Inwoners Nieuwer Ter Aa op de bres voor ‘hun’ fietsveer
Zelfs de originele overeenkomst uit 1888 haalden ze boven water. Inwoners van Nieuwer Ter Aa doen er alles aan om ‘hun’ met opheffing bedreigde veerpont over het Amsterdam-Rijnkanaal te behouden.
Kinderen van de School met de Bijbel in Nieuwer Ter Aa zingen ”Schipper, mag ik overvaren?” waarna een jonge ‘stuurman’ met bootje en al uit beeld wordt getrokken. Het ludieke filmpje is één van de acties voor het behoud van het fietsveer dat Nieuwer Ter Aa met Breukelen verbindt. De school wordt bezocht door een tiental kinderen van de overzijde van het kanaal.
„De pont zouden we ontzettend missen”, zegt Rozemarie Vossestein-Maljaars, moeder van twee leerlingen. „Bijna dagelijks maken we er gebruik van, ook om ’s zondags in Nieuwer Ter Aa naar de kerk te gaan. In Breukelen is geen school die aansluit bij onze reformatorische identiteit. ’s Winters als het regent, pakken we wel de auto, driekwart van het jaar nemen we de fiets. Onze kinderen fietsen vanaf vijf jaar zelf mee. Zo’n 3 kilometer is wel te doen. Bijna 8 kilometer –wat de afstand zonder pont zou zijn– is voor hen te veel.”
Gevaarlijk
Rijkswaterstaat wil het veer opdoeken. Het wordt te gevaarlijk, is het voornaamste argument. „Op het Amsterdam-Rijnkanaal varen steeds meer grote schepen, waardoor het aanvaarrisico toeneemt.” Bovendien is er de kanaaldijk, al betekent die route wel omrijden. In het donker is de weg onvoldoende verlicht, maar dat is op te lossen, meent Rijkswaterstaat.
Sinds 1892 maakt het pontje voor fietsers en voetgangers een vlotte oversteek mogelijk. De oeververbinding werd ingesteld bij de aanleg van het toenmalige Merwedekanaal, dat bestaande wegen in de polder bij Breukelen doorsneed. Per werkdag gebruiken gemiddeld 261 fietsers en 15 voetgangers het veer, de meesten om naar school of werk en weer terug naar huis te gaan. Vooral in de zomermaanden benutten ook toeristen de pont. Fiets- en wandelroutes lopen via het veer. De overtocht is gratis.
Levensader
„Voor Nieuwer Ter Aa is de pont een levensader”, reageert Egbert Bouman, woordvoerder van actiecomité ”Laat ons niet zwemmen” en de dorpsraad. „Ouderen doen met de fiets hun boodschappen in Breukelen. Veel voorzieningen voor ons dorp zijn daar, zoals de huisarts, de apotheek en sportclubs. En in de winter in het donker of bij veel wind langs het kanaal naar Breukelen fietsen is niet echt veilig en prettig.”
Dorpsgenote Marinka Langelaar hoopt evenmin dat de pont verdwijnt. „Onze kinderen gingen via het veer naar school in Breukelen. Ik denk niet dat scholieren uit Vinkeveen en Wilnis, die al een rit door de polder achter de rug hebben, nog verder willen rijden. En voor ons is even snel naar de tandarts in Loenen er dan ook niet meer bij.”
Ook tieners balen als de pont wordt opgeheven. Storm van de Giessen steekt vrijwel dagelijks over, naar school of de supermarkt, waar hij schappenvuller is. „Een kwartier meer moeten fietsen is onhandig. Als je tegenwind hebt duurt het nog langer.” Claire Mangel valt hem bij. „Moet ik nòg eerder opstaan en van huis vertrekken. De omleiding is een lange eentonige weg, bij mist zie je weinig. Best gevaarlijk.” Louki Smeets stapt „vaak wel zes keer per dag” op de pont. Voor school, sport of vriendinnen. „Beseffen ze wel hoeveel mensen dit veer gebruiken?”
Het voornemen van Rijkswaterstaat stuit ook op politiek onbegrip. Tweede Kamerleden van het CDA en de PvdA stelden er vragen over aan minister Harbers (Infrastructuur en Waterstaat). De gemeenteraad van Stichtse Vecht, waaronder Breukelen en Nieuwer Ter Aa vallen, drong unaniem bij burgemeester en wethouders aan op maximale inzet voor instandhouding van de pont. Provinciale Staten van Utrecht vroegen, op voorstel van de SGP-fractie, van hun gedeputeerden hetzelfde.
Vrachtverkeer
Wethouder Hetty Veneklaas van de gemeente Stichtse Vecht is het „hartgrondig oneens” met Rijkswaterstaat. „De veerpont is een noodzakelijke verbinding. Hij kan niet na 130 jaar trouwe dienst van de ene op de andere dag zonder goed alternatief worden opgeheven. De omrijroute over de kanaaldijk is geen acceptabele oplossing. Ze is niet veilig genoeg en kost te veel extra reistijd.” In de ochtendspits rijdt daar veel vrachtverkeer, vult de Utrechtse SGP aan.
Veneklaas plaatst vraagtekens bij de onveiligheid van de pont. „Rijkswaterstaat noemt een incident uit 2010, toen een schipper werd overvaren. Onderzoek heeft uitgewezen dat met een aantal maatregelen de veiligheid verbeterd kan worden.” Rozemarie Vossestein voelde zich „nog nooit” onveilig op de pont. „De schippers beschikken over een vaarbewijs, er is radar aan boord en als er een groot vrachtschip nadert, wachten ze.” Bouman: „Die grotere schepen zijn juist veiliger. Ze hebben betere apparatuur en meer bemanning en je kunt ze niet over het hoofd zien. Ook een klein schip kan trouwens dwars over het pontje heen varen, daar zit het verschil niet.”
Fietsbrug
Het actiecomité, dat een internetpetitie begint, en de dorpsraad vestigen mede hun hoop op een convenant dat de rechtsvoorgangers van Rijkswaterstaat en Waterschap Amstel Gooi en Vecht in 1888 sloten. Zij lezen daarin dat er tussen Nieuwer Ter Aa en Breukelen altijd een vaste of varende oeververbinding over het Amsterdam-Rijnkanaal moet blijven bestaan. „De overeenkomst stelt alleen dat passagiers gratis gebruik kunnen maken van de oeververbinding zolang die beschikbaar is”, weerlegde minister Harbers in zijn antwoorden op de kamervragen.
Volgens Harbers is nog geen definitief besluit genomen. Voor gemeente en provincie is een fietsbrug op de plaats van de veerpont een mogelijk alternatief. Ook het actiecomité en dorpsraad zijn het daar mee eens. Bouman: „De veerpont mag gerust uit de vaart genomen worden op de dag na de feestelijke opening van de fietsbrug. Maar eerder niet.”