Zwangere refovrouw heeft tijd nodig voor keuze kinkhoestprik
Wat is wijsheid: laat ik me wel of niet inenten tegen kinkhoest? Veel reformatorische zwangere vrouwen worstelen met die vraag. Promovenda Anne de Munter onderzocht hoe zij tot een keuze komen. „Zorg dat ze niet worden gedwongen om snel te kiezen.”
Het kinkhoestvaccin voor zwangeren zit sinds eind vorig jaar in het Rijksvaccinatieprogramma. Het vaccin moet voorkomen dat een baby kinkhoest oploopt. Jaarlijks belanden circa 170 kinderen met die ziekte in het ziekenhuis.
Toch twijfelen veel zwangere vrouwen uit de reformatorische gezindte of ze de prik moeten halen, zegt De Munter. Samen met enkele collega’s van GGD Gelderland-Zuid en het Nijmeegse Radboudumc heeft ze het keuzeproces rond vaccinatie onder hen in kaart gebracht. „Voor velen is het zoeken naar wat voor hen zwaarder weegt: de gezondheidsvoordelen van de prik of mogelijke religieuze bezwaren.” Vrouwen kunnen met een beroep op de Bijbel tot verschillende keuzes komen. „Sommigen zeggen dat het vaccin een middel is dat God heeft gegeven. Anderen wijzen erop dat het feit dat het middel bestaat niet betekent dat het ook geoorloofd is er gebruik van te maken. Het moet bovendien veilig zijn, vindt iedereen.”
Munter ging in 2017 en 2018 in gesprek met 25 vrouwen, in de leeftijd van 23 tot 37 jaar en lid van verschillende kerkverbanden. De resultaten publiceerde ze donderdag in een wetenschappelijk artikel in het tijdschrift PLOS ONE.
De onderzoekster ontdekte dat het keuzeproces bestaat uit twee onderdelen: een oriëntatiefase en een overdenkingsfase. In de oriëntatiefase willen vrouwen informatie ontvangen van een verloskundige, de huisarts, iemand van het consultatiebureau of van de jeugdgezondheidsorganisatie. „Veel vrouwen willen graag objectieve informatie van zorgverleners, waarbij ze niet een bepaalde richting op worden gestuurd. Ze willen uiteindelijk zelf de keuze maken, samen met hun echtgenoot.”
Te eenduidig positief
Daarnaast gaan veel zwangeren zelf op zoek naar informatie. „Een belangrijke bron is de website van het Rijksvaccinatieprogramma. Met die informatie nemen veel vrouwen echter geen genoegen. Die is voor hen te eenduidig positief. Vaak raadplegen ze daarom ook andere websites zoals die van de Nederlandse Vereniging Kritisch Prikken.”
Internet is een doolhof van informatie. „Hier ligt een taak voor zorgverleners: geef verwijzingen naar goede informatiebronnen.”
Na de oriëntatiefase volgt de overdenkingsfase. In deze fase wegen de vrouwen verschillende waarden af die voor hen belangrijk zijn. De belangrijkste waarden die werden genoemd, hadden te maken met de verantwoordelijkheid als ouder, geloofsovertuiging en gezondheid.
Hoeveel tijd nodig is voor het besluitvormingsproces, verschilt per individu. „De een weet binnen een dag wat ze wil, een ander twijfelt na maanden nog.”
Welke keuze de deelneemsters uiteindelijk maakten, weet de Munter niet. „Dat was niet het doel van het onderzoek.”
Zwangere vrouwen hebben voldoende tijd nodig om tot een weloverwogen keuze te komen, concludeert De Munter. „Zorg dat ze niet worden gedwongen om snel een keuze te maken, maar geef hun de tijd. Denk als zorgverlener niet dat iemand met alle geboden informatie direct een keus kan maken. Eerst wil ze daar goed over nadenken.”
De Munter is nu bezig met vervolgonderzoek onder een grotere groep vrouwen.