Buitenland

Politiegeweld VS was slechts druppel die emmer deed overlopen

Is in Amerika de klok een halve eeuw teruggezet, als het gaat om de positie van de Afro-Amerikanen? De demonstraties en rellen van de afgelopen week lijken daarvoor het bewijs.

6 June 2020 10:58Gewijzigd op 16 November 2020 19:28
Betogers maakten begin deze week in Minneapolis een menselijk gedenkteken voor George Floyd, die bij zijn arrestatie om het leven kwam. Zijn dood leidde tot grootschalige protesten in veel Amerikaanse steden. beeld AFP, Chandan Khanna
Betogers maakten begin deze week in Minneapolis een menselijk gedenkteken voor George Floyd, die bij zijn arrestatie om het leven kwam. Zijn dood leidde tot grootschalige protesten in veel Amerikaanse steden. beeld AFP, Chandan Khanna

Toch is er sinds de jaren 60 wel veel veranderd, zegt de Amerikaanse historicus Edward J. Blum. „Maar er zijn wel structurele problemen. Die moeten worden opgelost. Alleen, hoe?”

Nee, de onrust van de lente van 2020 is niet één op één te vergelijken met de enorme spanningen van 1968, stelt Blum, hoogleraar geschiedenis aan de San Diego State University. „De parallellen zijn er, maar de verschillen zijn minstens zo relevant.”

2020-06-06-katZA_-bij-blum06-1-FC_web.jpg
Historicus Edward J. Blum: „Er is sinds de jaren 60 veel veranderd.” beeld UNC Press

Het is niet moeilijk een rijtje overeenkomsten op te noemen: Afro-Amerikanen waren toen in de minderheid, werden toen óók achtergesteld. Er waren in de jaren 60 heftige rellen met veel vernielingen. Het politieoptreden was soms heftig. Onder de zwarte bevolking heerste armoede en er was veel criminaliteit onder hen. Daarnaast was er breder in de samenleving onvrede.

Vooral de oorlog in Vietnam was daar de oorzaak van. In 1968 sneuvelden daarbij in totaal 16.000 soldaten. Nu vormen de coronacrisis en de daarmee samenhangende neergang van de economie de reden dat veel Amerikanen ontevreden zijn. Ook toen was het een verkiezingsjaar waarbij –net als president Trump– de Republikeinse kandidaat Richard Nixon krachtig pleitte voor herstel en handhaven van ”law and order”. En hij was niet de enige. Ook George Wallace, de kandidaat van de American Independent Party deed dat.

Politieke moorden

Toch zegt Blum dat de verschillen minstens zo belangrijk zijn. „De rellen waren toen heftiger dan nu. Om één voorbeeld te noemen: in 1968 werden bij de protesten in totaal duizend gebouwen in brand gestoken. Zo erg is het nu niet.”

Daarmee wil de historicus de acties van betogers in de achterliggen week zeker niet goedpraten. „Bij de protesten zijn er groepen relschoppers die veel kwaad en vernielingen aanrichten. Daar zijn ook veel zwarten niet blij mee. Zij willen vreedzame protesten. De rellen, vooral het werk van extreme groepen, verdringen de aandacht voor het échte probleem.”

Naast meer en grotere vernielingen waren er in 1968 de politieke moorden. Martin Luther King en Robert Kennedy werden beiden doodgeschoten. Dat bracht veel onrust. De spanning liep in de VS hoog op. „Dat er toen geen burgeroorlog is uitgebroken, is een wonder.”

Maar Blum ziet meer verschillen. „Vlak de rol van sociale media bij de huidige protesten niet uit. Die jagen de onlusten op twee manieren aan. In de eerste plaats wordt zo ongeveer elke actie van de politie via mobieltjes snel verspreid. Dat gebeurde met het filmpje van de arrestatie van George Floyd ook. Daarnaast worden sociale media gebruikt om mensen te attenderen op de plaatsen waar demo’s en rellen zijn. Dat trekt allerlei slag van mensen aan. In de jaren 60 waren er actiecomités die protesten organiseerden, nu doet het mobieltje dat. Toen waren het strak geregelde betogingen, nu is het vaak een ongeregelde bende.”

