Belg kent Michiel de Ruyter niet, Hongaar wel
”De Gecroonde Liefde” prijkt er in sierlijke letters boven de deur van het Vlissingse pand. Behalve zijn schip heette ook Michiel de Ruyters woonhuis zo.
Nederlands bekendste admiraal verbleef op Nieuwstraat 13 als hij geen zeeslag voerde. In 1649 koopt ”Bestevaer” het onderkomen. „Het is het enige huis in Vlissingen waarvan zeker is dat hij er heeft gewoond”, weet stadgids Hans van der Haven. In 1655 verhuist het gezin naar Amsterdam. Elf jaar later doet De Ruyter zijn Vlissingse pand van de hand.
Tegenwoordig woont er een particulier in het rijksmonument, zegt Van der Haven. „De bewoner komt weleens naar buiten als er een groep met een gids langskomt. Pas op je woorden, want mijn collega kreeg weleens te horen dat wat hij zei niet helemaal klopte.” Zelf leidde de Vlissinger al heel wat mensen rond door de Zeeuwse havenstad. „Nooit van gehoord”, zegt menige Belg als de admiraal ter sprake komt.
Niemand zou meer weten wie De Ruyter was zonder het rampjaar 1672, stelt Van der Haven. „Het kleine, net bestaande Nederland, was in oorlog met Engeland, Frankrijk en een groot deel van Duitsland. De helft van het land stond onder water en het gepeupel had Johan de Witt, zeg maar de toenmalige Rutte, vermoord. De Ruyter hield toen met zijn schepen de invasievloot Engeland en Frankrijk van onze kust weg. Door dat optreden wordt hij gezien als de redder des vaderlands.”
Wat Van der Haven –die zijn hele werkzame leven op zee zat– aanspreekt in De Ruyter is dat hij zich van eenvoudige jongen opwerkte tot luitenant-admiraal-generaal. Feitelijk was hij de baas van de Nederlandse vloot. Bewondering heeft de gids ook voor zijn zeemanskunst. „Hij ontwikkelde een systeem waardoor schepen naar elkaar konden seinen. Ook liet De Ruyter de schepen in formatie varen, zodat ze niet in gevechten van schip tegen schip terechtkwamen.”
Ondanks zijn uitzonderlijke kwaliteiten liep de zeeheld niet naast zijn schoenen. „De Ruyter was hier, als zeer gelovig mens, beducht voor. Hij bleef ook zo veel mogelijk normaal doen. Zo ging zijn vrouw gewoon naar de markt. Dat in die tijd iemand uit de betere kringen dat deed, was ongehoord. Mensen spraken er schande van.”
De vroomheid van de zeeman bleek volgens Van der Haven ook doordat hij geld aan de Vlissingse Sint Jacobskerk doneerde, zelfs na zijn verhuizing naar Amsterdam. In die kerk trouwde hij drie keer (zijn eerste twee echtgenotes stierven jong) en werden zijn kinderen gedoopt. De kerk is er nog steeds, zo laat de gids zien. Het gebouw staat op drie minuten loopafstand van Nieuwstraat 13. Flarden orgelmuziek laten er geen misverstand over bestaan: de kerk is nog steeds in gebruik.
Op de boulevard staat een standbeeld van De Ruyter. Fier kijkt de beroemde Vlissinger uit over het zoute water van de Westerschelde. Het monument bevat een plaquette ter nagedachtenis van de bevrijding van 26 Hongaarse predikanten. Deze dominees weigeren in het door godsdiensttwisten verscheurde zeventiende-eeuwse Hongarije zich tot het rooms-katholicisme te bekeren en worden daarom naar Napels afgevoerd als galeislaaf. De vloot van De Ruyter weet de mannen op 11 februari 1676 te bevrijden. Tot op de dag van vandaag herdenkt Hongarije de gebeurtenis.
Om de vijftig jaar eert Nederland De Ruyter. In 2007 gebeurde dat groots. Toenmalig koningin Beatrix opende toen in Vlissingen het Michiel de Ruyter-jaar. De stad en provincie worden vrijwel dagelijks aan de zeeheld herinnerd. Zo heet in Vlissingen een plein en boulevard naar De Ruyter en is het bekendste Zeeuwse ziekenhuis naar hem genoemd. En hoe zou de kazerne hebben geheten als hij in Vlissingen gekomen was? Natuurlijk: de Michiel Adriaanszoon de Ruyterkazerne.
Michiel de Ruyter
Michiel de Ruyter (1607-1676) dankt zijn bekendheid aan heldhaftig optreden in 1672. In 1618 gaat hij voor het eerst naar zee. In 1676 sterft de geboren Vlissinger in het harnas. Tijdens de Slag bij Syracuse (Sicilië) raakt hij zwaargewond. Een week later overlijdt de zeeman. De Ruyter is bijgezet in de Nieuwe Kerk in Amsterdam.
serie Huizen met historie
Dit is het achtste deel (slot) in een serie over woonhuizen van historische personen.