Spannend wordt vooral de tijd ná de regeringsverklaring
Nee, op een spannende regeringsverklaring gaat premier Rutte ons komende week vast niet trakteren. Hoe zou dat ook kunnen? De tekst die hij dinsdag in de Tweede Kamer voorleest, is een samenvatting van het regeerakkoord. En dat kennen we al.
Diep onder de indruk zullen Kamerleden en het mee luisterende publiek evenmin raken van de peptalk die Rutte ongetwijfeld in de regeringsverklaring verwerkt. Een nieuwe kabinet behoort immers daadkracht uit te stralen. „Wij mogen niet talmen”, luidt een gevleugeld geworden zinsnede uit de regeringsverklaring van Jelle Zijlstra, die de premier van ARP-huize in 1966 in het parlement uitsprak.
Mooi gezegd. Maar iedereen weet: papier is geduldig. En op fraaie woorden moeten krachtige daden volgen.
Een spannend debat dan misschien? Ja en nee. Om met dat laatste te beginnen: voor de linkse oppositie zal het lastig worden geloofwaardige kritiek te formuleren op de ambitieuze plannen van deze coalitie. Juist voor thema’s waar links sterk aan hecht, zoals milieu en betaalbare woningen voor iedereen, hééft Rutte IV immers veel geld uitgetrokken. Niet voor niets noemde oud-PvdA-leider Job Cohen het stuk dat Segers in november in de trein had laten liggen –en waarin, naar later bleek, kernelementen van het nieuwe akkoord zaten– „hardstikke progressief” en een paperas waar net zo goed ”van de PvdA” boven had kunnen staan.
Toch valt er volgende week best te schieten op de plannen van Rutte IV. Vooral voor de rechtse partijen. Want wie sowieso tegen klimaatbeleid is, vindt een klimaatfonds van 35 miljard euro natuurlijk je reinste geldverspilling. PVV, FVD en andere partijen hebben daarom dinsdag en woensdag een gemakkelijk doelwit als zij hun pijlen richten op een ‘spilzieke’ coalitie. Prettige bijkomstigheid: zij kunnen zich in die kritiek ook nog met enig recht beroepen op een gezaghebbend instituut als het CPB, dat immers deze week waarschuwde voor een te hoog oplopen van de staatsschuld
Wie er even over nadenkt, kan voor PVV-voorman Wilders de instant-grappen nu al verzinnen. Was het niet VVD-leider Wiegel die ooit in de Kamer, tot hilariteit van zijn collega’s en wijzend naar PvdA-voorman Den Uyl, zei: Sinterklaas, bestaat en hij zit daar? Rutte is nu Den Uyl de Tweede, zal Wilders betogen. Ook zou hij zomaar Ruttes belegen grap over de socialisten op de liberalen kunnen toepassen: „Geef de VVD het beheer over de Sahara en binnen de kortste keren is alle zand op.”
Het meest spannend wordt echter niet het debat van volgende week; dat worden vooral de ontwikkelingen daarna. Want de ambities van dit kabinet zijn torenhoog. Wat kunnen Rutte en de zijnen hiervan de komende jaren waarmaken?
Daar komt nog de volgende wetenschap bij. Kabinetten die na verkiezingen in precies dezelfde samenstelling doorgaan, komen vaak voortijdig ten val.
Bovendien is waar wat de Leidse hoogleraar Wim Voermans deze week twitterde: „Kabinetten met het rugnummer IV maken meestal de rit niet vol.” Hij leverde er een mooi historisch rijtje bij: Colijn IV moest het na 761 dagen opgeven, Drees IV na 800 dagen en Balkenende IV na 1330 dagen. De allerspannendste vraag: hoe lang houdt Rutte IV het vol?