Hogescholen en universiteiten laten vanaf maandag de teugels vieren. Na een maandenlange lockdown mogen studenten weer een dag per week naar school. „Heerlijk.”
Studenten, mondkapje op, druppelen maandagochtend rond acht uur het hoofdgebouw van de Hogeschool Windesheim binnen. ”Welkom terug!” staat op een gele banner bij de entree. ”Fijn dat je er weer bent”, krijgen ze na de draaideur op een digitaal bord te lezen. Een paar verdiepingen hoger begroeten twee vrouwen elkaar met een vuist.
Meer sfeer
„Heerlijk dat ik weer naar school mag”, verzucht Hans Meijer (21) uit Wijk bij Duurstede. Hij leert voor gymleraar. „Ik heb het contact met medestudenten gemist. De hele dag thuis naar een beeldscherm kijken: daar word ik niet blij van. In een lokaal een les ontvangen, met een docent voor je neus: Dat heeft meer sfeer, dat is veel beter. En het motiveert mij meer.”
Daar denkt zijn medestudent Mark van den Hee (20), vierdejaars uit Amersfoort, anders over. „Ik vind thuis online les volgen prima. Ik kon mijn ritme wel vinden. Af en toe strek ik thuis de benen. Ik snap dat andere jongeren het fijn vinden om naar school te gaan, maar van mij had het niet per se gehoeven”, zegt Van den Hee, die zich ook klaarstoomt voor een baan als gymleraar dan wel basisschoolleraar. Hij staat op het punt in Zwolle een les ”dans en drama” te gaan meemaken. „Niet zo interessant, ik ben geen groot fan van dat vak.”
De meeste studenten lijken blij te zijn dat ze weer vaker naar Zwolle af kunnen reizen. „Erg leuk dat het weer kan”, zegt de 20-jarige Julian Santbergen uit Vollenhove. Hij studeert ruimtelijke ontwikkeling. Voor zijn studie moet hij de veiligheid van een weg die langs de school loopt onder de loep nemen. Santbergen heeft het wel gehad met het online lessen volgen. „Ik heb zin om echt naar school te gaan.”
In een lokaal hangt docent Wendy Borninkhof een theezakje in een mok heet water. „Dolblij” is ze dat ze weer vaker studenten onder haar gehoor krijgt in een echt lokaal. „Het is voor mij vandaag een feestje”, lacht de vrouw. Ze geeft studenten van Social Work trainingen in het bespreekbaar maken van huiselijk geweld en omgang met agressie en intimiteit in de zorg. „Juist bij dit soort trainingen is het van belang dat studenten bij elkaar in een lokaal zitten. Dat is een wereld van verschil met online les geven.”
Lastig
Les geven met studenten die je alleen ziet op een scherm? Borninkhof vond het de afgelopen maanden maar behelpen. „Soms zag ik dat studenten hun computer in een woonkamer hebben staan, en liepen familieleden of vrienden door beeld. Daardoor wordt het voor een student al gauw lastiger om ongedwongen zijn mening te geven over gevoelige lesstof rond bijvoorbeeld huiselijk geweld. Ik wilde dat de studenten hun camera tijdens het videolesgeven aan hadden staan, zodat ik hun gezichten in ieder geval zag. Non-verbale communicatie is belangrijk.”
Ook docente Sarah van der Goot is verheugd over het feit dat meer leerlingen de lokalen gaan bevolken. „Yes, ik heb er weer zin in om iedereen weer te kunnen zien. Door de lockdown dreigen zeker eerstejaars de binding met de school te verliezen.” Ze kreeg wel wat afmeldingen voor deze maandag. „Sommigen zitten in quarantaine.”
Op de fiets arriveert Assenaar Ben Feunekes (18) op school, hij komt van het station. De jongeman, die psychomotorische therapie studeert, is blij dat hij weer meer medestudenten onder ogen komt. „Ik heb het contact met hen gemist en stel nu op school eerder de vraag: Hoe is het met je?”