Taalles van taalvrijwilliger maakt laaggeletterde zelfverzekerder
Een Braziliaanse vrouw die door haar huwelijk in Nederland was komen wonen, durfde lange tijd met niemand te praten. Nu knoopt ze met het grootste gemak gesprekjes aan. Dat zijn de dingen waar taalvrijwilliger Els Laumans uit Almere het voor doet.
Laumans komt de mogelijkheid taalvrijwilliger te worden toevallig op het spoor, als ze ongeveer acht jaar geleden voor iets anders in het stadhuis van Almere moet zijn. Daar is informatie te vinden over het project ”Taal voor het leven” van de Stichting Lezen en Schrijven, waar op dat moment een pilot van loopt in zes gemeenten – waaronder Almere.
Laumans gaat aan de slag op een ROC, in een NT1-klas. De volwassen studenten in deze klas spreken goed Nederlands, maar hebben moeite met lezen en schrijven. Vaak zijn ze de opleiding gestart op advies van hun werkgever. „In de zorg bijvoorbeeld moet steeds meer gerapporteerd worden, dus ook meer geschreven.” In de klas zitten zowel mensen met Nederlands als moedertaal als mensen met een migratieachtergrond.
De lessen op het ROC zijn divers, zegt Laumans. „We hebben geen boek. Iedereen heeft zijn eigen probleem, dus we maken lessen op maat.” Wat volgens Laumans vooral helpt bij het verbeteren van taalvaardigheid: lezen. Tegelijk is dat een lastige: mensen die een probleem met lezen of schrijven hebben, pakken er niet voor de lol een boek bij. „Maar je verleert lezen op die manier wel.” Haar tip: kies makkelijke boeken. „Die zijn er ook veel. Er is een speciale uitgeverij, ”Eenvoudig communiceren”, die bestsellers in eenvoudige taal uitbrengt. Zo kun je toch ”Het diner” of ”Eline Vere” lezen.”
Inburgering
Naast haar werk op het ROC startte Laumans acht jaar geleden een leesclub. Daar komen een stuk of tien mensen uit andere taalgebieden, die vaak juist wel redelijk goed kunnen lezen en schrijven, maar moeite hebben met spreken. Behalve samen lezen probeert Laumans door gesprekken te voeren ook hun spreekvaardigheden te verbeteren.
In de loop van de jaren ziet ze de taallessen –zowel op het ROC als binnen de leesclub– hun vruchten afwerpen. Iemand die nooit zijn mail las, gaat dat nu wel doen. Mensen die steeds zakten voor hun inburgering, halen het dankzij de leesclubsessies toch. „De lessen maken mensen zekerder.”
Het overtuigt haar des te meer van het belang om laaggeletterdheid aan te pakken. Liefst bij de bron: in het basisonderwijs. „We hebben al muziekleraren en gymleraren. Het zou goed zijn als er een speciale leerkracht komt die samen met de leerlingen boeken leest, zodat lezen leuk wordt. Want wat leuk is, doe je vaker.”