Kippenboeren met fipronilschade putten moed uit uitspraak aardgasschade
Kippenboeren die miljoenen euro’s schade hebben opgelopen tijdens de zogeheten fipronilcrisis, blijven erbij dat ze recht hebben op gedeeltelijke compensatie. De overheid heeft gefaald in het toezicht en daarmee onrechtmatig gehandeld, betoogde de advocaat van brancheorganisatie LTO en zo’n honderd pluimveehouders maandag voor het gerechtshof in Den Haag. Ze maakte een vergelijking met de schade die de gaswinning in Groningen heeft veroorzaakt.
De Hoge Raad bepaalde vorig jaar dat de overheid deels aansprakelijk is voor schade door de gaswinning. De Staat liet de gaswinning jarenlang doorgaan, terwijl de risico’s bekend waren. In de fipronilcrisis komt het volgens de eisers op hetzelfde neer. Zij vinden dat de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) veel eerder had moeten ingrijpen en waarschuwen. De toezichthouder kreeg in november 2016 de eerste meldingen binnen over verdachte zaken bij het bedrijf ChickFriend, de spil in de affaire. Pas in de zomer van 2017 greep de NVWA in.
De mannen van ChickFriend hadden opzien gebaard in de sector door hun uitzonderlijk effectieve bestrijding van bloedluis bij kippen. Ze gingen de parasiet te lijf met een goedje genaamd Dega 16. Later werd duidelijk waardoor dit zo goed werkte: het spul bevatte het streng verboden bestrijdingsmiddel fipronil.
De insecticide kwam niet alleen op de veren van kippen terecht, maar ook in de eieren die ze legden. Hoewel de concentraties zeer laag waren, moesten miljoenen eieren worden vernietigd. Fipronil stortte de pluimveesector in een ongekende crisis. Omdat bleek dat het bestrijdingsmiddel langdurig in kippen bleef zitten, zagen veel kippenboeren zich genoodzaakt hun dieren te laten afmaken.
In eerste aanleg kregen de kippenboeren nul op het rekest bij de rechtbank. Ze gingen tegen de uitspraak in beroep.
„Het fipronilincident kent alleen maar verliezers”, zei de advocaat van de Staat. Ze wees erop dat de sector zelf de eerste verantwoordelijke is voor de voedselveiligheid. Volgens de advocaten van de overheid heeft de NVWA gehandeld „zoals mag worden verwacht”. Ze legden uit dat de instantie jaarlijks „vele duizenden meldingen” krijgt en die niet allemaal met spoed kan behandelen.
In een eerste risicobeoordeling werd ingeschat dat de risico’s zeer klein waren. Omdat kippen vrij slecht tegen fipronil kunnen, moesten de concentraties wel heel laag zijn, redeneerden experts. Als het gif in eieren terecht zou komen, zou niemand er ziek van worden. Toch moesten alle besmette eieren later van de markt worden gehaald, want het gif blijft verboden.
De twee eigenaren van ChickFriend staat nog strafrechtelijke vervolging te wachten. In een andere procedure heeft de rechtbank hen al aansprakelijk gesteld voor schade. De vraag is nog wel in hoeverre er bij hen iets te halen valt.