Duizenden mensen lopen waarschijnlijk rond met een ziekte die als gevolg van de coronapandemie niet is ontdekt. Of laat is ontdekt. Té laat soms. Reden voor alarm.
De Nederlandse Vereniging voor Pathologie (NVVP) trekt aan de bel: er zijn dit jaar 15 procent minder diagnoses gesteld dan de afgelopen vijf jaar het gemiddelde was.
Dat zou goed nieuws moeten zijn, maar het ligt voor de hand dat het tegendeel het geval is: de ziekten zijn er wel, maar ze zijn niet gesignaleerd. En dat betekent dat de achterstand tijdens de eerste golf van de coronapandemie onvoldoende is ingehaald voordat de tweede golf begon, zeggen de pathologen. Zij stellen diagnoses op basis van weefselonderzoek.
Volgens de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) was de inhaalslag in de ziekenhuiszorg in oktober voorbij. Het aantal diagnoses blijft echter achter, stellen de pathologen. De achterstand is het grootst bij ziekten die worden opgespoord via een bevolkingsonderzoek, zegt NVVP-voorzitter dr. Jos Bart: „Meer dan 25 procent minder dan normaal. Het aantal borstkankerdiagnoses is 4000 lager, dikkedarmkanker 800, melanomen 1280 en prostaatkanker ruim 1000. Dat is echt zorgelijk. Laten we er alles aan doen die mensen op te sporen.”
Zorgmijders
Eerder wezen cardiologen en oncologen ook al op het negatieve effect van de coronacrisis op het tijdig ontdekken en behandelen van kwalen. De bevolkingsonderzoeken lagen stil en de reguliere zorg stond op een laag pitje.
Het probleem is verergerd doordat mensen huisartsenpraktijken en ziekenhuizen meden uit vrees voor besmetting. „Tijdens de eerste golf was het aantal consulten bij huisartsen duidelijk lager dan normaal”, zegt een woordvoerster van de Landelijke Huisartsenvereniging (LHV). „De situatie verschilt nu per regio. Als er veel besmettingen zijn, denken mensen: Ik ga nu maar even niet. Onze oproep is echter steeds geweest: Neem bij klachten in ieder geval contact op met de huisarts, zodat we samen kunnen kijken wat er nodig is. We moeten voorkomen dat een behandeling onnodig complex wordt of zelfs niet meer mogelijk is.”
Overigens heeft de pandemie ook een omgekeerd effect: mensen meldden zich met een coronabesmetting, waarna werd vastgesteld dat ze ook een andere kwaal hadden. Die ontdekking zou anders pas later zijn gedaan, waardoor de behandelingsprognoses minder gunstig zouden zijn.
Volgens de LHV is het lastig vast te stellen hoeveel gemiste of uitgestelde zorg er is. „Je weet niet wat je niet ziet. Maar een daling van het aantal doorverwijzingen door een huisarts is een duidelijke indicatie.”
Vorige week besloot staatssecretaris Blokhuis (Volksgezondheid) dat het borstkankeronderzoek vanwege personeelstekorten voorlopig om de drie jaar plaatsvindt, in plaats van om de twee jaar. Borstkankervereniging en KWF vragen hem echter dit te heroverwegen, omdat volgens hen door dit besluit meer vrouwen aan borstkanker zullen overlijden.