Buitenland

Groot land bindt burgers niet meer

De wereld wordt per dag kleiner. Maar intussen voelen mensen steeds meer bij hun eigen regio. Grote landen slagen er minder dan vroeger in om hun burgers enthousiast te maken voor het eigen ‘merk’. Het zijn vandaag de regio’s die erkenning willen als zelfstandig land. Momenteel klinkt deze roep in Catalonië.

Evert van Vlastuin en Lex Rietman
30 September 2017 14:42Gewijzigd op 16 November 2020 11:35
Catalanen eisen zelfstandigheid. Voor morgen is er een referendum gepland. beeld EPA, Maria Perez
Catalanen eisen zelfstandigheid. Voor morgen is er een referendum gepland. beeld EPA, Maria Perez

Het is gewoon nationalisme, zegt prof. John Curtice. „Maar meestal niet het nationalisme van de ophaalbrug”, zegt de politicoloog van de University of Strathclyde in het Schotse Glasgow.

Kenmerk van veel regionale partijen is dat ze pro-Europees zijn, zegt prof. Sabine Riedel van de Duitse Stiftung für Wissenschaft und Politik (SWP). „Er is in het Europees Parlement een fractie van de European Free Alliance (EFA). Daartoe behoren partijen die regionale zelfstandigheid nastreven binnen de Europese Unie.”

Volgens de eigen website heeft de EFA twaalf leden in het Europees Parlement. Tot de partij behoren de Schotse Nationale Partij (SNP) en maar liefst drie partijen uit Catalonië. Ook de Beierse Partij (BP) en de Friese Nationale Partij (FNP) zijn actief binnen dit netwerk.

Riedel spreekt in haar publicaties van „regionaal nationalisme.” „Deze partijen zeggen dat ze een democratisch nationalisme voorstaan. Dat zou vreedzamer zijn dan het nationalisme uit de negentiende eeuw. Voor mij als wetenschapper is het echter moeilijk om het verschil goed te zien. Daarom noem ik het gewoon regionaal nationalisme.”

Curtice is het met die term echter niet eens. „Schotland is geen regio, maar een land. Groot-Brittannië is een multinationale staat. De interne grenzen worden betwist. Anders dan inwoners van Catalonië spreken wij in Schotland geen andere taal. Er zijn hier wel minderheidstalen en dialecten, maar op straat is alles Engels. Cultureel zijn er trouwens wel degelijk verschillen.”

Staatsburgers

Volgens Riedel zou het verkeerd zijn om te ontkennen dat er regionale verschillen bestaan. „Maar de overeenkomst tussen Catalonië en andere regio’s in hetzelfde land is dat alle mensen staatsburgers zijn van Spanje.”

De term ”zelfbeschikking van volkeren”, die in internationale verdragen is vastgelegd, wil Riedel verstaan als ”zelfbeschikkingsrecht van landen”. „Het gaat er hier om dat lidstaten van de Verenigde Naties zelfstandig beslissen over hun interne wetgeving. Dit zelfbeschikkingsrecht biedt minderheidsgroepen geen recht om een referendum over nationale zelfstandigheid te eisen. De Catalanen hebben zo’n recht simpelweg niet.”

Volgens internationale verdragen hebben Catalanen wel recht op een fatsoenlijke behandeling als minderheid. Riedel: „Maar dat recht wijzen ze af. Ze willen geen minderheid zijn. Ze willen zelf een volk zijn.”

De autonomie die Catalonië momenteel heeft, staat echter in het kader van het zelfbestuur als minderheid. „Kenmerk van deze regionale autonomie is dat er altijd discussie is over de mate van zelfstandigheid.”

De Bayernpartei (BP) stapte eerder naar het grondwettelijk hof van Duitsland om een referendum over de zelfstandigheid van Beieren te eisen. Het hof wees deze eis van de hand. Riedel: „Hierover zouden niet alleen de inwoners van Beieren mogen stemmen, maar alle Duitsers. Dat had de Britse premier Cameron natuurlijk ook moeten zeggen tegen de Schotten. Maar hij ging mee in de eenzijdige roep om een referendum in Schotland in 2014. Vervolgens kon hij anderen een referendum over de brexit niet meer weigeren.”

Paradox

Het is een „paradox”, zegt zowel Riedel als Curtice. Verre landen komen steeds dichterbij. Wereldwijde handel wordt normaler en vliegvakanties zijn heel alledaags geworden. Curtice: „Die mondialisering maakt de onafhankelijkheid van kleine gebieden mogelijk, want zelfstandigheid betekent eigenlijk steeds minder. De Europese integratie bevordert dit nog eens. Door de open grenzen blijf je ook na de afscheiding een afzetmarkt voor je eigen producten houden. De economische grenzen blijven immers open. Dat inspireert separatisten. Vandaar dat de SNP altijd zegt dat een zelfstandig Schotland lid moet zijn van de EU.”

