Dr. P. C. Hoek hoopt op nieuwe Bijbelvertaling voor 2050
In 2050 ligt er een nieuwe Bijbelvertaling in de boekhandel, als het aan dr. P. C. Hoek ligt. Eentje die langer meekan dan de Bijbel met uitleg en verder gaat dan de Herziene Statenvertaling. „Ik hoop niet dat we over dertig jaar nog aan het discussiëren zijn.”
De secularisatie lijkt geen vat te krijgen op het Zuid-Hollandse eiland Goeree-Overflakkee. In vrijwel elk dorp steekt een kerktoren fier boven de omgeving uit. Maar schijn bedriegt. Ook hier kampen kerken met vergrijzing en terugloop, zegt dr. P. C. Hoek (48), universitair docent praktische theologie en apologetiek aan het Hersteld Hervormd Seminarium in Amsterdam. De predikant is in Sommelsdijk opgegroeid en woont er nu weer. „Er zijn kleinere gemeenten, ook in deze streek, die geen fulltime predikant meer kunnen beroepen. Jongeren en gezinnen trekken naar de stad, de gemeente vergrijst. Die ontwikkeling zie je dus ook op het eiland.”
Bestaan deze dorpsgemeenten nog in 2050?
„Ik denk het wel, maar ik verwacht niet dat elk dorp nog een eigen fulltimepredikant kan betalen. Streekgemeenten doen het best wel goed, maar kerken in kleinere plaatsen krimpen en vergrijzen. Dorpsgemeenten moeten mogelijk samengaan om het hoofd boven water te houden.”
Het thema van deze zomerserie is ”Kerk in 2050”. Kunnen of mogen we daar wel wat over zeggen?
„Als ik zie hoeveel er in korte tijd is veranderd door het coronavirus, dan vind ik het lastig om iets zinnigs te zeggen over dertig jaar vooruit. Wij kennen de toekomst niet, maar iedereen denkt daar weleens over na. Ook de kerk ontkomt daar niet aan.”
Waar ligt de belangrijkste uitdaging voor de kerk over dertig jaar?
„In de verhouding tot de postchristelijke samenleving. De kerk wordt hoe langer hoe meer een minderheid. Als een christen zich twintig jaar geleden uitsprak over morele zaken als huwelijk of seksualiteit, zagen mensen hem als fundamenteel. Als iemand dezelfde dingen nu zegt, vindt men hem een fundamentalist. Het komt erop aan dat de kerk bescheiden en beslist met een duidelijk getuigenis in de samenleving staat. En dan denk ik vooral aan ethische en morele thema’s.
Ook in de Vroege Kerk waren christenen een minderheid in een seculiere samenleving. Toch is er een groot verschil. Wij leven in een postchristelijke samenleving. Er heerst een liberale geest die elk restant van het christelijke verleden wil uitwissen. Die antichristelijke sentimenten zullen in 2050 mogelijk naar de achtergrond verdwijnen, omdat de meeste mensen dan niet christelijk zijn opgevoed en weinig van de Bijbel weten. Dat kan leiden tot een minder grote anti-stemming.”
Biedt dat meer ruimte voor de kerk?
„In de persoonlijke verhoudingen mogelijk wel. Vooralsnog zie ik dat de verdraagzaamheid richting de kerk rondom thema’s als gender en seksualiteit eerder minder wordt dan meer. In de politieke agenda op nationaal en Europees niveau is daarover een stevige antichristelijke lobby gaande.”
Wordt de kerk in de toekomst orthodoxer of juist liberaler?
„Een algemene tendens is dat jonge mensen meer kijken naar de persoonlijke verbondenheid met een gemeente en minder naar waar de kerk voor staat. Daar maak ik me zorgen om. De beleving is soms doorslaggevender dan het belijden. Gemeente is vooral gemeenschap. Dat levert een stuk relativisme op van de inhoud en maakt dat jonge mensen gemakkelijker van kerkverband wisselen. Dit kan leiden tot meer toenadering tot bijvoorbeeld de evangelische kerken.”
