Woensdag 15 mei 1619. De politieke gevolgen van de Nationale Synode worden schrijnend zichtbaar. Maandagochtend is Johan van Oldenbarnevelt onthoofd.
Vorige week donderdagmorgen vond in de Kloveniersdoelen de laatste zitting plaats met de buitenlandse afgevaardigden erbij. Rond het middaguur kwamen de synodeleden zichtbaar geëmotioneerd naar buiten. Al hadden ze wel eens stevige aanvaringen gehad, er waren hechte banden van vriendschap gegroeid.
’s Middags zaten alle theologen en politici aan een groot diner in het Augustijnenklooster. Ik had de suikerbakkers al met zwaar beladen karren over de straat zien gaan. Stadsorganist Henderick Speuy, met wie ik intussen bevriend ben geraakt, zorgde met collega’s uit Den Haag voor muziek. Hij vertelde dat er ook flink gedronken is.
Vrijdagmorgen zouden de buitenlanders definitief vertrekken. Om de hoek van onze drukkerij, bij de Berckepoort, zag je de Britse gasten druk bezig met hun bagage. Ze kregen nog bezoek van enkele heren van de Staten-Generaal, die drie cadeautjes bij zich hadden voor iedere afgevaardigde: een zak geld voor de terugreis, een gouden gedenkpenning en een mooie gravure van de synode.
Berg Sion
Samuel Ward kwam ons nog even goedendag zeggen. Hij liet ons trots de penning zien, die hier vlakbij in de Hollandse Munt is gemaakt. Kijk, zei hij, aan de ene kant zie je de synode en aan de andere kant de berg Sion. Het herinnert aan de preek van Balthasar Lydius bij de opening, zes maanden geleden, over het geestelijke herstel van Israël. Zo zien we nu de wederopbouw van de kerk in Nederland.
Even later gingen de politieke heren ook de logeeradressen in de Wijnstraat bij de Nieuwbrug langs. De Zwitsers en de Duitsers gingen ieder huns weegs. Sommigen wilden nog een paar mooie steden bezichtigen. De afgevaardigden uit Genève, Jean Diodati en Theodore Tronchin, hadden een ander plan.
Onze schout, Hugo Muys van Holy, had verklapt dat het vonnis over Johan van Oldenbarnevelt zou worden voltrokken. Muys zit zelf in de rechtbank die de landsadvocaat schuldig achtte aan hoogverraad. Zondagmiddag werd professor Antonius Walaeus uit de synode geroepen om de ter dood veroordeelde leider geestelijk bij te staan. De volgende ochtend is hij op het Binnenhof onthoofd.
De Geneefse theologen waren naar Den Haag gereisd om bij de executie aanwezig te zijn. Boze tongen beweren nu dat zij op het schavot een beetje bloed hebben bemachtigd om als een souvenir mee naar huis te nemen. Deodati zou hebben gezegd dat de Dordtse Leerregels het zwaard vormden waarmee het hoofd van de advocaat is afgehakt.
Het blijft triest hoe het met Oldenbarnevelt is afgelopen. Maar het was onvermijdelijk, zeggen de aanhangers van prins Maurits. Nu moet de rechtbank ook nog oordelen over Hugo de Groot en enkele andere gevangenen. Zij zijn mede schuldig aan alle ellende die ons land en onze kerk is overkomen.
Ondertussen is de synode maandag gewoon verdergegaan, nu alleen met de Nederlandse afgevaardigden. Het zijn besloten zittingen. Dat is jammer, want nu zou iedereen de discussies in de volkstaal hebben kunnen volgen. Maar ik kom wel te weten wat er achter de schermen gaande is.
Burgh Liebaert, een denkbeeldige inwoner van Dordrecht in de jaren 1618-1619, houdt een „synodael journael” bij waarin hij beschrijft wat hem opvalt rond de Nationale Synode (die op 13 november 1618 begon). Woensdag 22 mei deel 17.