Riedel ziet in het regionale nationalisme tegelijk een bedreiging voor de Europese samenwerking. „De integratie binnen de EU gaat ervan uit dat de strijd over grenzen voorbij is. Deze regionale partijen willen landen echter weer opdelen. Zodoende staan grenzen opnieuw ter discussie. Dat is een bedreiging voor het voortbestaan van de EU. Dus zo pro-Europees zijn deze partijen niet.”

Er is nog een ander, meer praktisch nadeel. „De Europese Unie is nu gebaseerd op de samenwerking tussen 28 landen. Als alle regio’s zelfstandig willen worden, hebben we straks zo’n zeventig lidstaten. Want het blijft niet bij Schotland en Catalonië. Daarachter volgen Zuid-Tirol en Beieren. Dit fenomeen zie je terug in alle landen. Maar zeventig lidstaten zijn te veel om de EU-instellingen bestuurbaar te houden.”

Riedel heeft moeite met het „gebrek aan solidariteit” bij de nationalisten. „Het zijn vaak de rijke regio’s die zich laten horen. Die accepteren niet dat zij iets meer bijdragen aan de staatskas dan andere streken. Maar deze solidariteit hoort erbij als je samen een land vormt. Bovendien roept die houding vragen op over hun Europese ambities. Want ook binnen de EU is er een onderlinge herverdeling.”

Curtice ziet in de ontwikkeling wel een uitdaging voor (multinationale) landen. „In het ideale plaatje valt een staat samen met een volk – een ”demos” in het Grieks. Dat volk is er in Europa niet. Toen er geld ging naar Griekenland werd er overal in de eurozone gekreund. Terwijl het binnen landen zelf heel gebruikelijk is dat rijke regio’s de armere helpen. Nu zien we dat zelfs in multinationale landen als Groot-Brittannië en Spanje het gevoel van eenheid verzwakt. Dat kun je niet langer ontkennen.”

Waarom velen in het land Catalonië willen wonen

Voorstanders van een afscheiding zijn er in Catalonië altijd geweest. Maar de ”independentistas” kwamen tientallen jaren niet boven de 10 tot 15 procent uit, dus vormden een minderheid die te verwaarlozen was. Maar inmiddels zijn het er drie keer zo veel.

Van alle Catalanen wil 80 procent zich morgen uitspreken over de vraag van onafhankelijkheid. Wat is er gebeurd in de Noord-Spaanse regio?

Op die vraag zijn tal van antwoorden gegeven. Een daarvan wijt de opvallende omslag in de Catalaanse samenleving aan collectieve verstandsverbijstering.

Vooral in Madrid is die gedachte populair. Ook bij veel buitenlandse journalisten die vanuit de Spaanse hoofdstad werken, heeft deze gedachte wortel geschoten. De hoofdofficier van Justitie in Madrid, José Manuel Maza, omschreef het onlangs op de radio zo: duizenden Catalanen zouden „geestelijk ontvoerd” zijn door de regioregering in Barcelona, en zich daarom voor een referendum uitspreken.

Anderen wijzen op de rol van het openbare onderwijs en de publieke omroep in Catalonië. Die zouden de Catalanen massaal indoctrineren en tegen Spanje opzetten, zo herhalen grote Spaanse media.

Die verklaring kan moeilijk hard worden gemaakt. Het Catalaanse onderwijsbeleid is tot 2015 bepaald door regeringen die de Spaanse eenheid verdedigden. En de Catalaanse publieke omroep is voor Spaanse begrippen juist ongekend pluralistisch.

Het zou trouwens ook een prestatie zijn om met een kijkersaandeel van 15 procent een groot deel van de samenleving te beïnvloeden. De meerderheid van de Catalanen kijkt naar tv-stations die uitdrukkelijk vijandig staan tegenover het referendum over onafhankelijkheid, en waar voorstanders ervan nauwelijks aan het woord komen.

Grondwet

De strijd tussen Catalonië en Spanje is deels politiek van aard, maar is ook een juridisch gevecht. In 2010 haalde het grondwettelijk hof een streep door het nieuwe autonomiestatuut van de zelfstandige regio. Het Catalaanse parlement had dit nieuwe statuut in 2005 aangenomen. Daarin werden de spelregels voor het zelfbestuur vastgelegd, voor de financiering en de verdeling van bevoegdheden tussen Barcelona en de centrale regering in Madrid.

