Het gebruik van het openbaar vervoer is vorig jaar door toedoen van de coronacrisis zo goed als gehalveerd. In totaal is er vorig jaar ongeveer 660 miljoen keer ingecheckt met de ov-chipkaart, tegen bijna 1,3 miljard een jaar eerder. Ruim 40 procent van het aantal check-ins vond plaats in de eerste elf weken van het jaar, toen er nog geen coronamaatregelen waren.
Dat blijkt uit een analyse van OVPro van cijfers over de inchecktransacties, die worden bijgehouden door Translink en CBS.
De maanden januari en februari waren nog iets drukker dan een jaar eerder. Vanaf woensdag 11 maart, toen de eerste ingrijpende landelijke coronamaatregelen werden aangekondigd, zette de forse daling echter in. Sindsdien lag het ov-gebruik gemiddeld ruim 60 procent lager ten opzichte van 2019.
April was veruit de rustigste maand, met ongeveer 16 miljoen check-ins. Normaal gesproken wordt er in die maand per week alleen al 26 miljoen keer ingecheckt. De drukste maand voor het ov tijdens de coronacrisis was september, al was het aantal check-ins nog altijd bijna de helft ten opzichte van een jaar eerder.
Het aantal check-ins staat niet gelijk aan het aantal reizigers. Iemand kan voor één reis meerdere keren inchecken, bijvoorbeeld bij een overstap naar een andere vervoerder.
OVPro verwacht dat het nog jaren zal duren voordat het gebruik van het openbaar vervoer weer op het niveau van 2019 ligt. Als de coronamaatregelen achter de rug zijn, zullen meer mensen weer reizen met het ov, maar door structurele gedragsveranderingen zullen niet alle voormalige reizigers terugkeren, voorspelt de organisatie.