Dr. Kees van Ekris: Erken crisismoeheid bij predikant en ambtsdrager
Besef hoe vermoeid predikanten in deze coronatijd kunnen zijn, twitterde dr. Kees van Ekris onlangs na een bericht van Church Times. Het nieuwsplatform van de Kerk van Engeland meldde dat voorgangers onder enorme druk staan om meer dan ooit te presteren en voortdurend online aanwezig te zijn.
Daarom riep dr. Van Ekris, studieleider van de missionaire organisatie IZB Areopagus, op om „te luisteren naar hoe uitgeput predikanten kunnen zijn, in plaats van steeds weer nieuwe initiatieven te lanceren, steeds nieuwe problemen te agenderen.”
Wat merkt u hiervan in uw omgeving?
„De vermoeidheid zit vaak onder de radar. De coronacrisis is een tijd van veel frustraties, en ook predikanten en kerkenraadsleden staan daar middenin. Ze moeten de flexibiliteit opbrengen om kerkdiensten en gemeentewerk anders vorm te geven en naar wegen zoeken om het pastorale werk door te laten gaan. Daarnaast wordt van hen wijsheid gevraagd om in de gemeente te verbinden, omdat de meningen over de crisisaanpak flink uiteen kunnen lopen. En thuis of in de familie is daarnaast vaak ook voldoende gaande wat aandacht en energie vraagt. Het is veel.
Predikanten zijn zelden mensen die de aandacht op zichzelf richten, ze gaan gewoon door, uit liefde en roeping. Maar vraag je hun op de man af hoe het gaat, dan erkennen ze vaak dat ze moe zijn en moeite hebben om de energie en frisheid te vinden die ze nodig hebben.”
Wat valt ertegen te doen?
„Hoewel predikanten en ambtsdragers er doorgaans niet op uit zijn om voor hun moeite en zorgen erkenning te krijgen, zijn zij ook gewoon mensen. Alleen al het tonen van respect of het stellen van de vraag „Hoe gaat het met u?” is soms een verademing. Dat zou gemeentebreed een goede houding zijn. Niet continu in de pragmatische houding blijven zitten, maar luisteren naar elkaars verhalen over de afgelopen tijd, de mooie momenten én de teleurstellingen. Daarnaast kunnen we ons als gemeente afvragen: Wat leert deze crisis ons over de gemeente en onszelf?”
Wat kan uw organisatie doen?
„In de crisis stond Areopagus predikanten bij in het basale. Bijvoorbeeld door preekhulp te geven. Of door steeds te blijven zeggen: Het doet ertoe dat je je ziel in een preek legt, ook al sta je voor een lege kerk en krijg je weinig terug.
Een andere tak, IZB Focus, helpt kerkenraden om het gesprek te voeren over wat deze crisis ons kan leren en hoe deze een gemeente weer kan terugbrengen bij de kern, bij het onopgeefbare.”
Hoe kun je als gemeente het beste omgaan met de crisis?
„In het begin waren we vooral druk met het regelwerk. Dat moest ook gebeuren. We moeten echter ook tijd nemen voor reflectie en inkeer, aandacht en gebed voor elkaar. Voor de verhalen van gemeenteleden die door corona een of meer dierbaren verloren. Voor het relaas van hen die door alle beperkingen en maatregelen afgehaakt zijn. Voor allen die grote zorgen hadden, maar geen beroep durfden te doen op de predikant, de wijkouderling, de jeugdouderling of de diaconie.
Deze reflectie, die in alle eerlijkheid moet plaatsvinden, hebben we dringend nodig, voordat we in het najaar weer in onze oude doe-modus vervallen.”
Hoe ervaart u deze coronatijd persoonlijk?
„Als een onbestemde tijd. Ik heb het gevoel dat de samenleving maar één crisis tegelijk aan kan, en we er zo snel mogelijk van af willen. Maar zelf ben ik er nog volop mee bezig. De crisis laat ons kijken in de diepere lagen van de samenlevingsziel. Want in wat voor samenleving leven we eigenlijk? Wat vertellen de polarisatie, het politieke geharrewar en de angst voor economische pijn ons?
Hierdoor ben ik nog meer gaan houden van de liturgie, de preek, de gemeente, het persoonlijke contact, het gebed en het heilig avondmaal. Hier draait het kerk-zijn om. Ik hoop dat we dit alles blijven koesteren, ook als de coronacrisis voorbij is.”