Aan rommel hangt een stevig prijskaartje. In 2020 moeten burgers 5,9 procent meer afvalstoffenheffing betalen. Apeldoorn spant de kroon.
Een druilerige regen tikt op acht in de straat verzonken containers in een winkelcentrum in Apeldoorn. Luiers, papier, flessen, kunststof verpakkingen, textiel – allerlei afval en overtollige spullen kunnen de Apeldoorners hier kwijt. Ze lopen af en aan. Hup, een paar flessen in deze bak. Hoppa, een bekertje in een andere.
In de Veluwse gemeente wordt het afval duur betaald. Apeldoorn staat bovenin de lijstjes van gemeenten waar de lokale lasten het sterkst stijgen. Dat blijkt uit recent onderzoek van het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO), van de Rijksuniversiteit Groningen. De afvalstoffenheffing in Apeldoorn stijgt dit jaar met 58 euro en komt daarmee op 295 euro per jaar voor een gemiddeld huishouden.
Ontevreden
In het winkelcentrum in Apeldoorn heerst ontevredenheid over die stijging van liefst 20 procent. „Best pittig”, reageert Remko Koorn (64), terwijl hij zijn vuilniszak in een container leegt. „Schandalig, ja”, knikt Martin Rouwenhorst (74) naast hem. Ook een 60-jarige vrouw, die een wijnfles in een bak mikt, fronst haar wenkbrauwen. „Is zo’n verhoging van de afvalstoffenheffing echt nodig? Geld kun je maar één keer uitgeven. Apeldoorn heeft de financiën niet op orde. Zo is geld voor plannenmakerij rond de renovatie van het centrum niet goed besteed.”
Toch klinkt ook een ander geluid. „Alles kost nu eenmaal geld. Ook afvalverwerking. Ambtenaren die over de verhoging hebben vergaderd, zullen ieder dubbeltje hebben omgekeerd”, zegt Rinus van Buren (88), die uit zijn Renault Clio is gestapt en zijn afval dumpt. Hij woont met plezier in Apeldoorn en dat mag wat hem betreft wat kosten. „Ik ben trots op deze stad. De boel wordt hier goed onderhouden. We hebben weinig last van inbrekers. Ik woon liever hier dan in plaatsen als Ede of Arnhem.”
Onvermijdelijk
Apeldoorn zit in vergelijking met soortgelijke gemeenten „in de middenmoot” wat betreft kosten voor afvalstoffenheffing, benadrukt Roel van Vemde, zegsman van de gemeente Apeldoorn. „Wij zijn niet de duurste gemeente.”
Dit jaar is het „helaas onvermijdelijk” dat de Apeldoorners dieper in de buidel moeten tasten. Zo stijgen de kosten voor het inzamelen en verwerken van afval en dalen de inkomsten van oud papier, groente-, fruit- en tuinafval (gft) en textiel. Ook moet de gemeente een fiks hogere verplichte bijdrage aan het Rijk afdragen. Verder dient Apeldoorn reserves aan te vullen. In voorbije jaren is een deel van de reserves gebruikt om de afvalstoffenheffing „niet drastisch” te verhogen. Doordat de hoeveelheid restafval in Apeldoorn daalt (sinds 2018 van 115 naar 80 kilo per inwoner), kon de gemeente in het verleden „zelfs een paar keer geld teruggeven aan inwoners”, geeft Van Vemde aan.
Om het milieu te sparen wil Apeldoorn het inwoners „zo makkelijk mogelijk maken” afval te scheiden. „Denk aan service op het gebied van het ophalen en wegbrengen van grof huisvuil of de mogelijkheid om luiers apart in te zamelen.”
De hogere afvalstoffenheffing in Apeldoorn past in een trend. Vrijwel alle gemeenten doen op dit terrein een grotere aanslag op de portemonnee van de burgers. De opbrengst van gemeentelijke reinigingsrechten en afvalstoffenheffing is dit jaar naar verwachting 2 miljard euro (zie ook de afbeelding rechtsonder de foto). Dat is 8,3 procent meer dan in 2019. Ook in dat jaar begrootten gemeenten al een toename, toen van 5,5 procent.
Die cijfers bracht het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) afgelopen week naar buiten. De flinke stijging komt vooral door een sterke stijging van de verwerkingskosten van het afval, stelt het CBS.
Goudmijntje
Gemeenten incasseren dit jaar aan de totale lokale heffingen (waar ook de onroerendezaakbelasting, ozb, onder valt) fors meer geld. De teller komt dit jaar naar verwachting op 10,8 miljard euro te staan. Dat is 6,3 procent meer dan in 2019, becijfert het CBS.
Ook toeristen spekken de gemeentelijke spaarpotten. Gemeenten begroten dit jaar 411 miljoen euro aan toeristenbelasting, bijna 40 procent meer dan de 117 miljoen euro in 2019.
Amsterdam is op dit gebied een goudmijntje. De hoofdstad begroot aan toeristenbelasting 200 miljoen euro. Daarmee is de toeristenbelasting in 2020 in Amsterdam voor het eerst een grotere inkomstenbron dan de ozb, die dit jaar zo’n 180 miljoen oplevert.
Exact bepalen of een gemeente burgers zwaarder belast of ontziet, lijkt een ingewikkelde zaak. In het onlangs gepubliceerde rapport van het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden van de Rijksuniversiteit Groningen springt Arnhem er in gunstige zin uit. Zo meldt dat rapport, dat 40 grote gemeenten onder de loep neemt, dat Arnhem als enige gemeente de woonlasten verlaagt, en wel met 2,4 procent.
Aannames
Zegsman Carlo van der Borgt van de gemeente Arnhem trapt echter op de rem. Hij stelt dat dat de onderzoekers van de Groningse universiteit andere rekenmodellen hanteren en uitgaan van „verkeerde aannames.” Arnhem verhoogt dit jaar de ozb eenmalig met 1,25 procent, stelt hij. En in ieder geval zal de eerste helft van dit jaar de afvalstoffenheffing in stijgen.