Benauwde momenten bij de Heilige Grafkerk
Een van de benauwdste momenten die ik hier heb meegemaakt in Israël, was voor de Heilige Grafkerk op een Goede Vrijdag. Gelukkig liep bijna alles goed af.
Ik moest er weer aan denken de afgelopen dagen. Vorige week, in de vroege ochtend van 30 april, kwamen 45 ultra-orthodoxe Joden om op de Meronberg in Noord-Israël toen zij een religieus festival bezochten. Teveel bezoekers begaven zich tegelijkertijd naar een te nauwe uitgang en ze liepen elkaar onder de voet of kwamen in de verdrukking.
Mijn vrouw Judith en ik stonden op die bewuste vrijdagmorgen op het pleintje voor de Heilige Grafkerk. Uit oostelijke richting stroomden pelgrims met kruisen toe over de Via Dolorosa. Andere bedevaartsgangers arriveerden voor het heiligdom uit westelijke richting via de Christian Quarter Road. Het was een jaar waarop Goede Vrijdag volgens zowel de gregoriaanse kalender als de juliaanse kalender op dezelfde dag viel. Dat betekende dat oosterse én westerse christenen op dezelfde dag naar deze heilige plaats wilden.
Al vrij snel stonden wij en de anderen pal tegen elkaar. Het ademhalen ging nog, maar ik moest mijn Nikon-camera boven mijn hoofd houden. Vraag me niet hoe we het voor elkaar kregen, maar tergend langzaam zagen we kans weer bij de westelijke uitgang te komen. „Dat is goed afgelopen”, verzuchtte ik, en ik liet mijn armen zakken (waarbij de camera op de grond kletterde, die was ik even helemaal vergeten).
Sindsdien let ik er op dat ik bij grote mensenmassa’s een ontsnappingsmogelijkheid heb. Dat kan een steegje zijn achter mijn rug of een heuvel waar ik heen kan rennen. Want in de loop van de jaren is het alleen maar drukker geworden. Totdat de coronacrisis uitbrak uiteraard.
Wat jaren geleden al tot verbetering leidde, is dat de politie op Goede Vrijdag ruimte creëert tussen pelgrimsgroepen die over de Via Dolorosa komen aanlopen. Stopt een groep, dan zetten agenten de volgende groep ook stil. Opstoppingen worden op die manier geen gevaarlijke verstoppingen.
Een andere verbetering is dat de politie in de straatjes eenrichtingsverkeer heeft ingesteld. Al zorgde dat wel voor klachten van kooplieden van de Oude Stad, die er een sinistere bedoeling van „de bezetter” inzagen om hen van de nering te beroven. Overigens regelt de Palestijnse politie tijdens Kerst in Bethlehem ook het voetgangersverkeer. Ook dan worden de stromen die heen- en weer gaan goed van elkaar gescheiden. Want niemand moet eraan denken dat mensen elkaar onder de voet lopen.
Toch blijven er riskante situaties. Zo komen voor de priesterlijke zegen tijdens Pesach of het Loofhuttenfeest tienduizenden mensen naar de Westelijke Muur: een dreigende massa! En dan de Heilige Grafkerk. Die heeft dezelfde in- en uitgang… Tijdens de plechtigheid van het Heilige Vuur op Stille Zaterdag staan pelgrims dicht op elkaar terwijl ze brandende kaarsen aan elkaar doorgeven. Je wilt dan niet meemaken dat iemand zo’n kaars laat vallen of tegen iemand aanhoudt. De paniek die dan uitbreekt, of de ernstige brandwonden die worden veroorzaakt zijn dan ongekend.
Maar de religieuze autoriteiten willen niet dat daar een tweede uitgang komt. Hun argument? Waarom zou je iets veranderen wat altijd zo is geweest?