Ook het Spaanse parlement had dit statuut goedgekeurd, hoewel in een uitgeklede versie. „We hebben het Catalaanse statuut bijgeschaafd”, zei de sociaaldemocratische leider Guerra met een grijns. Catalonië mocht zichzelf bijvoorbeeld geen „natie” (volk) noemen.

Dat klonk voor veel Catalanen als verraad. Want premier Zapatero, partijgenoot van Guerra, had het tegenovergestelde beloofd. „Ik zal het statuut verdedigen dat het Catalaanse parlement goedkeurt”, had Zapatero, op verkiezingscampagne in Barcelona, verzekerd.

Toch keurden de Catalanen in een referendum het afgezwakte statuut goed. Maar daarmee was de kous niet af. De rechtse Volkspartij (PP) ging in beroep bij het grondwettelijk hof, omdat tal van artikelen uit het Catalaanse statuut strijdig zouden zijn met de Spaanse grondwet. In 2010 gaf het hof deze klagers gelijk. En daarmee ging het statuut van tafel.

De ironie van de zaak is dat sommige artikelen die de afgelopen jaren door andere regio’s waren gekopieerd elders in Spanje dus wel overeind bleven, maar uitgerekend in Catalonië werden ingetrokken. Maar omdat geen enkele partij dat bij het grondwettelijk hof aanvocht, bleven zij van kracht.

Daarmee leken twee conclusies onvermijdelijk. Ten eerste dat niet alle regio’s in Spanje blijkbaar dezelfde rechten hebben. En ten tweede dat je Spanje kunt proberen te veranderen via de voorgeschreven procedures, maar dat alle moeite dan nog zinloos is. Het grondwettelijk hof is een sterk gepolitiseerd orgaan. De samenstelling ervan wordt bepaald door de grote Spaanse partijen. En de PP had gezorgd voor een conservatieve meerderheid in het constitutioneel hof.

De verontwaardiging onder Catalanen was groot. Op 10 juli 2010 gingen ruim 1 miljoen mensen de straat op in Barcelona onder het motto: ”Wij zijn een natie, wij beslissen”. Het zou de eerste grote manifestatie voor het recht op zelfbeschikking zijn.

Het aantal pleitbezorgers van onafhankelijkheid nam vanaf dat moment toe. Sinds 2012 demonstreren jaarlijks een half tot anderhalf miljoen mensen voor een onafhankelijk Catalonië, op een totale bevolking van 7,5 miljoen.

Veel separatisten doen mee vanuit pragmatische redenen. Bijvoorbeeld omdat zij niet accepteren dat Catalonië amper 10 procent van de investeringen ontvangt, terwijl de regio 16 procent van de Spaanse bevolking uitmaakt, voor bijna 20 procent van de Spaanse inkomsten zorgt en goed is voor 25 procent van de export.

Ondanks deze grote bijdrage aan de welvaart hebben veel Catalanen het gevoel dat ze met de nek worden aangekeken. In Spanje bestaat grote minachting voor de Catalaanse taal. Voorbeelden daarvan zijn met regelmaat in de Spaanse media te vinden.

Ook de politieke cultuur in Catalonië wijkt af van de Spaanse. De Catalanen hebben een overlegtraditie in plaats van het Castiliaanse ”ordeno y mando”: de sterkste is de baas. Daarnaast stemmen de Catalanen veel progressiever dan de Spanjaarden. Zonder Catalonië lijkt een overweldigende rechtse meerderheid in Spanje tot in lengte van dagen verzekerd.

Veto

De regering in Madrid zegt dat Spanje het meest gedecentraliseerde land van Europa is. Die bewering wordt natuurlijk betwist. Zeker is dat de autonomie van Catalonië de afgelopen jaren is ingeperkt. Tientallen wetten van het Catalaanse parlement zijn op aandringen van de centrale regering-Rajoy ongeldig verklaard door het grondwettelijk hof. Gisteren nog werden drie Catalaanse wetten door een veto getroffen. Met het referendum, dat volgens Madrid illegaal is, hadden ze niets te maken.

Na het harde optreden vorige week tegen de organisatoren van het Catalaanse referendum –waarbij volgens de Verenigde Naties burgerrechten geschonden werden– is het aantal Catalanen dat morgen wil stemmen gegroeid met 600.000. Nu zegt ruim 63 procent te gaan stemmen. Tien dagen geleden was dat nog 53 procent. En daarmee lijken de critici van de regering in Madrid gelijk te krijgen, namelijk dat premier Rajoy het separatisme zelf aanmoedigt.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer