid. De Bijbelse notie dat je de overheid dient te gehoorzamen, staat in de gereformeerde gezindte onder druk”, analyseert prof. dr. Fred van Lieburg, hoogleraar religiegeschiedenis aan de Vrije Universiteit en kenner van de gereformeerde gezindte.
Het „anti-overheidssentiment” binnen de gereformeerde gezindte heeft oude papieren, geeft Van Lieburg aan. „De reformatorische zuil ziet zichzelf vaak als de onbegrepen groepering die tegenover de Haagse en culturele elite staat. Dat wantrouwen tegen de overheid speelde ook tijdens de mond- en klauwzeercrisis zo’n twintig jaar geleden en gedurende de coronacrisis.”
Veluwe
Tegelijkertijd vindt Van Lieburg het opvallend dat refo’s bijvoorbeeld in de strijd tegen het stikstofbeleid steeds vaker „allianties” sluiten met clubs die niet godsdienstig zijn geïnspireerd. „Agrariërs uit de gereformeerde gezindte zijn gelieerd aan de radicale boerenbeweging Farmers Defence Force. Ik sprak onlangs op de Veluwe nog een FDF-lid, afkomstig uit reformatorische kring. Hij doet mee aan allerlei protestacties en zei: „Wij regelen nu nog in Nederland de voedselvoorziening, straks moeten we ons brood uit Oekraïne halen.””
Dat boeren zich door het stikstofbeleid in hun bestaan bedreigd voelen en daarom stevig van leer trekken tegen de overheid, zegt Van Lieburg te begrijpen. „Als op een spandoek een tekst staat als ”Bom op Den Haag” zie ik dat als een uitdrukking van machteloze woede, een uiting van iemand die zich niet gehoord voelt.” Wel kan heftige taal gevaarlijk zijn, waarschuwt hij. „Woord en daad kunnen in elkaar overlopen.”
RIVM
Problematisch vindt Van Lieburg „anti-wetenschapssentimenten” in reformatorische kring. „Die zitten sinds de Verlichting al diep in het bevindelijke denken, maar worden nu rond allerlei onderwerpen gevoed door extreemrechtse bondgenoten. Zo twijfelden in coronatijd nogal wat refo’s aan door het RIVM gepresenteerde cijfers. Dezelfde twijfel heerst nu over door de overheid gepresenteerde stikstofberekeningen. Wetenschappers kunnen zeker fouten maken, maar ik ben ervan overtuigd dat ze niet doelbewust valse informatie verspreiden. Iemand als prof. Wim de Vries, een uit reformatorische kring afkomstige stikstofdeskundige die aangeeft dat er een fors stikstofprobleem is, neem ik daarom serieus.”
Binnen reformatorische kring lopen de meningen over gevoelige kwesties als corona of stikstof flink uiteen, merkt de hoogleraar uit Dordrecht. „SGP-Kamerlid Roelof Bisschop vertelt toch een ander verhaal over stikstof dan Wim de Vries. Bisschop moet de boeren in zijn achterban bedienen, al noem ik hem zeker geen wappie.”
Voor kerkelijke en politieke leidslieden en bijvoorbeeld het Reformatorisch Dagblad is het zaak om ook in het stikstofdebat „het hoofd koel te houden” en complottheorieën te bestrijden, stelt Van Lieburg. „Ik vrees dat nogal wat reformatorische activisten hun informatie halen uit dubieuze bronnen op internet.” Essentieel is dat overheden „goed communiceren” met boeren, benadrukt hij. „Oud-minister Cees Veerman van Landbouw zei ooit dat ambtenaren op zijn ministerie eigenlijk bij de boeren thuis aan de keukentafel zouden moeten komen praten om naar een oplossing en de menselijke maat te zoeken.”
Ook socioloog dr. C. S. L. Janse, oud-hoofdredacteur van het Reformatorisch Dagblad, merkt dat reformatorischen „eerder geneigd zijn op hun strepen te gaan staan” en in het openbaar hun ongenoegen te uiten. „Denk bijvoorbeeld aan protesten vorig jaar zomer in Harskamp tegen de komst van Afghaanse asielzoekers. Refo’s roepen eerder dan vroeger: „Dit is schandalig, dit nemen we niet!” Door sociale media is het ook makkelijker dan een halve eeuw geleden om je achterban te mobiliseren om de straat op te gaan.”
Toch is in reformatorische kring gemor tegen de autoriteiten niet van vandaag of gisteren, tekent Janse aan. „In 1963 braken in het Drentse Hollandscheveld bij boerenprotesten grote vechtpartijen uit. Daar waren ook mensen uit orthodox-christelijke kring bij betrokken. Dat protest stond onder leiding van het latere Tweede Kamerlid Hendrik Koekoek, beter bekend als Boer Koekoek. Bij de verkiezingen van 1967 werd Pieter Leffertstra, lid van de gereformeerde gemeente van Oudemirdum, voor de Boerenpartij in de Tweede Kamer gekozen.”
Bijlmermeer
Janse zegt eveneens de frustraties van de boeren in Stroe te kunnen begrijpen. „Boer zijn, is een manier van leven. Als dat leven van je wordt afgenomen, hakt dat er diep in.”
Tegelijkertijd is de terugloop van het aantal boeren in Nederland al meer dan een eeuw aan de gang, geeft hij aan. „De Amsterdamse Bijlmermeer was ook ooit landbouwgrond. De meeste RD-lezers wonen op grond dat vroeger boerenland was. Het is niets nieuws dat boeren worden uitgekocht. Wat nu wel bijzonder is en veel verzet oproept, is het massale karakter van de stikstofplannen van de overheid.”
In Nederland hebben uiteraard ook refo’s het recht te demonstreren, betoogt Janse. Van acties als het blokkeren van snelwegen met tractoren moet hij niks hebben. „Die grens moet en mag je niet overgaan.”
Spandoeken
Dat ook in reformatorische kring mensen de Nederlandse vlag bewust op de kop ophangen, weerspiegelt de „grote afstand” tot politiek Den Haag, analyseert de oud-RD-hoofdredacteur. „Dat was ook in coronatijd merkbaar. Nogal wat refo’s vonden bijvoorbeeld dat de overheid vaccinatie aan hen opdrong. Menigeen uit orthodox-christelijke kring redeneert in de trant van: in Den Haag is het een goddeloze boel. Moeten we respect hebben voor zo’n overheid?”
Refo’s die meedoen aan acties als in Stroe kunnen in ongemakkelijke situaties verzeild raken, zegt Janse. „Je hebt niet in de hand wat voor leuzen demonstranten op hun spandoeken schrijven.
Je kan zeggen: „Ik voel me hier niet helemaal thuis.” Maar intussen zit je op een schip waar je niet zomaar af kunt.”