De inzet brengt hoge kosten met zich mee, terwijl de dierenambulances afhankelijk zijn van donaties en bemand worden door vrijwilligers. Stichting DierenLot, die honderden organisaties ondersteunt, wil financiële steun van de overheid, maar krijgt tot nu toe geen enkele toezegging, aldus hoofd dierenwelzijn Daniëlla van Gennep dinsdag.

De dierenambulances halen vooral watervogels op. Dode vogels komen soms zo uit de lucht vallen. „Het is heel zorgelijk”, zegt Van Gennep.

William Ploemen, manager van de Dierenambulance Limburg Zuid, noemt de situatie „buitenproportioneel.” Volgens hem wordt er heel veel van de vrijwilligers gevergd. Zij moeten 24 uur per dag zo snel mogelijk dode en zieke vogels opruimen, om verspreiding van het virus te voorkomen. En daarvoor moeten ze zich elke keer geheel in beschermende kledij hullen. „Kadaverzakken, wegwerpoveralls, overschoenen en desinfectiemateriaal, het gaat er hard doorheen. De ambulances hebben veel te lijden door het gebruik van de middelen voor desinfectie en schoonmaak.”

Mondkapjes

DierenLot vroeg eerder deze maand aan ministeries of de hulporganisaties overgebleven beschermende pakken en mondkapjes konden krijgen. Volgens Van Gennep kwam er een toezegging, die later weer is ingetrokken. „En we hebben die spullen hard nodig, want in het buitenland zijn al mensen geïnfecteerd door contact met een dier met vogelgriep. De volksgezondheid is in gevaar, het is nog nooit zo erg geweest met de vogelgriep.”

Vooral watervogels lopen de ziekte op. Maar ook roofvogels, wilde zoogdieren en loslopende honden en katten, die van zieke vogels eten, raken besmet. „Het is een vreselijke ziekte. De dieren raken neurologisch aangetast en we kunnen niets anders doen dan ze laten inslapen”, aldus de Dierenambulance Zuid-Holland Zuid, die vooral op Voorne-Putten heel veel slachtoffers vindt.

DierenLot wil nader onderzoek naar een mogelijke vaccinatie tegen vogelgriep voor dieren en naar de mogelijke inzet van sneltesten.

De besmettelijke vogelgriepvariant heerst in veel Europese landen. In Nederland dook de besmetting voor het eerst op 26 oktober op in Zeewolde.