Dat de Afro-Amerikanen na de dood van Floyd in actie zijn gekomen, snapt Blum zeker. „Het politieoptreden was bruut. En het gebeurt te vaak dat agenten zich aan Afro-Amerikanen te buiten gaan.” Blum noemt enkele voorbeelden: Michael Brown werd in 2018 in Ferguson doodgeschoten. Eric Garner stierf in 2014 doordat de politie bij zijn arrestatie in New York een nekklem gebruikte. In hetzelfde jaar werd de twaalfjarige Tamir Rice door een politieman doodgeschoten omdat hij een nepwapen bij zich droeg. „Natuurlijk, ik begrijp dat de politie alert is. Wapenbezit en criminaliteit bij zwarten is hoog. Maar, daarmee is niet alles gezegd.”

Emmer

Illustratief voor de vooringenomenheid van de politie jegens zwarten is dat in 2017 van de neergeschoten zwarte burgers 31,9 procent ongewapend was, terwijl dit percentage bij de witte burgers op 14,9 lag.

Overigens is volgens de hoogleraar geschiedenis de woede over het politiegeweld de druppel die de emmer heeft doen overlopen. „De protesten komen voort uit woede over structurele problemen: het ontbreken van economische perspectieven voor Afro-Amerikanen, de cornonacrisis die hen harder treft dan de blanken en de polarisatie. Zij hebben het gevoel dat de regering hen helemaal in de kou laat staan.”

Het gaat Blum te ver om te zeggen dat Trump de katalysator is. „Dat beweren vooral linkse activisten, die nu de onvrede aangrijpen om hun agressie over het beleid van Trump te uiten door relschoppen. Die groepen róepen wel: Gelijkheid voor de zwarten, maar feitelijk zeggen ze: Weg met Trump. Het is te gemakkelijk om Trump de schuld van alles te geven. Racisme leeft breed in Amerika; niet alleen in Washington.”

Wat de Afro-Amerikanen willen, is volgens Blum: gehoord worden. „Veruit de meeste zwarten willen geen rellen, plunderingen en vernielingen. Zij hopen op een beetje respect. Ze willen dat er wordt geluisterd naar hun verlangens van erkenning en waardering. Daar ontbreekt het aan. Dat was ook het manco in de rede van Trump.”

Toch wil de Amerikaanse historicus niet alleen maar negatieve dingen benoemen. „Er is echt wel iets veranderd. Méér dan vijftig jaar geleden, voelen ook blanke Amerikanen nu aan dat het zo niet verder kan. Zij steunen de zwarte minderheden in hun streven naar erkenning en respect. Daarom lopen er nu ook veel blanke Amerikanen mee in protestmarsen.”

Een tweede punt is volgens Blum dat het publiek nu niet, zoals voorheen, wegkijkt als de politie bruut optreedt. „Inderdaad doen omstanders vaak niets om het geweld te stoppen. Dat is ook niet gemakkelijk. Een politieman corrigeer je niet zomaar even, zeker niet in Amerika. Maar mensen blijven tegenwoordig wel staan, maken filmpjes en sturen die via internet door om hun afschuw met anderen te delen. Daar gaat een signaal van uit. De autoriteiten pikken dat op. Je ziet nu dat de politieleiding actie onderneemt als agenten buitenproportioneel geweld jegens zwarten gebruiken. Dat is echt anders dan voorheen.”

2020-06-06-katZA_-bij-murray06-1-FC_web.jpg
Winfield Ward Murray maakt zich zorgen over de afkeer van zwarten. beeld Morehouse College

„Racisme zit diep in genen van veel Amerikanen”

Formeel is racisme in Amerika afgeschaft, maar feitelijk is het er nog overal, zegt Winfield Ward Murray, openbaar aanklager en docent constitutioneel recht in de stad Atlanta. „Steeds weer worden oude littekens opengereten.”