Speelt de discussie over de juiste Bijbelvertaling nog in 2050?
„Ik hoop niet dat we daar dan nog over aan het discussiëren zijn. Het komen tot een nieuwe Bijbelvertaling zie ik als de grootste uitdaging voor de kerken in de gereformeerde gezindte voor de komende dertig jaar. De kerk moet iets met de verstaanbaarheid van de Bijbel en liturgische teksten. Daar ben ik van overtuigd. Catechisanten begrijpen de taal van de Bijbel niet meer. Ik zie nu al dat mensen zich bedienen van allerhande soorten Bijbelvertalingen. Als we niet uitkijken, lopen we straks achter de feiten aan.
Wij zijn al heel lang bezig met een opvolging van de Statenvertaling. En dan komen we, met alle waardering, want de Statenvertaling is mij zeer dierbaar, met een Bijbel met uitleg. Dat is een lapmiddel, naar mijn besef. Prima voor tijdelijk, maar hij gaat geen decennia mee. De Herziene Statenvertaling vind ik niet ver genoeg gaan. Dat is slechts een Statenvertaling waar de lastige uitgangen uit zijn gehaald.
Het mooiste zou zijn als synodes van kerken met een gemeenschappelijke confessionele basis de handen ineenslaan en besluiten: Wij vinden dat er gewerkt moet worden aan een betrouwbare vertaling van de Bijbel –volgens dezelfde principes als de Statenvertaling– die voor onze kinderen en kleinkinderen goed te begrijpen is. Dat moeten we niet aan een stichting of aan particulieren overlaten, dan krijgt het geen plaats in het kerkelijke leven. De kerk moet hiervoor zelf het initiatief nemen en dan via de synodale weg. Een samenwerking tussen de Gereformeerde Gemeenten, de Hersteld Hervormde Kerk en mogelijk ook de Christelijke Gereformeerde Kerken, dat zou een mooi begin zijn.”
Hoe groot acht u de kans dat deze vertaling in 2050 in de boekhandel ligt?
„Ik zie het op korte termijn nog niet gebeuren. Ik heb een klein onderzoekje gedaan onder zeventig collega’s uit de kerkverbanden die ik zojuist noemde plus de Gereformeerde Bond en het merendeel zag de noodzaak in van een nieuwe Bijbelvertaling. Dus het leeft wel bij predikanten. De discussie over een nieuwe Bijbelvertaling ligt echter erg gevoelig in de gereformeerde gezindte. Het is lastig om hierover een inhoudelijk gesprek te voeren. Het wordt al heel snel: iemand is voor of tegen die Bijbelvertaling, voor of tegen die berijming. En dan verbinden mensen gelijk consequenties aan iemands positie of mening. Het is te hopen dat synodes op een gegeven ogenblik toch een initiatief nemen.”
Ziet u reformatorische kerken samengaan – en welke?
„Ik hoop vooral dat we in geestelijke eenheid kunnen optrekken. Aan institutionele eenheid hecht ik minder waarde. Ik heb in 2004 gezien wat voor narigheid dat met zich meebrengt. De kerk heeft toen veel averij opgelopen. Ik sluit niet uit dat onder druk van de secularisatie kerken bijeen worden gebracht die bijeenhoren. Maar laat dat niet een beleidskwestie zijn, maar de uitkomst van een geestelijke eenheid.
De huidige samenwerking tussen kerken vind ik moeizaam verlopen. Sinds 2012 kennen de hersteld hervormden kanselruil met de christelijke gereformeerden, maar naar mijn idee wordt daar maar minimaal gebruik van gemaakt. Ik denk dat we daar niet te veel druk op moeten leggen. Laten we eerst kijken wat we samen kunnen doen en mogelijk groeit daar meer uit. Die route lijkt mij beter dan andersom.”
Waarin zouden kerken meer kunnen samenwerken?
