Geen tank is van groter invloed geweest op de afloop van de Tweede Wereldoorlog dan de Russische T-34. Daarover zijn veel militair deskundigen het wel eens. Is het niet zozeer vanwege de kwaliteit, dan wel vanwege het enorme aantal exemplaren dat ervan is geproduceerd. Tussen 1940 en het einde van de oorlog in 1945 zo’n 57.000 stuks. Maar ook in de tijd van de Koude Oorlog ging de productie door. In totaal zijn er zo’n 80.000 T-34’s van de band gerold.
Daarvan zijn er tegenwoordig niet veel meer over. Laat staan in gebruik. Of het moet gaan om de burgeroorlog in Jemen, waar –afgaande op foto’s– nog steeds T-34-85’s actief zijn.
Van datzelfde type had het leger van Laos er tot voor kort ook nog een aantal rondrijden. Iets wat kon rekenen op de warme belangstelling van Moskou. Dat zit, hoe vreemd het ook moge klinken, dringend verlegen om de tank die iedere rechtgeaarde Rus in zijn hart heeft gesloten. Rusland heeft het oorlogstuig hard nodig voor zijn militaire parades, als pronkstuk in musea en voor oorlogsfilms over de Grote Patriottische Oorlog. Vandaar dat Rusland in 2018 een deal sloot met zijn bondgenoot in Zuidoost-Azië en dertig T-34’s vorig jaar vanuit Laos naar Rusland kwamen.
Nu staan de 29 ton zware tanks in de Oeral Spoorwagonfabriek in Strelna, even buiten Sint-Petersburg. Hoewel de T-34’s uit Laos in de jaren 50 onder licentie zijn geproduceerd in toenmalig Tsjechoslowakije, vormt de ”Oeralvagonzavod” de bakermat van het roemruchte voertuig. In deze fabriek, die zich anno 2020 hoofdzakelijk toelegt op de bouw van spoorwegrijtuigen, worden de T-34’s grondig onder handen genomen en in oude luister hersteld. Tot meerdere eer en glorie van moedertje Rusland.