Lockdown kan Surinamer niet in huis houden
In Suriname geldt sinds maandag een complete lockdown, die bijna drie weken duurt. Door de vele uitzonderingsregels was het toch enorm druk op straat. Surinamers laten zich tijdens de coronacrisis vooralsnog niet thuis houden.
Het was vrijdagavond voor Surinamers even wennen om te zien dat president Chandrikapersad Santokhi zich via de televisie tot het volk richtte om de nieuwe lockdown aan te kondigen. Want hij heeft zich zelden over de coronacrisis uitgelaten en was wat dat betreft het afgelopen jaar nagenoeg onzichtbaar. Dat kwam hem op veel kritiek te staan.
Maar echt veel wijzer werden ze niet van hem. Over de lockdown tasten veel mensen nog in het duister over de details, omdat de regering die nog niet heeft uitgewerkt. Die werkwijze werkt in de hand dat veel Surinamers weigeren de coronamaatregelen na te leven. Sinds maart vorig jaar geldt een avondklok, die ook veelvuldig wordt overtreden. De meeste mensen komen daarmee ongestraft weg, omdat er nauwelijks controle plaatsheeft.
Ook maandag gingen mensen massaal de straat op en liep het verkeer op verschillende plaatsen in Paramaribo vast. Een van de vele uitzonderingen in deze lockdown is dat mensen op maandag, woensdag en vrijdag wel uit huis mogen om inkopen te doen of hun bankzaken te regelen. Er werd flink gehamsterd, uit vrees dat de import stil komt te liggen.
„In Suriname grijpt vrijwel iedereen de kans aan om de hele dag te zwieren”, zegt leerkracht Mirelle Wildschut, terwijl ze bij een bakkerij in de rij staat. „Het zit gewoon in ons bloed; we moeten de straat op.” In reactie op de vraag of dat wel verstandig is, gezien het aantal besmettingen, haalt ze haar schouders op.
Alleen al maandag stierf een recordaantal van 10 mensen aan corona. In de hele maand mei overleden 97 mensen. Tot nu toe zijn er 302 coronadoden en de voorspelling is dat in september 1200 mensen gestorven zullen zijn aan het virus. Toch lijkt niemand daar écht wakker van te liggen, ook Wildschut niet. „Ik ben heel voorzichtig, dus ik denk niet dat ik het krijg.”
Die lakse houding van veel mensen mag de regering zichzelf deels aanrekenen. Los van het feit dat het coronabeleid aan alle kanten rammelt en dat er nauwelijks wordt gecontroleerd, maken juist regeringsvertegenwoordigers zich regelmatig schuldig aan het overtreden van de regels.
Vooral vicepresident Ronnie Brunswijk en zijn partijgenoten lappen die regels aan hun laars. „Waarom moeten gewone burgers zich wel aan de regels houden?”, verwoordt Wildschut de gevoelens van veel Surinamers.
Maar dat zou volgens het zorgpersoneel geen reden mogen zijn om de regels te negeren. Verpleegster Aidy Pocorni ziet iedere dag welke ellende het virus aanricht. „Voorheen stierf er weleens iemand op de afdeling intern waar ik werk. Maar nu maak ik iedere dag meerdere sterfgevallen mee. Dat laat diepe sporen achter, ook bij mij. Ik kan alleen maar hopen en bidden dat mensen eindelijk hun verantwoordelijkheid gaan nemen.”