„Intern zouden de kerken elkaar op onderwerpen zoals Bijbelvertaling en Schriftgezag meer kunnen vinden. Laten we naar buiten toe als christenen schouder aan schouder staan in het maatschappelijk debat. Het is de roeping van de kerk om getuigend en belijdend te spreken, maar de onderlinge verdeeldheid verzwakt dat getuigenis. In de commotie rond de Nashvilleverklaring raakte de kerk een open zenuw in de samenleving met haar uitspraken over gender en huwelijk. Terwijl deze zaken klassiek christelijk zijn en al eeuwenlang gezegd worden door de kerk. Het komt erop aan dat we dan als één mond spreken en niet allemaal vanaf ons eigen kistje staan te roepen.
Het leven van christenen in de Vroege Kerk was een belangrijker getuigenis dan hun woorden. Zo zou de kerk in de huidige maatschappij ook een contrasterende gemeenschap moeten zijn. Dat anderen zeggen: Zie hoe lief ze elkander hebben. Misschien is een plek in de marge van de samenleving beter voor de kerk dan er middenin. Daar komt ze meer aan haar roeping toe en wordt helderder wat het verschil is tussen het Koninkrijk van God en dat van de wereld.”
Verwacht u dat christenen vervolgd zullen worden en zijn ze daarop voorbereid?
„Over dat laatste: dat denk ik niet, maar wie is dat wel? Als je een christen in Noord-Korea vraagt of hij op vervolging voorbereid is, dan is hij dat ook niet. Als het zover komt, zal God genade geven om te volharden. Ik denk wel dat we ons erop moeten voorbereiden. Dus rekening houden met.
Wij denken bij vervolging vaak uitsluitend aan mensen die in de gevangenis of in strafkampen worden gezet vanwege hun geloof. Dat zie ik hier niet gauw gebeuren. Wel is het zo dat christenen worden uitgesloten van bepaalde overheidsberoepen vanwege hun overtuiging, denk aan de trouwambtenaar. Of met agressie worden bejegend vanwege hun overtuiging, denk aan de reacties op de Nashvilleverklaring. En als het in de politiek gaat over salafisten, gaat het in de volgende regel over reformatorische christenen. We hadden als kerk een sterke maatschappelijke positie en die marginaliseert in rap tempo. Het einde daarvan is nog niet in zicht.”
Verwacht u dat de Heere Jezus in 2050 is teruggekomen?
„Dat vind ik echt een onmogelijke vraag. Die tijden en gelegenheden zijn ons onbekend. Een teken van de tijd dat er voor mij echt toe doet, is de mate waarin de Heilige Schrift beschikbaar is en alle volken zijn bereikt met het Evangelie. Op dat punt is er de afgelopen eeuw een enorme versnelling te zien. En dat geeft te denken. Laten we vooral bereid zijn als die dag zich aandient, of dat nou in 2035 of in 2235 is. De voetstappen van de Naderende worden luider, maar onze maat is in geen enkel opzicht Zijn maat.”
Levensloop dr. P. C. Hoek
Dr. P. C. Hoek (1971) werkt als fulltimedocent praktische theologie aan het Hersteld Hervormd Seminarium, dat is gevestigd aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Daarvoor diende hij de (hersteld) hervormde gemeente van Sint Annaland van 1999 tot 2008 en de hersteld hervormde gemeente Bethel te Hoevelaken-Nijkerkerveen van 2008 tot 2012.
Ds. Hoek promoveerde in 2013 bij prof. dr. A. van de Beek aan de Vrije Universiteit op een onderzoek naar de structuur van de theologie van Melchior Leydecker (1642-1721).
Hij is getrouwd met Elza van Wezel. Samen kregen zij drie dochters en twee zoons. Het gezin is lid van de hersteld hervormde gemeente Middelharnis-Sommelsdijk.
Kerk in 2050
In deze zomerserie denken predikanten uit de gereformeerde gezindte na over de kerk van de toekomst. Welke uitdagingen liggen er? Waarover maken zij zich zorgen? En welke hoop hebben zij?