Omtzigt legt met aanklacht tegen partij bom onder CDA
Met een felle aanklacht tegen zijn partij voert Kamerlid Pieter Omtzigt de spanning binnen het CDA tot het uiterste op. Hamvraag: valt deze uitslaande brand nog te blussen?
Het rommelt al veel langer in de Nederlandse christendemocratie. Maar nadat donderdagavond een 76 pagina’s tellende aanklacht van Kamerlid Omtzigt tegen zijn partij openbaar werd, staat de tent van het CDA echt in de fik. En dringt de vraag zich op: waar moet nú het bluswater nog vandaan komen?
Onthullend is onder meer hoe de parlementariër uit Enschede, die al maandenlang overspannen thuis zit, beschrijft hoe hij op „onheuse wijze gepasseerd is als lijsttrekker.” Voormalig partijvoorzitter Rutger Ploum had Omtzigt na de lijsttrekkersstrijd tussen hem en Hugo de Jonge, beloofd dat híj lijsttrekker zou worden als, onverhoopt, De Jonge, het lijsttrekkerschap zou neerleggen.
Toen De Jonge inderdaad stopte, werd niet Omtzigt maar Wopke Hoekstra naar voren geschoven. Omtzigt heeft naar eigen zeggen onder druk „toegegeven”, maar was hierover wel degelijk teleurgesteld. „Er is duidelijk een vooropgezet plan en ik pas er niet in”, schrijft hij in het uitvoerige en gedetailleerde document, dat GeenStijl donderdagavond online zette en waarover De Limburger donderdag als eerste schreef.
De uitvoerige memo is pas recent door Omtzigt afgerond en was bedoeld om de commissie-Spies te informeren over zijn visie op de mislukte verkiezingscampagne. Oud-minister Spies kreeg van haar partij de opdracht het zetelverlies van het CDA bij de laatste Kamerverkiezingen te onderzoeken. Haar rapport wordt voor de zomer verwacht.
In het explosieve document laat Omtzigt zien hoe hij binnen het CDA jarenlang is tegengewerkt en geeft hij tal van partijgenoten ervan langs. Zo publiceert hij screenshots van appberichten tussen fractiemedewerkers en andere partijgenoten waarin hij werd uitgemaakt voor „psychopaat”, „zieke man”, „teringhond”, „eikel”, „gestoord” en „labiel.”
Ook rept hij van gebeurtenissen die op de verkiezingsavond van 17 maart zouden hebben plaatsgevonden in de zogeheten warroom van het CDA. Partijgenoten zouden daar Hitlersnorretjes hebben getekend op posters met het gezicht van Omtzigt en posters hebben verbrand.
Rode draad in het document is dat het prominente Kamerlid zich binnen zijn partij jarenlang niet gerespecteerd en sterk miskend heeft gevoeld. Hij spreekt van „processen die voor een verwijdering zorgen en een omgeving waar ik me niet altijd gewaardeerd voel en op een aantal momenten zelfs ronduit onveilig.”
De grote vraag die na publicatie van het Omtzigt-memo resteert, is niet wat nu waar is en wat niet. Daarover kan en zal eindeloos gebakkeleid worden. Zo sprak voormalig spindoctor Jack de Vries donderdag al tegen dat Kamerkandidaten gevraagd zou zijn hoe ze tegenover Omtzigt en Hoekstra stonden.
De vraag is nu vooral hoe dit, nu er van zulke diepgaande frustraties sprake blijkt te zijn, nog ooit goed kan komen. Kan Omtzigt nog ooit naar Den Haag terugkeren en gaan functioneren onder een andere CDA’er, welke dat ook is? Zo nee, is dit misschien het begin van de definitieve breuk tussen de strijdbare parlementariër en zijn partij?