Dekker overweegt strengere regels voor advocaten zware criminelen
Het kabinet overweegt om strengere regels te hanteren voor advocaten van zware criminelen. Demissionair minister Sander Dekker (Rechtsbescherming) zegt dat hij hier „kritisch naar wil kijken”. Het gaat om een „specifieke groep zware criminelen” die mogelijk te maken krijgt met afwijkende regels „als het gaat om het recht op advocatuur”. De bewindsman kijkt hiernaar na de aanhouding van de neef van Ridouan Taghi, die toegang kreeg tot de zware crimineel als diens advocaat.
Taghi heeft bijvoorbeeld „recht op een onbeperkt aantal advocaten”, waar hij ook gebruik van maakt. „Daar kunnen we geen beperkingen aan stellen”, aldus Dekker. De minister noemt als voorbeeld dat het „pas als er sprake is van een concrete verdenking” mogelijk is om gesprekken tussen advocaat en verdachte te tappen. Hij benadrukt wel dat „zelfs in de grootste zaken” verdachten recht hebben op een advocaat.
Maar als privileges van advocaten „worden misbruikt, zoals in dit concrete geval”, moet je kijken „wat nodig is om te doen”, vindt Dekker. De minister twijfelt of het nog wel goed is dat regels die voor anderen gelden „ook moeten gelden voor een verdachte in een zwaar regime als de EBI”. Hij bedoelt daarmee de Extra Beveiligde Inrichting in Vught, waaruit Taghi volgens het OM wilde ontsnappen.
Over het aanpassen van de wet- en regelgeving gaat Dekker in gesprek met zijn collega Ferd Grapperhaus, het Openbaar Ministerie en de Nederlandse Orde van Advocaten. Voor het debat over de begroting van het ministerie van Justitie en Veiligheid wordt de Kamer hierover bijgepraat. Dat debat staat eind november gepland.