Tranen van spijt om bestorming Capitool
Scott Fairlamb kreeg deze week een celstraf van 41 maanden voor zijn betrokkenheid bij de bestorming van het Capitool in Washington, begin dit jaar. Het is de hoogste straf tot nu toe in de ruim 700 zaken die justitie onderzoekt.
De oud-vechtsporter uit New Jersey deelde tijdens de bestorming aan een agent een harde klap midden in zijn gezicht uit. Dat werd vastgelegd op een bodycam van een van de agenten. Het gebruik van geweld beschouwt de rechter als een extra verzwarende omstandigheid.
Tijdens de rechtszaak barstte Fairlamb in tranen uit. Hij noemde zijn gedrag „onverantwoordelijk en roekeloos” en zei de verantwoordelijkheid te nemen voor zijn daden. Hij verklaarde spijt te hebben. „Ik hoop dat u een beetje genadig bent”, zei hij tegen de rechter. De spijtbetuiging hielp nauwelijks. In plaats van de geëiste 44 maanden legde de rechter hem 41 maanden op.
Deze veroordeling is de eerste zaak tegen een relschopper bij het Capitool waarbij sprake was van geweld tegen een politieman. Ruim 120 van de 700 opgepakte Capitoolbestormers zijn aangeklaagd vanwege geweld tegen de politie. Bij de bestorming raakten zo’n 140 agenten gewond, een van hen overleed een dag later.
Gasmasker
Bij de strafzaken zijn tot nu toe geldboetes of lagere celstraffen opgelegd. De 49-jarige Anna Morgan-Lloyd kreeg in juni een geldboete van 500 dollar (ruim 435 euro) omdat zij illegaal het parlementsgebouw was binnengegaan. Twee jonge relschoppers uit Ohio moesten 45 dagen de gevangenis in omdat zij „in potentie” bereid waren om gewelddadig te handelen. De een had een gasmasker bij zich en de ander droeg snijvaste handschoenen. „Dat doe je niet als je alleen maar op excursie gaat”, sneerde de rechter.
Een 38-jarige man uit Florida kreeg een celstraf van acht maanden omdat hij al zwaaiend met een vlag de Senaatszaal was binnengedrongen waar de stemming over de verkiezingsuitslag werd gehouden. Mede omdat de man spijt betuigde, legde de rechter hem acht maanden cel op in plaats van de geëiste achttien maanden.
Bijna alle relschoppers die inmiddels voor de rechter zijn verschenen, zeggen hun gedrag bij de bestorming te betreuren. „Ik was daar om mijn steun te betuigen aan president Trump. Ik schaam me dat het op zo’n gewelddadige vertoning is uitgedraaid”, zei Anna Morgan-Loyd. De vlaggendrager uit Florida stelde in een opwelling te hebben gehandeld.
Justitie zegt nog maanden nodig te hebben voor de rechtszaken tegen alle relschoppers. Daar komt bij dat de identificatie van een inmiddels beperkte groep niet is vastgesteld.
Naast de strafzaken tegen relschoppers loopt het onderzoek van een commissie van het Huis van Afgevaardigden naar de betrokkenheid van president Trump bij de bestorming. In dat kader wil de commissie inzage in alle communicatie vanuit het Witte Huis in de aanloop naar de bestorming. President Biden is bereid die ter beschikking te stellen.
Blokkeren
Trump heeft geprobeerd deze vrijgave van documenten te blokkeren door zich te beroepen op het zogeheten executive privilege. Dat geeft een president het recht bepaalde documenten vertrouwelijk te houden. Doorgaans is dat privilege alleen voorbehouden aan de zittende president. In een rechtszaak voerden de advocaten van Trump aan dat ook een voormalig president zich moet kunnen beroepen op deze geheimhouding.
Een federale rechter in Washington wees het verzoek van Trump om een verbod deze week af en zei: „Het algemeen belang ligt in het faciliteren van de wens van de wetgevende en uitvoerende macht om te bestuderen wat leidde tot de gebeurtenissen op 6 januari.”
De deadline om de documenten ter beschikking te stellen liep vrijdag af. De advocaten van Trump zijn deze week echter direct in beroep gegaan bij het federale hof van beroep in het District of Columbia.
De voorzitter van de parlementaire onderzoekscommissie, Bennie Thompson, stelt dat dit beroep alleen maar bedoeld is om het onderzoek naar Trumps betrokkenheid te vertragen.