Littekens op zijn ziel heeft Murray zeker. Geboren in 1976, maakte hij de harde confrontaties die er in de jaren 50 en 60 tussen blank en zwart waren niet mee. „Ik ken alleen de verhalen van mijn vader.” De bekende strijder voor burgerrechten, ds. Martin Luther King, heeft hij nooit gekend. Die was in 1968 vermoord. „Mijn moeder zat in zijn staf.” Wettelijk lag sinds de Civil Rights Act van 1964 vast dat blank en zwart dezelfde rechten hadden. „En toch heb ik vanaf mijn vroege jeugd herinneringen aan discriminatie.”

Diep staat in zijn geheugen gegrift dat zijn vader, een welgesteld man en vanwege zijn kunde een gerespecteerd chirurg, een huis kocht in een buitenwijk van Atlanta. Via een makelaar was de koop geregeld. Toen Winfields ouders op het kantoor van de projectontwikkelaar kwamen om de koopovereenkomst te tekenen, probeerde die plotseling van de mondelinge overeenkomst af te komen. „Hij zag ineens dat mijn ouders zwart waren. Mijn vader liet zich niet van de wijs brengen. De koop ging door. Later hoorden we dat de bouwer bij de andere kopers van percelen, allemaal blanken, zijn excuses is gaan maken. En toen we een paar maanden later bij de bouw van ons nieuwe huis gingen kijken, stonden bijna alle percelen opnieuw te koop. De blanken moeten ons niet, zei mijn vader. De wijk wordt nu al jaren uitsluitend door Afro-Amerikanen bewoond.”

Later, in de jaren rond de eeuwwisseling, ondervond Winfield als student aan de universiteit persoonlijk wat het is „om met een schuin oog te worden aangekeken omdat je zwart bent.” Zijn studie werd helemaal door zijn vader betaald. Maar blanke medestudenten konden dat niet geloven. „Je zal wel een forse beurs hebben gekregen uit een emancipatieproject dat met ons belastinggeld wordt gefinancierd.”

Inmiddels is Murray een gerespecteerd jurist, openbaar aanklager en docent aan het gerenommeerde Morehouse College. Financieel gezien hoeft hij zich geen zorgen te maken. „En toch ben ik niet gelukkig. Ik maak me zorgen: over de toekomst van ons land, onze stad, en van mijn kinderen. Wanneer verdwijnt de afkeer bij de witte Amerikaan jegens de zwarte?”

Dat die momenteel nog niet voorbij is, ervoer hij nog enkele maanden geleden. Samen met enkele zakelijke relaties dineerde hij ’s avonds in een restaurant in Buckhead, de chique wijk in het noordelijk deel van Atlanta. Murray maakte op zeker moment gebruik van het toilet. Nauwelijks had hij de deur op slot gedaan of iemand bonsde op de deur en riep: Schiet op – weet je niet dat dit een restaurant is waar alleen blanken welkom zijn?”

Murray aarzelde om de deur open te doen. „Ik was bang dat een opgewonden, ruig type me stond op te wachten. Tot mijn verbazing stond daar een jongvolwassen man, keurig in het pak. Zonder iets te zeggen stapte hij de toiletruimte binnen.” Toen Murray dit aan de restauranteigenaar vertelde, beloofde die de man aan te spreken en hem te gelasten te vertrekken. Even later kwam de baas met de betrokken bezoeker op Murray af. Hij zou volgens de restauranteigenaar excuses willen maken. Toen die bij de tafel stond, zei deze echter: „Bekijk het maar, tegenover een nikker maak ik nooit excuses.” Daar bleef het bij. „Racisme ziet diep in de genen van veel witte Amerikanen. Dat verdwijnt niet.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer